Lidwoord en vraagwoord 1mh 12/1

• Duits
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 1

Herzlich Willkommen 1mh2/3

Dienstag, den. 12 Januar 2021

HERZLICH  WILLKOMMEN

Was machen wir heute?

• Organisatorische zaken
• Wiederholung lidwoorden und Wörter
• Erklärung vraagwoorden
• Aufgaben machen

Vragen of opmerkingen?

Hebben jullie voor nu al een vraag op opmerking, steek een handje op!

Lernziel

Aan het einde van de les kan je tenminste drie vraagwoorden in het Duits benoemen door het maken van de opdrachten.

Voor welk woord gebruik je het bepaald lidwoord der?

1. Katze
2. Mann
3. Haus
4. Kind

Voor welk woord gebruik je het bepaald lidwoord die?

1. Frau
2. Brief
3. Pferd
4. Buch

Voor welk woord gebruik je het bepaalde lidwoord das?

1. Katze
2. Lehrer
3. Haus
4. Stier

Welk bepaald lidwoord krijgt het woord Mädchen?

1. der
2. die (ev)
3. die (mv)
4. das

Welk woord heeft als onbepaald lidwoord eine?

1. Kind
2. Frau
3. Haus
4. Mann

Welk woord krijgt het onbepaalde lidwoord ein?

1. Junge
2. Katze
3. Lehrerin
4. Mutter

Welk lidwoord krijgt het meervoud in het Duits?

Wat betekent die Freundschaft?

1. nodig hebben
2. elkaar zien
3. de vriendschap
4. het avontuur

Hoe zeg je in het Duits vandaag?

1. anrufen
2. heute
3. immer
4. brauchen

Het vraagwoord

wanneer -------->    wann

wat            -------->    was

wie            -------->     wer

hoe           -------->     wie

waar         -------->     wo

waar....vandaan->     woher

Schrijf de vertaling van deze zin in het Nederlands!
Wer ist dieser Junge?

Schrijf de vertaling van deze zin in het Nederlands!
Wie heißt sie?

Welk woord schrijf je in het Duits altijd met een hoofdletter?

Het gebruik van hoofdletters

•  der Freund
• das Mädchen
• eine Freundin
• die Musik
• ein Geschenk
• die Kinder

Schrijf 3 vraagwoorden in het Duits die je deze les geleerd hebt!

Aufgaben machen

• Ga naar Na klar online Kapitel 1 Hamburg.
• Ga naar paragraaf 1.5
• Maak opdracht 8a, 8b, 9 en 10
• Hulp in je boek op bladzijde 36
• Als je een vraag hebt steek een handje op of schrijf deze in de chat.
• Als je klaar bent geef je dit aan en check ik je opdracht.
• Ondertussen check ik de aanwezigheid. Zet je micro aan en als deze niet werkt typ je je naam in de chat!

Hausaufgaben

• Maak opdracht 8a, 8b, 9 en 10 uit Kapitel 1, paragraaf 1.5 af.
• Maak opdracht 1a, 2 en 3 uit Kapitel 1, paragraaf 1.6.
• Leer de woordjes van Lektion 6 op bladzijde 45 N-D en             D-N (schrijf de woorden op!)

Auf Wiedersehen!