Veel mensen hadden kritiek. Vat achter elke groep de kritiek kort samen.
Edelen: De vorst en zijn raadgevers krijgen te veel macht.
Geleerden: Veel ideeën en gebruiken van de kerk zijn niet oorspronkelijk.
Gewone gelovigen: De leefwijze van de geestelijkheid is niet goed.
Burgers: De wetten van de koning brengen onze zelfstandigheid in gevaar.