In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Werkwoordelijk gezegde of lijdend voorwerp?
H1 - grammatica woordsoorten
Slide 1 - Tekstslide
Voor veel studenten zou de voorgestelde maatregel wel eens zeer ongunstig kunnen zijn.
NWG of WWG?
A
nwg
B
wwg
Slide 2 - Quizvraag
Voor veel studenten zou de voorgestelde maatregel wel eens zeer ongunstig kunnen zijn.
Wat is het nwg?
Slide 3 - Open vraag
Tussen de kussens op de bank heb ik na een lange zoektocht de afstandbediening gevonden.
NWG of WWG?
A
nwg
B
wwg
Slide 4 - Quizvraag
Tussen de kussens op de bank heb ik na een lange zoektocht de afstandbediening gevonden.
Wat is het wwg?
Slide 5 - Open vraag
Wat klopt er niet aan deze zin? Verbeter de zin.
Hij heeft vanochtend verslapen.
Slide 6 - Open vraag
Wat klopt er niet aan deze zin? Verbeter de zin.
Ik schaam voor mijn onvoldoende voor wiskunde.
Slide 7 - Open vraag
Wederkerend werkwoord
Een wederkerend werkwoord is een werkwoord waar een voornaamwoord bij hoort (me, je, zich, ons). Er zijn twee soorten wederkerende werkwoorden:
- Verplicht wederkerend werkwoord
- Toevallig wederkerend werkwoord
Slide 8 - Tekstslide
Verplicht wederkerend werkwoord
Bij dit werkwoord hoort verplicht een wederkerend voornaamwoord. Het werkwoord kan dus niet zonder. Het wederkerend vnw van het verplicht wederkerende werkwoord is onderdeel van het werkwoordelijk gezegde. --> Ik vergis me in de datum/ hij gedraagtzich als een clown.
Hoe herken ik dit wederkerend voornaamwoord? - Je kunt het wederkerend vnw niet vervangen door een ander persoon. - Je kunt niet 'zelf' achter het wederkerend vnw plakken.
Slide 9 - Tekstslide
Opdracht
Er volgen straks een aantal open vragen. Ga in je hoofd eerst op zoek naar het werkwoord. Ga daarna op zoek naar het werkwoordelijk gezegde en vul die in. Onderstaande zinnen bevatten allemaal een verplicht wederkerend werkwoord.
Slide 10 - Tekstslide
Wat is het werkwoordelijk gezegde?
1. Vanwege ons arrestatiebevel houden we ons voorlopig schuil in de heuvels.
Slide 11 - Open vraag
Wat is het werkwoordelijk gezegde?
2. In vlakke gebieden blijken rivieren zich te vertakken.
Slide 12 - Open vraag
Wat is het werkwoordelijk gezegde?
3. Willen jullie je nog even bemoeien met de inrichting van de feestzaal?
Slide 13 - Open vraag
Wat is het werkwoordelijk gezegde?
4. In het eetcafé 'Op hoop van zegen' verslikte Herman zich in een visgraatje.
Slide 14 - Open vraag
Wat is het werkwoordelijk gezegde?
5. Waarom sloof je je zo ontzettend uit voor die Miranda uit 2 vwo?
Slide 15 - Open vraag
Wat is het werkwoordelijk gezegde?
6. Tegenover Jos versprak ik me bijna over onze plannen voor zijn supriseparty.
Slide 16 - Open vraag
Toevallig wederkerende werkwoorden
Bij dit werkwoord hoort niet altijd een wederkerend werkwoord. Het wederkerend vnw van het wederkerend werkwoord is een lijdend voorwerp. --> Ik scheerme (ik scheerMark )/ hij vermaaktzich (hij vermaaktLisa).
Hoe herken ik dit wederkerend voornaamwoord?
- Je kunt het wederkerend vnw vervangen door een ander persoon.
- Je kunt 'zelf' achter het wederkerend vnw plakken.
Slide 17 - Tekstslide
Opdracht
Er volgen straks een aantal vragen. Eerst gaan we bekijken of het werkwoord in de zin een verplicht of toevallig wederkerend is. Daarna kunnen we beslissen of het wederkerend vnw hoort bij het wwg of dat het lv is.
Verplicht wederkerend ww --> wederkerend vnw hoort bij wwg Toevallig wederkerend ww --> wederkerend vnw is lv
Slide 18 - Tekstslide
Bevat de zin een verplicht of toevallig wederkerend werkwoord? 1. Voor en na de wedstrijd hebben supporters zich in Rome ernstig misdragen.
A
Verplicht wederkerend werkwoord
B
Toevallig wederkerend werkwoord
Slide 19 - Quizvraag
Hoort het wederkerend voornaamwoord dan bij het wwg of is het lv?
A
onderdeel van het wwg
B
lv
Slide 20 - Quizvraag
Wat is het werkwoordelijk gezegde? 1. Voor en na de wedstrijd hebben supporters zich in Rome ernstig misdragen.
Slide 21 - Open vraag
Bevat de zin een verplicht of toevallig wederkerend werkwoord?
2. Dankzij mijn mobieltje kan ik me tegenwoordig ook in mijn eentje uitstekend vermaken.
A
Verplicht wederkerend werkwoord
B
Toevallig wederkerend werkwoord
Slide 22 - Quizvraag
Hoort het wederkerend voornaamwoord dan bij het wwg of is het lv?
A
onderdeel van het wwg
B
lv
Slide 23 - Quizvraag
Wat is dan het lijdend voorwerp?
2. Dankzij mijn mobieltje kan ik me tegenwoordig ook in mijn eentje uitstekend vermaken.
Slide 24 - Open vraag
Bevat de zin een verplicht of toevallig wederkerend werkwoord?
3. Heb je je met dat schilmesje in je duim gesneden?
A
Verplicht wederkerend werkwoord
B
Toevallig wederkerend werkwoord
Slide 25 - Quizvraag
Hoort het wederkerend voornaamwoord dan bij het wwg of is het lv?
A
onderdeel van het wwg
B
lv
Slide 26 - Quizvraag
Wat is dan het lijdend voorwerp?
3. Heb je je met dat schilmesje in je duim gesneden?