1E sterke en zwakke werkwoorden

Welkom bij Nederlands!
Niet vergeten : telefoon in je kluis ?
Op tafel: 
Leesboek, chromebook
Kauwgum in de prullenbak
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Welkom bij Nederlands!
Niet vergeten : telefoon in je kluis ?
Op tafel: 
Leesboek, chromebook
Kauwgum in de prullenbak

Slide 1 - Tekstslide

boek lezen/nos.nl
timer
10:00

Slide 2 - Tekstslide

Vandaag

bespreken huiswerk
afmaken §8
blooket
korte pauze 
sterke /zwakke werkwoorden
huiswerk/maken
einde les 

Slide 3 - Tekstslide

Huiswerk
Maak cursus 7 §8 1 tm 4
online
opstel Bram

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Link

Maak cursus 7 §8alle opdrachten online
klaar?
 spellingoefenen.nl
werkwoordspelling!!



Slide 6 - Tekstslide

Blooket

Slide 7 - Tekstslide

Korte pauze!
timer
5:00

Slide 8 - Tekstslide

Sterke en zwakke werkwoorden
Verleden tijd: sterke en zwakke werkwoorden

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Link

Wat is het verschil tussen sterke en zwakke werkwoorden?
A
sterke werkwoorden veranderen in de verleden tijd van klinker, zwakke niet.
B
zwakke werkwoorden veranderen in de verleden tijd van klinker, sterke niet.

Slide 11 - Quizvraag

Sterk of zwak werkwoord?
'Lopen'
A
Sterk
B
Zwak

Slide 12 - Quizvraag

Sterk of zwak werkwoord?
'werken'
A
Sterk
B
Zwak

Slide 13 - Quizvraag

Sterk of zwak werkwoord?
'Lezen'
A
Sterk
B
Zwak

Slide 14 - Quizvraag


Blijft de klank van -geven- in de verleden tijd hetzelfde?
A
Ja, het is een zwak werkwoord
B
Nee, het is een sterk werkwoord

Slide 15 - Quizvraag

Sterk of zwak werkwoord?
Sterk werkwoord
Zwak werkwoord
stoppen
hebben
dansen
worden
schrijven
boffen
lopen
zijn
fietsen
lachen

Slide 16 - Sleepvraag

Ik weet het verschil tussen sterke en zwakke werkwoorden
😒🙁😐🙂😃

Slide 17 - Poll

Maak cursus 7 §9 alle opdrachten
online
klaar?
 spellingoefenen.nl



Slide 18 - Tekstslide

Einde Les

Slide 19 - Tekstslide

1E sterke en zwakke werkwoorden

Slide 20 - Tekstslide