H1.3 Vermogen en energie

H1.3 Vermogen en energie
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo k, gLeerjaar 2,3

In deze les zitten 20 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H1.3 Vermogen en energie

Slide 1 - Tekstslide

Planning
Planning en leerdoelen bespreken.
Herhalen vorige keer.
Vermogen.
Elektrische verbruik.
Energie rekening.
Zelfstandig werken. 

Slide 2 - Tekstslide

Doelen voor vandaag
Je kunt uitleggen wat wordt bedoeld met het vermogen van een apparaat.

Je kunt berekeningen uitvoeren met spanning, stroomsterkte en vermogen.

Je kunt uitleggen hoe het verbruik van elektrische energie in huis wordt gemeten.

Je kunt het energieverbruik van elektrische apparaten berekenen in kWh.

Je kunt berekenen hoeveel je voor de verbruikte elektrische energie moet betalen.

Slide 3 - Tekstslide

Welke verbruikt meer energie?
of

Slide 4 - Tekstslide

Omzetten energie
Elektrische energie kun je omzetten in licht, warmte of beweging en omgekeerd.

Slide 5 - Tekstslide

Wat is elektrisch vermogen?

De hoeveelheid energie die per seconde wordt omgezet
Symbool: P
Eenheid: watt (W)

Slide 6 - Tekstslide

Vermogen
Hoeveel elektrische energie een apparaat per seconde verbruikt, noem je het vermogen


Een eenheid van vermogen is joule per seconde (J/s). 

Een andere eenheid is de watt
(W). 

Hierbij geldt dat 1 W evenveel is als 1 J/s. 

Slide 7 - Tekstslide

Vermogen - typeplaatje
Een typeplaatje vind je vaak achterop of onderop een elektrisch apparaat.Op het typeplaatje vind je het vermogen van een apparaat.

Slide 8 - Tekstslide

Typeplaatje

Slide 9 - Tekstslide

Vermogen berekenen

Slide 10 - Tekstslide

Omrekenen

Slide 11 - Tekstslide

Methode
1. Gegeven
2. Gevraagd
3. Formule (Binas)
4. Berekening
5. Antwoord + eenheid
Opdracht 1

Slide 12 - Tekstslide

1. Gegeven
                         Spannning = U = 230 V
                         Stroomsterkte = I = 0,35 A
2. Gevraagd
                           Vermogen = P
3. Formule


4. Berekening


5. Antwoord

P=UI
P=80,5W
P=2300,35=80,5

Slide 13 - Tekstslide

Opdracht 2
timer
3:00

Slide 14 - Tekstslide

1. Gegeven
                         Spannning = U = 230 V
                         Stroomsterkte = I = 0,35 A
2. Gevraagd
                           Vermogen = P
3. Formule


4. Berekening


5. Antwoord

Slide 15 - Tekstslide

Energiegebruik
Energiegebruik = E in kWh

kWh = kilo Watt hour (uur)

oftewel

Het aantal 1000 Watt dat je per uur verbruikt

Slide 16 - Tekstslide

Kilowattuur-meter


Slide 17 - Tekstslide

Energieverbruik
1
2

Slide 18 - Tekstslide

Elektriciteit kosten 
E=P*t berekent hoeveel energie die je gebruikt.

Als je dit * de energieprijs doet, krijg je de kosten.

E* 0,89 = $$$

Slide 19 - Tekstslide

Zelfstandig werken
Wat?  Lees blz. 32 t/m 34 en maak opgave 1 t/m 13
Hoe?  Je mag fluisterend overleggen met je buur
Hulp? Boek, buur bureau
Tijd? 15 minuten. 
Uitkomst?
Klaar? 
timer
5:00

Slide 20 - Tekstslide