Het verzet tegen de Spaanse overheersing werd steeds openlijker. In 1566 brak de Beeldenstorm uit: boze burgers plunderden kerken en vernielden de heiligenbeelden. Dit ging als een golf door het land. Filips II stuurde de Hertog van Alva met soldaten om de schuldigen te straffen en zijn gezag te herstellen. In 1568 was de maat vol. Er braken gevechten uit tussen het Spaanse leger en troepen van Willem van Oranje. Deze oorlog noem je de Opstand.
In 1572 veroverde troepen van Willem van Oranje delen van Holland en Zeeland. Als er geen geld was voor grote aanvallen werd er een tijdje niet gevochten.
In 1648 gaf de Spaanse koning toe en werden de Nederlanden (Nederland) onafhankelijk. Omdat er geen Nederlandse koning was en geen andere koning hier koning wilde zijn, werden de Nederlanden een republiek.