In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Romeinse Rijk
(in de film Gladiator)
Slide 1 - Tekstslide
Inhoud
Leerdoelen
Kenmerkende aspecten
Bestuur van het Romeinse Rijk
Grieks-Romeinse cultuur
Brood en spelen
Vragen over de film
D-toets vragen
Slide 2 - Tekstslide
Leerdoelen
Hoe is het Romeinse Rijk ontstaan en hoe werd het bestuurd?
Welke invloed had de Griekse cultuur op de Romeinen?
Slide 3 - Tekstslide
Kenmerkende aspecten
De groei van het Romeinse imperium, waardoor de Grieks-Romeinse cultuur zich in Europa verspreidde.
De confrontatie tussen de Grieks-Romeinse cultuur en de Germaanse cultuur van Noordwest-Europa.
Slide 4 - Tekstslide
Wat betekend 'res publica'?
A
Republiek
B
Publieke overgang
C
Publieke zaak
Slide 5 - Quizvraag
Zet onderstaande namen van Romeinse Keizers op de juiste chronologische volgorde. Werk van links naar rechts.
Nero
Claudius
Commodus
Vespasianus
Slide 6 - Sleepvraag
Bestuur van het Romeinse Rijk
Koningen
Republiek
Expansie Republiek
Keizerrijk
Slide 7 - Tekstslide
Koningen
Stadstaat
7 koningen
Gekozen door het volk
Slide 8 - Tekstslide
Republiek
Consuls
Senatoren
Volksvergadering
Patriciërs en Plebejers
Volkstribuun
Het leger
Slide 9 - Tekstslide
Leg in ongeveer vier zinnen uit hoe de Romeinse republiek bestuurd werd.
Slide 10 - Open vraag
Keizerrijk
Augustus
Tweedeling
Uitbreiding
Adoptiekeizers
Principaat
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Video
00:07
Door wie werd er een koning gekozen?
Slide 13 - Open vraag
00:50
Welk kenmerkend aspect hoort bij deze gebeurtenis?
Slide 14 - Open vraag
Grieks-Romeinse cultuur
Griekse cultuur overnemen
Bouwkunst, namaken tempels
Aquaducten
Goden
Wetenschappen
Slide 15 - Tekstslide
Romeinse architectuur
Mengeling van Griekse en Romeinse stijlen
Gebruik van bogen
Gebruik van beton en koepels
Eren van goden/ pracht en praal
Slide 16 - Tekstslide
Griekse architectuur
Stapelbouw
Zuilen dicht op elkaar
Weinig ruimte in de gebouwen
Slide 17 - Tekstslide
Beelden
Natuurgetrouwd
Machthebbers
Imposant maar statisch
Grieks beeld^
Romeins beeld ^
Slide 18 - Tekstslide
Romeinen
Grieken
Slide 19 - Sleepvraag
De 'Stier van Farnese' is het grootste op zichzelf staande beeldhouwwerk uit de Oudheid. Het wordt toegeschreven aan Apollonius van Tralles, die op het Griekse eiland Rhodos leefde en het samen met zijn broer op het eind van de tweede eeuw voor Christus maakte. Een Romeinse politicus, Asinius Pollio, voegde het een kleine eeuw later toe aan zijn kunstcollectie. Het beeld verbeeldt de mythe van Dirce, die gedood wordt door de tweelingbroers Amphion en Zethus door haar aan de hoorns van een stier vast te binden; het motief was dat Dirce hun moeder, Antiope, gruwelijk had mishandeld.
Deze bron kun je gebruiken om een hoofdkenmerk van de cultuur van het Romeinse Rijk toe te lichten. Maak dat duidelijk.
Slide 20 - Tekstslide
Deze bron kun je gebruiken om een hoofdkenmerk van de cultuur van het Romeinse Rijk toe te lichten. Maak dat duidelijk.
Slide 21 - Open vraag
Slide 22 - Video
Waarom besloot keizer Commodus Maximus niet te vermoorden en dus naar het publiek te luisteren, ondanks dat hij Maximus wel wilde vermoorden?
Slide 23 - Open vraag
Waarom organiseerde Commodus de spelen?
Slide 24 - Open vraag
Brood en spelen
Volk tevreden houden
Gratis voedsel & vermaak
Volksopstand?
Spelen
Slide 25 - Tekstslide
Brood en spelen: Gladiatoren
Veel gladiatoren zijn/ waren slaven.
De naam komt van gladius, het korte zwaard
Opleiding in een Ludus door een Lanista
Gevechten op leven en dood?
Slide 26 - Tekstslide
Slide 27 - Video
Waarom wilde Marcus Aurelius niet dat Commodus keizer zou worden?
Slide 28 - Open vraag
Slide 29 - Video
05:38
Tegen wie vochten de Romeinen hier?
A
De Germanen
B
De Galliërs
C
Hannibal
Slide 30 - Quizvraag
Tijdens de film was er een bordje met ‘PretoriaXIV’ te zien bij de keizer. Wat betekent dit?
Slide 31 - Open vraag
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd m.b.t het ontstaan en besturing van het Romeinse Rijk en de vermenging van de Romeinse en Griekse cultuur.
Slide 32 - Open vraag
D-toets vraag 1
In deze bron worden redenen genoemd waardoor Julius Caesar zo populair was. Geef deze redenen en gebruik een kenmerkend aspect in je antwoord.
Slide 33 - Tekstslide
In deze bron worden redenen genoemd waardoor Julius Caesar zo populair was. Geef deze redenen en gebruik een kenmerkend aspect in je antwoord.
Slide 34 - Open vraag
D-toets vraag 2
4a. Leg uit hoe Caligula hierdoor het tijdperk inluidde waarin de keizers alleen maar machtiger werden.
4b. Waar leidde dit uiteindelijk toe?
Slide 35 - Tekstslide
4a. Leg uit hoe Caligula hierdoor het tijdperk inluidde waarin de keizers alleen maar machtiger werden.