Thema 1 Verbanding & Ademhaling (2havo)

Startklaar
  • Op je plek zitten 
  • Telefoon in de telefoontas 
  • Jas over de stoel, oortjes in de tas, tas op de grond
  • Schoolspullen op tafel: Laptop, boeken etui 
  • Welkom :)
timer
3:00
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 2

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Startklaar
  • Op je plek zitten 
  • Telefoon in de telefoontas 
  • Jas over de stoel, oortjes in de tas, tas op de grond
  • Schoolspullen op tafel: Laptop, boeken etui 
  • Welkom :)
timer
3:00

Slide 1 - Tekstslide

Bij de start van iedere les verwelkomt de docent de leerlingen bij de ingang van de deur, noemt leerlingen bij naam, maakt oogcontact en besteedt aandacht aan het welbevinden van leerlingen. De docent geeft het goede voorbeeld en spreekt hoge verwachtingen uit voor het verloop van de les door succescriteria op gewenst gedrag, schooltaal en effectief leren te benoemen. De leerlingen zitten startklaar en zijn bijvoorbeeld ingelogd in LessonUp en hebben hun JdW-map op tafel.
Plan van vandaag
1. Kennismaken
2. Klassen aanmaken 
Nectar
Lessonup
3. Nectar flexmethode doornemen
4. Start maken met de les

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat staat elke bio-les open op je laptop?
  1. Magister
  2. Nectar flexmethode
  3. Lessonup.com 
  4. Microsoft Teams 

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maakwerk / Huiswerk
Aan het begin van elke eerste les van de week:

HUISWERK CONTROLE

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Thema 1 Verbranding en Ademhaling 

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verbranding

Slide 6 - Woordweb

2. Voorkennis activeren
De docent activeert relevante voorkennis aan de hand van een terugblik-opdracht, waarbij eventueel een beroep op de thuistalen wordt gedaan. Op deze manier biedt de docent een kapstok om nieuwe stof te verbinden aan de eerder geleerde stof en richting te geven aan het verdere verloop van de les. Tegelijkertijd worden hiermee misconcepties van leerlingen zichtbaar gemaakt, waar de docent vervolgens gericht op in kan spelen.

Basisstof 1: Stofwisseling


Planten maken voedsel en zuurstof voor dieren en mensen. 
De cellen in je lichaam gebruiken de stoffen die planten maken. Daardoor heb je energie om te bewegen en warm te blijven.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

      Leerdoelen
1.1.1 Je kunt uitleggen dat planten bij de fotosynthese energie vastleggen in glucose.

1.1.2 Je kunt uitleggen dat bij de afbraak van glucose energie vrijkomt.

Slide 8 - Tekstslide

3. Leerdoelgericht werken
De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.

Fotosynthese

Slide 9 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Fotosynthese
Als het licht is, vindt in alle groene delen van planten fotosynthese plaats. 
Bladgroenkorrels gebruiken de energie uit zonlicht om koolstofdioxide en water om te zetten in glucose 

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Video

Deze slide heeft geen instructies

De Vergelijking van fotosynthese


water + koolstofdioxide + energie → glucose + zuurstof

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

stofwisseling
Niet alleen plantencellen kunnen stoffen omzetten in andere stoffen. Alle cellen van alle organismen kunnen dat.


Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe heet de energierijke stof die planten aanmaken?

Slide 16 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe heet het proces waarbij planten glucose aanmaken?
A
Bladgroenkorrel
B
Fotosynthese
C
Metamorfose
D
Energiebouwen

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Afbraak van glucose
De afbraak van glucose gebeurt in mitochondriën

Cellen die veel energie nodig hebben, zoals spiercellen, bevatten veel mitochondriën.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar wordt glucose afgebroken in de cellen?

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag!
Maak tot en met opdracht 8

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Basisstof 2: Verbanding
Een benzinemotor verbrandt een brandstof (benzine) om energie vrij te maken. 
Bij de verbranding verdwijnt de brandstof en ontstaan nieuwe stoffen. Ook in je lichaam vindt verbranding plaats.

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

      Leerdoelen
1.2.3 Je kunt het verband uitleggen tussen verbranding in cellen en lichamelijke activiteit.
1.2.4 Je weet dat bij verbranding zuurstof wordt verbruikt en koolstofdioxide ontstaat.

Slide 24 - Tekstslide

3. Leerdoelgericht werken
De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.

Als er meer lichamelijke activiteit (inspanning) is, dan is de verbranding....
A
Minder
B
Meer

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij meer verbranding, van welke stof is er meer nodig?

Slide 26 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Energie
In je lichaam wordt glucose afgebroken om energie vrij te maken. Alle organen in je lichaam hebben energie nodig. Je hebt bijvoorbeeld energie nodig om te bewegen en om je lichaamstemperatuur op peil (ongeveer 37 °C) te houden.

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verbranding
De afbraak van glucose in cellen noem je verbranding. In je lichaam is voor verbranding geen vuur nodig, maar wel een brandstof. Cellen gebruiken glucose als brandstof

glucose + zuurstof → water + koolstofdioxide + energie

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Brandstof + 1-?? --> Energie + 2-?? + Water
Wat moet je invullen bij de vraagtekens?
A
1.Koolstofdioxide, 2.Energie
B
1.Zuurstof , 2.Koolstofdioxide
C
1.Water, 2.Brandstof
D
1.Koolstofdioxide, 2.zuurstof

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag!
Maak tot en met opdracht 8

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies