Deze les heb je de hulpwoorden geleerd.
Landschap, stilleven, en face, en profiel, geënsceneerd, houding, gebaar, gezichtsuitdrukking, naar de fanatasie/naar de waarneming.
Volgende keer leer je het benoemen van voorstellingsaspecten van een voorstelling.
Daarna volgt een toetsmoment over de voorstelling.