2023_week40_2mh_les1_van znw naar pv, vraagwoorden, getallen, hoofdletters, warum Deutsch

• Duits
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

Du hast 3 min für:

Je hebt 3 min om: 

• Jacke aus
• Laptop geschlossen auf dem Tisch
• Buch/ Heft/ Stift auf dem Tisch

• Als de timer is gestopt zie ik iedereen in stilte bezig met de opdracht die op het bord staat.
  

Check-in (in je schrift)

1. Wanneer gebruik je het lidwoord -der?
2. Hoe vertaal je: jullie zijn?
3. Wat zijn de aanvullende regels voor het lidwoord -die?
4. Hoe vertaal je: ik heb?
5. Wat is het lidwoord voor:              Freundschaft?
6. Wat is het lidwoord voor:              Mädchen?
7. Hoe vertaal je het huis?
8. Hoe vertaal je: jij bent?
9. Welk lidwoord gebruik je voor verkleinwoorden?
10. Wat is het onbepaalde lidwoord?
11. Waarom heeft meervoud geen onbepaald lidwoord "een''?
12. Hoe vertaal je; een kind?

Klaar? Schrijf het rijtje van haben en sein

Besprechen

1. Wanneer gebruik je het lidwoord -der? 
2. Hoe vertaal je: jullie zijn?
3. Wat zijn de aanvullende regels voor het lidwoord -die?
4. Hoe vertaal je: ik heb?
5. Wat is het lidwoord voor:              Freundschaft?
6. Wat is het lidwoord voor:              Mädchen?
7. Hoe vertaal je het huis?
8. Hoe vertaal je: jij bent?
9. Welk lidwoord gebruik je voor verkleinwoorden?
10. Wat is het onbepaalde lidwoord?
11. Waarom heeft meervoud geen onbepaald lidwoord "een''?
12. Hoe vertaal je; een kind?

Klaar? Schrijf het rijtje van haben en sein

Was machen wir heute?

• Check-in


• Wiederholung van zelfstandig naamwoord

naar persoonlijk voornaamwoord/ vraagwoorden/getallen

• An die Arbeit
• Video: Warum Deutsch
• Abschluss: deutsches Lied
  

Lernziel

-aan het einde van de les kan je benoemen hoe een zelfstandig naamwoord verandert naar een persoonlijk voornaamwoord, doordat je aantekeningen en versterk jezelf hebt gemaakt.

-aan het einde van de les kan je tenminste drie vraagwoorden in het Duits benoemen, doordat je aantekeningen hebt gemaakt en versterk jezelf.

-kan je van 1 t/m 5 tellen in het Duits, doordat je dit geoefend hebt.

Heft

Schrijf de uitleg mee in je aantekeningenschrift

er/sie/es

Hoe weet je nou, wanneer je er/sie of es moet gebruiken?

Ezelsbruggetje:

der Mann -> er

die Frau    -> sie

das Kind   -> es

Der Junge ist nett.

• Er ist nett

Die Katze ist schön.

•  Sie ist schön.

Das Kind spielt.

•  Es spielt

Die Freunde lachen.

•  Sie lachen.

Fragewörter

Hoofdletters?????

• Zelfstandige naamwoorden
• Begin van een zin
• Voornamen en achternamen
• Namen van steden en landen 

An die Arbeit

Machen: 

Hoe? De eerste 5 minuten in stilte

Klaar? Online: Kapitel 2->versterk jezelf----------------->

Schrijf woordjes van Kapitel 4, Lektion 1, 2, 3 blz. 44-45

Na klar online, Kapitel 2

Paragraaf 2.2 Opdracht 9, 10, 11

Paragraaf 1.5 Opdracht 8

Paragraaf 2.4 Opdracht 12

machmit.nl

Lernziel

-aan het einde van de les kan je benoemen hoe een zelfstandig naamwoord verandert naar een persoonlijk voornaamwoord, doordat je aantekeningen en versterk jezelf hebt gemaakt.

-aan het einde van de les kan je tenminste drie vraagwoorden in het Duits benoemen, doordat je aantekeningen hebt gemaakt en versterk jezelf.

-kan je van 1 t/m 5 tellen in het Duits, doordat je dit geoefend hebt.

Abschluss

Niet inpakken - luisteren - ik sluit de les af

• na mijn startsignaal: inpakken
• zitten blijven tot de bel gaat- stil


• dan: klaar :)

Hausaufgaben

Leer de woordjes van Lektion 1, 2, 3 blz. 44-45

Van NL-DU en DU-NL

Auf Wiedersehen!