1. Gebruik een passende aanhef.
2. Je stelt jezelf voor: naam, leeftijd, woonplaats/land, telefoonnummer, talen die je spreekt.
3. Vertel over je familie/vrienden. Beschrijf 1 familielid en 1 vriend in detail (naam, leeftijd, en waar ze van houden).
4. Vertel de naam van je school. Vertel 3 dingen over schoolzaken.
5. Vertel welke bezigheden je hebt. Noem er minstens 2 (hobby’s/sporten)