Les 1 Kapitel 7

Kapitel 7
 Kapitel 7 – Meine Heimat!

Grammatica:
● voorzetsels +4 ● persoonlijk voornaamwoord Herhaling Grammatica:
• der-Gruppe & ein-Gruppe • 1e & 4e naamval
• modale hulpwerkwoorden
Woorden & zinnen:
• Wörterliste A, B, DF & G (Seite 79 & 79)
• Plauderecke C & H (Seite 80)
Landeskunde:
Wohnen, das Haus & die Wohnung in den DACH-Ländern




1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Kapitel 7
 Kapitel 7 – Meine Heimat!

Grammatica:
● voorzetsels +4 ● persoonlijk voornaamwoord Herhaling Grammatica:
• der-Gruppe & ein-Gruppe • 1e & 4e naamval
• modale hulpwerkwoorden
Woorden & zinnen:
• Wörterliste A, B, DF & G (Seite 79 & 79)
• Plauderecke C & H (Seite 80)
Landeskunde:
Wohnen, das Haus & die Wohnung in den DACH-Ländern




Slide 1 - Tekstslide

Übung 1 Seite 50 - 51

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

1
Stadt – die Fahne - Doch ich leb’ für meine Lieblingsfarben - Heimat - deine Stadt!
2
En van de eerste rit op de driewieler tot de allerlaatste hartslag ben jij mijn thuis / vaderland.
Of: van jongs af aan tot ik doodga ben jij mijn thuis / vaderland.
3
Sobald ich die Stadtmauern verlasse = ‘sobald ich dich verlasse’.
Doch ich leb’ für meine Lieblingsfarben = ‘Ich leb‘ für deine Liebe’.
Bis zum allerletzten Herzschlag bist du Heimat = ‘Bis zum allerletzten Herzschlag bist du meine Geliebte’.
Deine Stadt = ‘Dein Herz’ / ‘Deine Freundin’ / ‘Deine Geliebte’. ‘Mein(e)’ in plaats van dein(e) is ook goed.

Slide 4 - Tekstslide

Übung 2 - Seite 50 - 51
Übung 2

Slide 5 - Tekstslide

Übung 2 - Seite 50 - 51
C
1 B
2 A
3 B
4 A
5 A
6 B
7 Zij wonen straks dicht bij elkaar en zijn bijna buren.

Übung 2

Slide 6 - Tekstslide

Seite 78 - 79 
Wörter A und Übung 3 Seite 51

Slide 7 - Tekstslide

Übung 3
1 Wohnung
2 Ort
3 Dorf
4 Nachbar
5 öffentliche Verkehrsmittel
6 Stadt
7 umziehen
8 Hof
9 richtig
10 Küche

Slide 8 - Tekstslide

Heraal Grammatica
Mache jetzt Übung 6 - 9 Seite 54 - 55

Slide 9 - Tekstslide

Übung 6
1 Es
2 sie
3 Sie
4 wir
5 Er
6 sie
7 ihr
8 du

Slide 10 - Tekstslide

Übung 7
1 mein
2 unser
3 meinen
4 den
5 eine
6 welche
7 unsere
8 den


Slide 11 - Tekstslide

Übung 8
1 Erdkunde
2 Geschichte
3 Französisch
4 Deutsch
5 Chemie
6 Mathe / Mathematik
7 Physik
8 Sport

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Welke woorden horen bij de der- Gruppe?

Slide 14 - Open vraag

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Welke woorden horen bij de ein- Gruppe?

Slide 21 - Open vraag

voor
om
door
tegen
zonder

    für
   
    um

  durch

  gegen

  ohne

Slide 22 - Sleepvraag

Noem de voorzetsels waarna je de 4e naamval krijgt

Slide 23 - Open vraag

Lidwoorden in de 1e en 4e naamval

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Video

Wir spielen Fußball gegen (alle)..... Mädchen.
A
jede
B
alle
C
jeden
D
allen

Slide 28 - Quizvraag

Durch (welche) ....... Lehrer (ev) ist er heraus geschickt?
A
welche
B
welcher
C
welchen
D
welchem

Slide 29 - Quizvraag

Das Theater ist um (de) ...... Ecke.
A
der
B
die
C
diese
D
das

Slide 30 - Quizvraag

Ohne (haar) ........ Tasche geht sie nicht aus.
A
seine
B
sie
C
ihr
D
ihre

Slide 31 - Quizvraag

(Ieder) ...... Spiel hat andere Regeln.
A
jede
B
jeden
C
jeder
D
jedes

Slide 32 - Quizvraag

Vul in:
(Door deze).......... Regen (m) bin ich nass geworden.

Slide 33 - Open vraag

Vul in:
Ich fahre nicht gern (zonder mijn)...... Freunde weg.

Slide 34 - Open vraag

Seite 56 - 57 
Übung 11 -12
Übung 19 - 21 Seite 62-63

Slide 35 - Tekstslide

Übung 11
1 ohne uns
2 für ihn
3 für mich
4 um sie
5 gegen mich
6 ohne Sie
7 gegen euch
8 durch sie

Slide 36 - Tekstslide

Übung 12
1 ohne
2 gegen
3 um
4 durch
5 für

Slide 37 - Tekstslide

Übung 19
1 ohne meine
2 durch den
3 gegen diese
4 um unseren
5 Für deine
6 Durch welche
7 um eure
8 gegen jede

Slide 38 - Tekstslide

Übung 20
1 ihren
2 meinen
3 sein
4 das
5 Unsere
6 deine
7 diese
8 ihren

Slide 39 - Tekstslide

Übung 21
1 Ich bin gegen den Umzug!
2 Ich laufe gern durch die Altstadt
3 um den
4 Für meine Eltern
5 ich kann sehr gut ohne einen Garten leben

Slide 40 - Tekstslide