Tekstverbanden en Signaalwoorden



Tekstverbanden en sigaalwoorden
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3,4

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les



Tekstverbanden en sigaalwoorden

Slide 1 - Tekstslide

tekstverband

Slide 2 - Woordweb

Slide 3 - Video

Hoe heet dit tekstverband?
A
opsomming
B
tegenstelling
C
conclusie
D
volgorde

Slide 4 - Quizvraag

Slide 5 - Video

Hoe heet dit tekstverband?
A
opsomming
B
tijdsvolgorde
C
voorbeeld
D
conclusie

Slide 6 - Quizvraag

Slide 7 - Video

Hoe heet dit tekstverband?
A
voorbeeld
B
opsomming
C
tegenstelling
D
oorzaak-gevolg

Slide 8 - Quizvraag

Slide 9 - Video

Als ik naar school ga moet ik eerst met de fiets, daarna met de trein en vervolgens nog een stuk lopen

Slide 10 - Tekstslide

Hoe heet dit tekstverband?
A
opsomming
B
tijdsvolgorde
C
voorbeeld
D
conclusie

Slide 11 - Quizvraag

tijdsvolgorde
  • eerst
  • voordat
  • daarna
  • later
  • terwijl
  • tijdens

Slide 12 - Tekstslide

Je ziet zo een aantal zinnen.

Geef eerst aan wat de signaalwoorden zijn.
In elke zin staat een signaalwoord.
Benoem daarna de tekstverbanden.
Succes!

Slide 13 - Tekstslide

In de eerste plaats ben ik een verzamelaar van schilderijen van Mondriaan.
Wat is het signaalwoord?

Slide 14 - Open vraag

Welk tekstverband is dit?

Slide 15 - Open vraag

In de zomervakantie had ik een bijzonder aardig baantje, maar daar heb ik nu geen tijd meer voor.
Wat is het signaalwoord?

Slide 16 - Open vraag

Welk tekstverband is dit?

Slide 17 - Open vraag

Het sneeuwde al enige dagen hevig, echter de skipistes werden niet gesloten.
Wat is het signaalwoord?

Slide 18 - Open vraag

Welk tekstverband is dit?

Slide 19 - Open vraag

Voordat ze het vliegtuig mochten betreden werden de paspoorten gecontroleerd.
Wat is het signaalwoord?

Slide 20 - Open vraag

Welk tekstverband is dit?

Slide 21 - Open vraag

Vervolgens werden de passagiers naar hun plaats gebracht door de stewardess.
Wat is het signaalwoord?

Slide 22 - Open vraag

Welk tekstverband is dit?

Slide 23 - Open vraag

einde
Ga aan de slag met online opdrachten oefenen of test jezelf van hoofdstuk 2 lezen 2.3. 

blz. 108-123

Slide 24 - Tekstslide