Feniks 3/4 TL Katern Indus Rev 1

Feniks 3/4 TL Katern Indus Rev
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

Feniks 3/4 TL Katern Indus Rev

Slide 1 - Tekstslide

Landbouw
Nijverheid
handel
boerderij
grondstoffen
koopman
pakhuis
ruwe wol
vee
weefgetouw

Slide 2 - Sleepvraag

kies oorzaak of gevolg:
Dat er minder mensen in de primaire sector werkten is een.... van de mechanisatie
A
oorzaak
B
gevolg

Slide 3 - Quizvraag

Kies oorzaak of gevolg:
Dat er meer en beter voedsel kwam, is een .... van de bevolkingsgroei in Engeland.
A
oorzaak
B
gevolg

Slide 4 - Quizvraag

Kies oorzaak of gevolg:
Dat de opbrengsten hoger werden is een .... van het gebruik van meer en betere mest.
A
oorzaak
B
gevolg

Slide 5 - Quizvraag

De verkoop van de gemeenschappelijke gronden is een.... van het ontstaan van grote landgoederen.
A
oorzaak
B
gevolg

Slide 6 - Quizvraag

Gebruikt Bramford vooral zijn eigen mening of feiten?

Slide 7 - Open vraag

Spinning Jenny

Slide 8 - Woordweb

James Hargreaves werd niet rijk van de Spinning Jenny, maar Richard Arkwright wel van het waterrad. Hoe kan dat?

Slide 9 - Open vraag

verandering
continuïteit
gebruik van spierkracht bij de spinning Jenny
Gebruik van waterkracht bij waterframe
Tekst

Slide 10 - Sleepvraag

Wat is een nadeel van het waterframe en een voordeel van de Spinning Jenny?

Slide 11 - Open vraag

Waar moesten fabrikanten op letten bij het plaatsen van een fabriek met stoommachines?

Slide 12 - Open vraag

Hoe noemen we de prijs van arbeid?
A
baan
B
werkloosheid
C
vakantie
D
salaris

Slide 13 - Quizvraag

Als er meer aanbod is van arbeid dan vraag naar arbeid, dan ontstaat er.....?

Slide 14 - Open vraag

Hoe was in Engeland in de 19e eeuw de verhouding tussen de vraag naar en het aanbod van arbeid?
A
Er waren meer arbeiders dan banen.
B
Er waren meer banen dan arbeiders.
C
Er waren evenveel arbeiders als banen.

Slide 15 - Quizvraag

Als er meer arbeiders zijn dan banen.... wat gebeurt er dan met het loon?
A
blijft laag
B
gaat omhoog

Slide 16 - Quizvraag