Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
2.4 Het bloed
Thema 2
Transport
B4
Het bloed
1 / 37
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5,6
In deze les zitten
37 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
7 videos
.
Lesduur is:
45 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Thema 2
Transport
B4
Het bloed
Slide 1 - Tekstslide
Bloedplasma
water
zouten
bloedgassen zoals O2
plasma-eiwitten
lipoproteïnen
regelende stoffen zoals hormonen
afvalstoffen
voedingsstoffen
beschermende stoffen
geneesmiddelen
Slide 2 - Tekstslide
Bloedcellen
Ontstaan allemaal in het
beenmerg
(binas 84I)
Rode bloedcellen
Witte bloedcellen
Bloedplaatjes
Slide 3 - Tekstslide
Rode bloedcellen
Geen celkern
B
evat hemoglobine
Afbraakproduct is bilirubine
Bloedarmoede
Epo
Slide 4 - Tekstslide
Witte bloedcellen
Witte bloedcellen (leukocyten) fagocyteren
Lymfocyten produceren antistoffen
Slide 5 - Tekstslide
0
Slide 6 - Video
Bloedplaatjes en Stolling
Slide 7 - Tekstslide
3
Slide 8 - Video
Slide 9 - Video
Bloedplaatjes
Bloedstolling
Kleven vast aan beschadigde wand
Vallen uiteen en stoffen komen vrij
Samen met fibrinogeen en stollingsfactoren bloedplasma
Protrombine omgezet in trombine
Fibrinogeen omgezet in fibrine
Slide 10 - Tekstslide
Leerdoelen
B3
Je kunt de bestanddelen van bloed noemen met hun kenmerken en functies.
Je kunt het proces van bloedstolling beschrijven en verklaren
Je weet hoe complicaties bij bloedstolling kunnen worden voorkomen
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Video
Slide 13 - Video
Slide 14 - Video
Slide 15 - Video
Zijn er vragen?
Zijn er vragen?
Slide 16 - Tekstslide
bekijk BINAS tabel 84 C1
waar bevindt zich de tweeslippige klep?
A
tussen rechter boezem en rechter kamer
B
tussen linker boezem en linker kamer
C
aan het begin van de longslagader
D
aan het begin van de aorta
Slide 17 - Quizvraag
bekijk BINAS tabel 84 C2
welke weefsels hebben een ader, slagader en haarvat met elkaar gemeen?
Slide 18 - Open vraag
bekijk BINAS tabel 84 C2
waarin verschilt een slagader in bouw van een ader?
Slide 19 - Open vraag
bekijk BINAS tabel 84 D2
met welk deel van een ECG komt de impulsgeleiding door de Purkinjevezels overeen?
A
met de P-top
B
met de R-top
C
met de T-top
D
met geen enkele top
Slide 20 - Quizvraag
het openen van de aortakleppen gebeurt wanneer...
A
..de druk van de linker kamer groter wordt dan de druk van de linker boezem
B
..de druk van de aorta groter wordt dan de druk van de linker kamer
C
..de druk van de linker kamer groter wordt dan de druk van de aorta
D
..de hartkleppen sluiten
Slide 21 - Quizvraag
bekijk BINAS tabel 84 D3
waarmee valt de eerste harttoon samen?
A
met het sluiten van de aortakleppen
B
met het samentrekken van de kamers
C
met het sluiten van de hartkleppen
D
met het openen van de aortakleppen
Slide 22 - Quizvraag
bekijk BINAS tabel 84 D3
waarmee valt de tweede harttoon samen?
A
met het samentrekken van de kamers
B
met het sluiten van de hartkleppen
C
met het openen van de slagaderkleppen
D
met het sluiten van de slagaderkleppen
Slide 23 - Quizvraag
bekijk BINAS tabel 84 E1
van welk type bloedvaten is de totale doorsnede het grootst?
A
slagaders
B
haarvaten
C
aders
Slide 24 - Quizvraag
waardoor neemt de stroomsnelheid toe in de aders?
A
de diameter van de aders is groter dan van de haarvaten
B
het bloed ondervindt minder weerstand in de aders dan in de slagaders
C
het bloed ondervindt minder weerstand in de aders dan in de haarvaten
D
de bloeddruk in de aders is hoger dan in de haarvaten
Slide 25 - Quizvraag
diameter vs. wandoppervlak
9 cm2
9 x 1cm2
(slag)ader
haarvaten
Slide 26 - Tekstslide
bekijk afbeelding 26 in je boek (p.81)
Slide 27 - Tekstslide
hoe ontstaat een grotere stroomsnelheid bij inspanning?
A
er komt meer bloed in de bloedbaan
B
de hartslagfrequentie neemt toe
C
het hart pompt per hartslag meer bloed weg
D
spieren hebben meer bloed nodig
Slide 28 - Quizvraag
welk orgaanstelsel wordt minder goed doorbloed bij inspanning?
A
huid
B
nieren
C
verteringsstelsel
D
overige organen
Slide 29 - Quizvraag
wat kun je zeggen over de samenstelling van het bloed in de poortader?
A
deze is rijk aan voedingsstoffen en zuurstof
B
deze is rijk aan voedingsstoffen en arm aan zuurstof
C
deze is arm aan voedingsstoffen en rijk aan zuurstof
D
deze is arm aan voedingsstoffen en zuurstof
Slide 30 - Quizvraag
Iemand met bloedarmoede heeft te weinig...
A
Zuurstof in zijn bloed
B
Voedingsstoffen in zijn bloed
C
Hemoglobine in zijn bloed
D
Bloed
Slide 31 - Quizvraag
Dit bloedbestanddeel speelt een belangrijke rol bij de bloedstolling:
A
Rode bloedcel
B
Bloedplaatje
C
Witte bloedcel
Slide 32 - Quizvraag
Welke is geen hele cel?
A
Rode bloedcel
B
Witte bloedcel
C
Bloedplaatje
Slide 33 - Quizvraag
Bij welk type bloedcel hoort de volgende beschrijving:
Kleine ronde schijfjes zonder celkern
A
Rode bloedcel
B
Bloedplaatjes
C
Witte bloedcel
Slide 34 - Quizvraag
In de afbeelding zie je een...
A
Rode bloedcel
B
Witte bloedcel
C
Bloedplaatje
D
Hemoglobine
Slide 35 - Quizvraag
Welke witte bloedcel kan een ziekteverwekker 'opeten'?
A
lymfocyt
B
rode bloedcel
C
Bloedplaatje
D
fagocyt
Slide 36 - Quizvraag
Maak
opdracht 44 t/m 52
Slide 37 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
2.4 Het bloed
3 dagen geleden
- Les met
36 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5,6
2.4 Het bloed
September 2024
- Les met
43 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5,6
5H 11.4 Bloedplasma en bloedcellen voorb
September 2023
- Les met
50 slides
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 5
Bloedsomloop
Januari 2019
- Les met
36 slides
Biologie
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 2
5H 11.4 Bloedplasma en bloedcellen samenvatting
September 2023
- Les met
40 slides
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 5
5H 11.4 Bloedplasma en bloedcellen klassikaal
September 2023
- Les met
52 slides
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 5
transport bloed
Oktober 2023
- Les met
28 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 6
Paragraaf 2.5: Weefselvloeistof en lymfe
25 dagen geleden
- Les met
33 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 6