H1 taalverzorging ww-spelling 1e les

Welkom bij Nederlands!





Check:
  • Staat je telefoon uit en zit hij in de telefoonbak?
  • Liggen alle spullen die je nodig hebt op tafel?






Op tafel ligt: 
  • Lesboek
  • Schrift
  • 1-blikagenda
  • Pen






1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom bij Nederlands!





Check:
  • Staat je telefoon uit en zit hij in de telefoonbak?
  • Liggen alle spullen die je nodig hebt op tafel?






Op tafel ligt: 
  • Lesboek
  • Schrift
  • 1-blikagenda
  • Pen






Slide 1 - Tekstslide

  • Zinsdelen, persoonsvorm, onderwerp, gezegde
  • Samengestelde zinnen, voegwoorden
  • Mevrouw Olthof
Vorige les

Slide 2 - Tekstslide





H1 Taalverzorging (spelling)














Na de lessen deze week...
  • kun je de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd goed spellen.
  • kun je de verleden tijd van sterke en zwakke werkwoorden goed spellen.
  • kun je de moeilijke woorden uit de paragraaf goed spellen.
Doel

Slide 3 - Tekstslide

Maandag 11 oktober:
  • H1, taalverzorging (spelling): opdr. 1 t/m 6 (blz. 32 en 33)
  • Lezen in leesboek

Tip: maak veel opdrachten op maandag/dinsdag, zodat je woensdag kunt
nakijken in de les en voor de toets alles af hebt. 

Maandag 11 oktober: S.O. taalverzorging (grammatica en spelling) H1 (1x)
  • blz. 28 t/m 33








Huiswerk

Slide 4 - Tekstslide

Maandag 11 oktober: S.O. taalverzorging (grammatica en spelling) H1 (1x)
  • blz. 28 t/m 33 (drie paragrafen taalverzorging)
  • Leesboek mee voor na de toets
  • Oortjes + laptop mee dyslexie
  • Let op: deze week alle opdrachten nakijken








S.O. taalverzorging

Slide 5 - Tekstslide

Hoe vaak/lang heb je gelezen?
Lezen

Slide 6 - Tekstslide

Je kunt de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd goed spellen.
Je kunt de verleden tijd van sterke en zwakke werkwoorden goed spellen.
Je kunt de moeilijke woorden uit de paragraaf goed spellen.
Doel

Slide 7 - Tekstslide

Stelling: als je een diploma van de middelbare school hebt, moet je een tekst kunnen schrijven zonder fouten te maken in werkwoordspelling.

  • Stap 1: Denk in je eentje en in stilte na. Schrijf kort op wat jij vindt. (Eens/oneens, want...)
  • Stap 2: Bespreek met je buurman of buurvrouw. Maak samen één antwoord, waar je het allebei mee eens bent.
  • Stap 3: We bespreken de antwoorden samen.
Wat vind jij? 
timer
1:00

Slide 8 - Tekstslide

Iedereen begrijpt toch wat je schrijft? 
  • Waarom is het dan toch soms belangrijk? 
  • In welke situatie(s) is het belangrijk?
Waarom?

Slide 9 - Tekstslide



Check:
  • pv
  • ik-vorm
  • hele werkwoord
  • tt
  • vt
  • sterk werkwoord
  • zwak werkwoord


Stappenplan werkwoordspelling:
  • Wat doe je als eerste? Wat is het allerbelangrijkste? 
Het schema

Slide 10 - Tekstslide

1) Jelmer (struikelen) over de vele snoeren van zijn computer. (tt)
2) Ik (verliezen) mijn horloge in de vakantie. (vt)
3) Tijdens de lancering (ontploffen) de NASA-raket. (vt)
4) Vorig jaar (krijgen) Jeffrey in de skivakantie de smaak te pakken.
5) Er (komen) vorig jaar geen ouders op de ouderavond. 
Even oefenen
timer
1:00

Slide 11 - Tekstslide

  • 1) Jelmer struikelt over de vele snoeren van zijn computer. (tt)
  • 2) Ik verloor mijn horloge in de vakantie. (vt)
  • 3) Tijdens de lancering ontplofte de NASA-raket. (vt)
  • 4) Vorig jaar kreeg Jeffrey in de skivakantie de smaak te pakken.
  • 5) Er kwamen vorig jaar geen ouders op de ouderavond. 
Even oefenen

Slide 12 - Tekstslide



Wat?
  • H1, taalverzorging: opdr.  1 t/m 6 (blz. 32 en 33)
  • Nakijken vorige weektaak

Hoe?
  • Boek + schrift

Klaar? 
  • Nakijken
  • Toets taalverzorging leren (theorie leren (dus schrijven!), zie SOM)



Heb je hulp nodig?
Kijk eerst naar het stoplicht.
 



Rood? Stil. 
Begin even ergens anders.
Geel? Fluisterniveau. 
Vraag je buurman of buurvrouw.
Groen? Fluisterniveau. 
Vraag je buurman of buurvrouw of de docent.

Aan het werk
timer
1:00

Slide 13 - Tekstslide




Na deze les...

  • kun je de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd goed spellen.
  • kun je de verleden tijd van sterke en zwakke werkwoorden goed spellen.
  • kun je de moeilijke woorden uit de paragraaf goed spellen.

Doel

Slide 14 - Tekstslide

Volgende les
Schema werkwoordspelling in je boek doen!

Dinsdag: 
  • Extra uitleg werkwoordspelling
  • Verder werken aan weektaak
  • Nakijken!






Slide 15 - Tekstslide