Op avontuur met zitten, staan en liggen!

Op avontuur met zitten, staan en liggen!
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Op avontuur met zitten, staan en liggen!

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel
Aan het einde van de les kunnen de leerlingen enkelvoudige zinnen maken met voorzetsel van plaats met de woorden zitten, staan en liggen op basisschoolniveau.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je al over zitten, staan en liggen?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn voorzetsels?
Voorzetsels geven de plaats of de richting aan. De meest voorkomende voorzetsels van plaats zijn 'op', 'in', 'naast' en 'onder'.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zitten, staan en liggen
Leerlingen leren de betekenis van de woorden 'zitten', 'staan' en 'liggen'. 




Ik zit                       Hij ligt

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorzetsels van plaats met zitten
Leerlingen leren voorzetsels van plaats die passen bij 'zitten', zoals 'in de doos''.


Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorzetsels van plaats met staan
Leerlingen leren voorzetsels van plaats die passen bij 'staan', zoals 'naast de tafel'.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorzetsels van plaats met liggen
Leerlingen leren voorzetsels van plaats die passen bij 'liggen', zoals 'onder het bed'.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oefening
Laat de leerlingen in groepen of individueel zinnen maken met 'zitten', 'staan' en 'liggen' en voorzetsels van plaats.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afsluiting
Vraag de leerlingen om een paar van hun zinnen te delen met de klas en geef positieve feedback.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 11 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 12 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 13 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.