1.1 Grammar

Vak: Engels
Hoofdstuk: 1.1 Grammar
1.
Lesson opening
2.
Lesson goals
3.
Arrangements + Mini-check
4. 
Instruction
5.
Supervised practice
6. 
Work independently
7.
Evaluation
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo k, tLeerjaar 2

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Vak: Engels
Hoofdstuk: 1.1 Grammar
1.
Lesson opening
2.
Lesson goals
3.
Arrangements + Mini-check
4. 
Instruction
5.
Supervised practice
6. 
Work independently
7.
Evaluation

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Lesson opening
Take your English book but keep it closed.

Homework check: 
1.1 exercise 2 to 5

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2. Lesson goals
After this lesson you: 
- know the grammer of one/ones
- know the grammar of present continuous 



Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3. Arrangements
- Verdiept: kijk of je zelfstandig aan de slag kunt of dat je mee wil doen aan de instructie na het benoemen van de lesdoelen en het lezen van de theorie. 
Krystian, Gijs, Jochem & Jamie

- Basis: doe mee aan de mini-check. Alles goed? Zelfstandig aan de slag. Niet alles goed? Instructie volgen, daarna aan de slag. 
Jaysen, Jessica & Niek

- Intensief: doe mee aan de mini-check. Instructie volgen en samen begeleid inoefenen.
n.v.t.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verdiept arrangement:
Verdiept: Krystian, Gijs, Jochem & Jamie

Huiswerk noteren + maken:
les: 1.1 Grammar
blz: 14 t/m 16
opdr: 8, 9 en 10

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Mini-check
leerlingen in het basis en intensief arrangement doen mee met de mini-check. 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

One/ones vervangt een...
A
werkwoord
B
hulpwerkwoord
C
zelfstandig naamwoord
D
bijvoeglijk naamwoord

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

When do you use 'ONE' and when do you use 'ONES'?
A
Ones gebruik je bij meervoud, one bij enkelvoud
B
One gebruik je alleen bij meervoud
C
Ones gebruik je bij enkelvoud
D
One gebruik je bij meervoud en ones bij enkelvoud

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

One or ones?

You've got expensive books and cheap ... .
A
one
B
ones

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Present continuous:

Wat geef je aan met de present continuous?
A
Iets dat altijd, nooit of regelmatig gebeurt
B
Iets dat NU aan de gang is.
C
Iets dat is gebeurd in het verleden.

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Present Continuous:

Wat is de regel van de present continuous?
A
ww+ - ed
B
shit = ww+-s
C
vorm van to be + ww+-ing

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Present continuous:
Pick the present continuous.
A
We are eating lunch at the cafeteria.
B
They have eaten lunch at the cafeteria before.
C
She ate lunch at the cafeteria.
D
He has eaten lunch at the cafeteria.

Slide 12 - Quizvraag

Present continuous
1. aan te geven dat iets NU aan de gang is. Signaalwoorden zijn o.a: "now, at the moment, listen..." enz.
2. aan te geven dat je iets van plan bent. Meestal staat er bij wanneer je in de toekomst dat van plan bent.
3. irritatie aan te geven
Maak de present continuous door: vorm van 'to be' (am/is/are) + ww+ ing
Susanne is singing right now
Wie maakt wat:
4 vragen of meer goed? Ga zelfstandig aan de slag:
les 1.1, opdracht 8, 9 en 10 op blz. 14 t/m 16

De rest doet mee met de instructie.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4. Instruction
Lees en kijk mee naar de volgende dia. 

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

One / Ones
One of ones gebruik je: 

- Om een zelfstandig naamwoord te vervangen. 
   --> Wat zijn zelfstandige naamwoorden? 

- Om antwoord te geven op een vraag.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

One / Ones: bij een zelfstandig naamwoord
Hieronder zie je voorbeelden hoe je one of ones gebruikt wanneer je een zelfstandig naamwoord vervangt. 

- This new bag is black, my old one was green.
- I like your bike, did you buy a new one?

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

One / Ones: om antwoord te geven op een vraag
Hieronder zie je voorbeelden hoe je one of ones gebruikt wanneer je antwoord geeft op een vraag: 

- Which skirt are you going to buy? The white one.
- Which shoes are yours? The blue ones.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer one en wanneer ones

One

Ones
Bij enkelvoud gebruik je:
Bij meervoud gebruik je:

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Present Continuous
De present continuous is een vorm van de tegenwoordige tijd.
Je gebruikt de present continuous bij gebeurtenissen die:
  •    nu bezig of                        
  •    nu aan de gang zijn

In de zin staan vaak de volgende signaalwoorden
now - right now - at the moment

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Present continuous: hoe maak je die bevestigend?
Subject
 +
Form of to be
 +
Verb + ing
I
am
watching
TV.
You/we/they
are
watching
TV.
He/she/it
is
watching
TV.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Present continuous: hoe maak je die ontkennend?
Subject
 +
Form of to be
 +
not
+
Verb + ing
I
am
not
making
tea
You/we/they
are
not
making
tea
He/she/it
is
not
making
tea
LET OP! Bij ontkennend is het NIET aan de gang/bezig

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Present continuous: hoe maak je die vragend?
Form of to be
 +
subject
 +
Verb + ing
Am
I
playing
games?
Are
you/we/they
playing
games?
Is
he/she/it
playing
games?
LET OP! Bij een vragende zin komt de am/is/are VOORAAN in de zin te staan.

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

5. Supervised practice
Wie kan zelfstandig aan de slag (basis)?
Jaysen, Jessica & Niek: jullie maken zelfstandig les 1.1 opdracht 8, 9 en 10 op blz. 14 t/m 16.

Wie heeft nog extra instructie/leeshulp nodig (intensief)?
Had je alle vragen fout van de mini-check? Dan maken we samen opdracht 8. 

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

6. Work independently
Je maakt zelfstandig paragraaf 1.1 opdracht 8, 9 en 10 op bladzijde 14 t/m 16




Ben je klaar?
Dan kijk je de opdrachten na en verbeter je waar nodig. 
Hierna pak je een ga je de vocabulary van 1.1 oefenen op Quizlet 
of via een woordzoeker. 
timer
1:00

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

7. Evaluation
How did the lesson go? 
Do you have questions or did you find something difficult? 

Lesson goals: 
- do you know the grammer of one/ones
- do you know the grammar of the present continuous 


Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

8. Homework & Tests
Homework:
Friday September 8th
1.1 exercise 8, 9 and 10
Tests:
Geen

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies