week 13 mei

Ein Jahr hat .. Monate und ... Wochen.

Die Monate auf Deutsch
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Ein Jahr hat .. Monate und ... Wochen.

Die Monate auf Deutsch

Slide 1 - Tekstslide

Bekijk het volgende filmpje en maak aantekeningen over wat over elke maand verteld wordt. Deze aantekeningen kunnen je helpen bij de aansluitende quiz.

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Die Erdbeeren werden reif im ....
A
Mai
B
Juni
C
Juli
D
August

Slide 4 - Quizvraag

Die ersten Blumen sind im ....
A
April
B
März
C
Juni
D
Juli

Slide 5 - Quizvraag

Der Schneemann war (was) im Monat
A
Januar
B
Februar
C
November
D
Dezember

Slide 6 - Quizvraag

Im Monat .......... ist es warm und hell
A
Mai
B
Juli
C
Juni
D
August

Slide 7 - Quizvraag

Die Äpfel werden reif
im ...........
A
Juni
B
Juli
C
August
D
September

Slide 8 - Quizvraag

Die Kinder baden im Monat ............
A
Juni
B
Juli
C
August
D
Mai

Slide 9 - Quizvraag

Es regnet viel im Monat ...............
A
Februar
B
April
C
Oktober
D
November

Slide 10 - Quizvraag

Die Planung 
1. SO datum: 22 mei - overzicht leerstof
2. Wiederholung: persoonlijke voornaamwoorden, voorzetsels 4e naamval
3. Hören und Lesen (oefentoets)
4. Blooket: woordenlijst A









Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Voorzetsels met 4e naamval
door
voor
tegen
zonder
om 
tot
Blz 18 boek

Slide 13 - Tekstslide

Voorzetsels met 4e naamval
durch
für 
gegen
ohne 
um 
bis
Blz 18 boek

Slide 14 - Tekstslide

(ik) Warum spielt ihr ohne ............ ?

Slide 15 - Open vraag

(hij) Alles dreht sich immer um .......!

Slide 16 - Open vraag

(zij) Warum hat....... das nicht gehört ?

Slide 17 - Open vraag

Zelfstandig werken
Achterin boek blz 180 
Maken 1, 2, 3

Klaar? Maak de oefentoets luisteren (en lezen) Kapitel 7

Slide 18 - Tekstslide

5 minuten leren 
woordenlijst A

Je moet de vertaling goed weten NL-DU en ook het juiste lidwoord
timer
5:00

Slide 19 - Tekstslide

Die Planung 
1. SO datum: 20 mei - overzicht leerstof
2. Wiederholung: naamvallen herkennen
3. Hören und Lesen (oefentoets)
4. Blooket: woordenlijst B









Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Lingua
Ein Tag am Strand

Slide 22 - Tekstslide

Kapitel 6 Training - Seite 180
1 mich
2 ihn
3 Sie
4 euch
5 sie
6 dich

1.

Slide 23 - Tekstslide

Kapitel 6 Training - Seite 180
1. er
2. dich
3. Sie
4. sie
5. ihn
6. mich


2.

Slide 24 - Tekstslide

Kapitel 6 Training - Seite 180
1. um ihn
2. gegen euch
3. Ohne sie
4. gegen uns
5. für mich
6. für sie
7. um sie
8. ohne Sie
9. für mich
3.

Slide 25 - Tekstslide

Naamvallen herkennen

Slide 26 - Tekstslide

Kennst du ihn gut?

Wat is het onderwerp in deze zin?
A
ihn
B
du
C
kennst

Slide 27 - Quizvraag

Haben Sie den Mann angerufen?

Wat is het lijdend voorwerp in deze zin?
A
Haben
B
Sie
C
den Mann
D
angerufen

Slide 28 - Quizvraag

Geef bij de volgende vragen bij de woorden die in hoofdletter zijn geschreven aan of het 1e of 4e naamval is.

Slide 29 - Tekstslide

Der Vater kocht EINE SUPPE.
A
1e naamval
B
4e naamval

Slide 30 - Quizvraag

Jedes Kind will DRAUßEN SPIELEN
A
1e naamval
B
4e naamval

Slide 31 - Quizvraag

Wann wirst DU deine Familie besuchen?
A
1e naamval
B
4e naamval

Slide 32 - Quizvraag

Am Wochenende gibt DAS MÄDCHEN eine Party
A
1e naamval
B
4e naamval

Slide 33 - Quizvraag

Nog vragen over SO?

Slide 34 - Tekstslide

Afmaken oefentoets 
Luisteren en lezen Kapitel 7

Slide 35 - Tekstslide

Woordenlijst B 5 minuten leren


Eventueel nog Lingua
timer
5:00

Slide 36 - Tekstslide