2V Lezen H2

Welkom 2K!
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Welkom 2K!

Slide 1 - Tekstslide

Deze les...

- Dagopening & presentiecontrole
- Repetitie Woordenschat H1, H2, H3 bespreken
- Terugblik Lezen H1
- Doelen doornemen
- Herhaling tekstverbanden klas 1
- Uitleg tekstverbanden Lezen H2
- Aan de slag!

Slide 2 - Tekstslide

Repetie bespreken
- Vergelijk je antwoorden met de juiste antwoorden.
- Kijk wat je al goed doet en waar verbeterpunten liggen.
- Tel je punten na en controleer of je het cijfer hebt waar je recht op hebt.

Slide 3 - Tekstslide

Terugblik Lezen H1
Hoe gingen de opdrachten?
Zijn ze ook nagekeken?
Heb je nog vragen?

Slide 4 - Tekstslide

Lesdoelen
- Ik kan chronologische, opsommende, tegenstellende en toelichtende tekstverband in een tekst herkennen 
(herhaling klas 1)
- Ik kan concluderende, redengevende en oorzakelijke verbanden in een tekst herkennen.

Slide 5 - Tekstslide

Tekstverbanden klas 1
- Chronologie (tijd)
- Opsomming
- Tegenstelling
- Toelichting (voorbeeld)

Slide 6 - Tekstslide

Welke signaalwoorden horen bij een opsommend verband?
A
toch, maar, echter, daarentegen
B
ten eerste, daarnaast, ook, bovendien
C
verder, daarna, toen, vervolgens
D
bijvoorbeeld, neem nou, denk aan

Slide 7 - Quizvraag

Welke signaalwoorden horen bij een tegenstellend verband?
A
toch, maar, echter, daarentegen
B
ten eerste, daarnaast, ook, bovendien
C
verder, daarna, toen, vervolgens
D
bijvoorbeeld, neem nou, denk aan

Slide 8 - Quizvraag

Welke signaalwoorden horen bij een toelichtend verband?
A
toch, maar, echter, daarentegen
B
ten eerste, daarnaast, ook, bovendien
C
verder, daarna, toen, vervolgens
D
bijvoorbeeld, neem nou, denk aan

Slide 9 - Quizvraag

Eerst hebben we wiskunde, daarna Duits en ten slotte geschiedenis.
A
chronologie
B
opsomming
C
tegenstelling
D
toelichting

Slide 10 - Quizvraag

Voor zijn verjaardag kreeg Jack veel cadeaus, zoals boeken, bordspelletjes en cadeaubonnen.
A
chronologie
B
opsomming
C
tegenstelling
D
toelichting

Slide 11 - Quizvraag

We gaan zwemmen! Ten eerste omdat dat erg leuk is, maar ook omdat het goed is voor je conditie.
A
chronologie
B
opsomming
C
tegenstelling
D
toelichting

Slide 12 - Quizvraag

De docent zei dat de toets moeilijk zou zijn, maar dat viel enorm mee.
A
chronologie
B
opsomming
C
tegenstelling
D
toelichting

Slide 13 - Quizvraag

Nieuwe tekstverbanden
- Concluderend: trekt een conclusie uit eerdere informatie
   dus, daarom, dat houdt in, kortom, concluderend, al met al
- Redengevend: geeft aan waarom iemand iets doet/vindt
   omdat, daarom, dus, want, de reden hiervoor is, dankzij
- Oorzakelijk: geeft aan waardoor iets gebeurt (buiten iemands wil)
   doordat, daardoor, als gevolg van, dat komt door, het gevolg is, dus, dankzij

- Let op! Sommige signaalwoorden komen bij meerdere verbanden voor!

Slide 14 - Tekstslide

De weg is spiegelglad. Daarom lopen de kinderen heel voorzichtig naar school.
A
concluderend
B
redengevend
C
oorzakelijk

Slide 15 - Quizvraag

De weg is spiegelglad. Daardoor gaan veel fietsers op de brug onderuit.
A
concluderend
B
redengevend
C
oorzakelijk

Slide 16 - Quizvraag

Je kunt dus wel stellen dat er de laatste jaren veel is veranderd.
A
concluderend
B
redengevend
C
oorzakelijk

Slide 17 - Quizvraag

Max' buurjongen is fanatiek aan het drummen. Daarom doet Max oordoppen in.
A
concluderend
B
redengevend
C
oorzakelijk

Slide 18 - Quizvraag

Ezra bakt iedere zaterdag cupcakes, omdat ze die zo lekker vindt.
A
concluderend
B
redengevend
C
oorzakelijk

Slide 19 - Quizvraag

Max' buurjongen is fanatiek aan het drummen. Daardoor kunnen ze elkaar bij Max thuis niet verstaan.
A
concluderend
B
redengevend
C
oorzakelijk

Slide 20 - Quizvraag

Aan de slag!
MNV Lezen H2, opdr. 1 t/m 5, blz. 42-47
Tip: Markeer belangrijke delen (kernzinnen, signaalwoorden) 
op het stencil.

Bovenstaande opdrachten zijn huiswerk voor 
dinsdag 11 oktober, 1e uur. 
Maandag is er ook tijd om hieraan te werken.

Slide 21 - Tekstslide