Aan't werk in de winkel - 2d Artikelen presenteren
2d Artikelen presenteren
Hoofdstuk 2a - Ompakken
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerkooppraktijkPraktijkonderwijsLeerjaar 4
In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
2d Artikelen presenteren
Hoofdstuk 2a - Ompakken
Slide 1 - Tekstslide
timer
1:00
Wat weet je nog van vorige les?
Slide 2 - Woordweb
Ik kan de artikelen in de winkel op de juiste manier presenteren.
Ik weet wat een schappen plan is en hoe je het moet gebruiken.
Slide 3 - Tekstslide
De artikel presentatie
De manier waarop artikelen in de winkel liggen, staan of hangen is de artikelpresentatie.
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
3. Bakker Just Wijnand heeft oranjegebak. Om het gebak vers te houden, laat hij alle dozen in de vriezer in het magazijn staan.
A
Goede artikelpresentatie
B
Slechte artikelpresentatie
Slide 6 - Quizvraag
4. Er is een nieuw boek uit van een bekende schrijver. De boekhandel plaatst bij de kassa een tafel met alle eerder verschenen boeken van deze schrijver. Het nieuwe boek ligt op een stapel op de toonbank.
A
Goede artikelpresentatie
B
Slechte artikelpresentatie
Slide 7 - Quizvraag
5. Jenna rekent haar nieuwe broek af bij de kassa. Ze wil net de winkel uitlopen als ze bij de uitgang nog een mooie riem ziet hangen. Ze denkt: mooie riem, maar helaas... ik heb geen zin om nog een keer bij de kassa te wachten.
A
Goede artikelpresentatie
B
Slechte artikelpresentatie
Slide 8 - Quizvraag
6. In de buurtsuper van Jan Kal zijn alle artikelen van grootte van verpakking bij elkaar gezet in de schappen. Jan kent alle verpakkingen uit zijn hoofd, dus hij weet precies waar wat staat.
A
Goede artikelpresentatie
B
Slechten artikelpresentatie.
Slide 9 - Quizvraag
7. Het is bijna Nieuwjaar. In de supermarkt is een toren van champagneglazen gebouwd. Daaromheen staan alle soorten champagne die je bij de supermarkt kunt kopen.
A
Goede artikelpresentatie
B
Slechte artikelpresentatie
Slide 10 - Quizvraag
horizontaal presenteren
Slide 11 - Tekstslide
Vertikaal presenteren
Slide 12 - Tekstslide
Attentiewaarde
Sommige artikelen vallen dus op, andere veel minder.
Je noemt dit de attentiewaarde van het artikel. Dit is de mate waarin een artikel opvalt.
Hoe meer een artikel opvalt, hoe meer aandacht het van de klant trekt, hoe hoger de attentiewaarde.
Slide 13 - Tekstslide
Een actie-artikel of aanbieding
Een actie artikel of aanbieding zet je op een opvallende plek in de winkel
Bijvoorbeeld
bij de ingang.
Op de kop of het eind van een stelling.
Al je het artikel verwacht snel te verkopen zet je het in de buurt van een magazijn zodat je het snel kunt aanvullen.
Het artikel breng je door reclame speciaal onder de aandacht.
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Video
Een moetartikel
Een moet artikel is een artikel wat iedereen toch wel nodig heeft (moet hebben). Bijvoorbeeld afwasmiddel. Dit zet je op een minder opvallende plaats bijvoorbeeld in een schap midden in de winkel.
Slide 16 - Tekstslide
Om wat voor artikel gaat het hier?
A
moetartikel
B
actie-artikel
Slide 17 - Quizvraag
Om wat voor artikel gaat het hier?
A
moetartikel
B
actie-artikel
Slide 18 - Quizvraag
Wat betekent attentiewaarde?
Slide 19 - Open vraag
Attentiewaarde
De mate waarin een artikel opvalt.
Hoe meer het artikel opvalt hoe hoger de attentiewaarde
Slide 20 - Tekstslide
Display
Een display is een presentatiemeubel. De winkelier gebruikt dit om artikelen tijdelijk extra onder de aandacht te brengen.
Je verhoogt dus de attentie waarde met een display.
Slide 21 - Tekstslide
classdisplay
Slide 22 - Tekstslide
massdisplay
Slide 23 - Tekstslide
Sfeerdisplay
Een sfeerdisplay roept een bepaalde sfeer op bij mensen. De artikelen in de display zijn niet te koop.
Een sfeerdisplay moet de klant op ideeën brengen
Slide 24 - Tekstslide
Attentiewaarde in een schap.
Ook de hoogte in het schap verhoogt de attentiewaarde. Elk artikel staat op een andere hoogte in het schap.
Dit is de presentatiehoogte.
Artikelen die op ooghoogte staan, trekken de meeste aandacht en verkopen het best.
Slide 25 - Tekstslide
Presentatiehoogte
Slide 26 - Tekstslide
Oog-, grijp-, reik- en bukhoogte
Artikelen op ooghoogte en grijphoogte hebben de hoogste attentiewaarde. Artikelen op bukhoogte en reikhoogte hebben de laagste attentiewaarde. Op buk- en reikhoogte zet je vooral artikelen die je toch wel verkoopt. Of artikelen die minder winst opleveren. Ook grote en zware artikelen zet je op bukhoogte.
Ze vallen vanzelf wel op. Kleine artikelen en artikelen met veel winst, staan op ooghoogte en grijphoogte
Slide 27 - Tekstslide
De klant pakt hier iets op.....
A
reikhoogte
B
grijphoogte
C
kijkhoogte
D
bukhoogte
Slide 28 - Quizvraag
De klant pakt hier iets op.....
A
kijkhoogte
B
grijphoogte
C
reikhoogte
D
bukhoogte
Slide 29 - Quizvraag
De klant pakt hier iets op.....
A
reikhoogte
B
grijphoogte
C
kijkhoogte
D
bukhoogte
Slide 30 - Quizvraag
verwantschap
Je kunt artikelgroepen bij elkaar zetten op basis van verwantschap. Dat betekent dat de artikelen iets met elkaar gemeen hebben.
Slide 31 - Tekstslide
artikelplaatsing
Je kunt artikelen op 2 manieren in de winkel plaatsen: in combinatie met andere artikelen of juist apart van elkaar.
Dit noem je:
combinatieplaatsing (3 soorten)
gescheiden plaatsing
Slide 32 - Tekstslide
combinatie
plaatsing
Dit zorgt voor een logische en overzichtelijke presentatie.