4hv - L13 P1 - schrijven: woordvolgorde en hulpwerkwoorden

   Deutsch!    
4hv 

Les 13 P1
Gutentag!
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

   Deutsch!    
4hv 

Les 13 P1
Gutentag!

Slide 1 - Tekstslide

Studienführer
Voorbereiding voor les 13:







maken: Aufgabe 3, 4 & 5

Verwerkingsopdrachten na les 13:
maken: 
Aufgaben 1 t/m 5 van Grammatika Teil 2




Slide 2 - Tekstslide

Wiederholung
Handig:
  • Redemittel K2
  • woordenschat K2
  • woordvolgorde in het Duits
  • werkwoordsvervoeging
  • naamvallen mbv schema

Slide 3 - Tekstslide

De opdracht
  • informeel
  • uitnodiging
  • jubileumfeest
  • verjaardag

Bedenk zelf wat logische inhoud is bij deze situaties.

Slide 4 - Tekstslide

Om je brief te controleren:
- komma's
 - woordvolgorde
 - vervoeging werkwoorden
- uitgang naamvallen

Slide 5 - Tekstslide

Zoek de fout...

Slide 6 - Tekstslide

Kommagebruik in het Duits
Tussen 2 hoofdzinnen hoef je geen komma te gebruiken:
Ich habe ihn gesehen, und nichts darüber gesagt.
Ich habe ihn gesehen und nichts darüber gesagt.

Tussen een hoofd- en bijzin MOET je een komma gebruiken:
Ich habe ihr erzählt, dass ich ihn gesehen habe.

Slide 7 - Tekstslide

Zinsvolgorde
Tussen hoofdzin en bijzin: komma

maar let ook op de volgorde van de woorden in de zin!

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

In welke zin staat de persoonsvorm niet op de goede plek?
A
Rede doch nicht so viel!
B
Hast du Lust mitzukommen?
C
Laura, fährst du nach Deutschland?
D
Mit dir zusammen ich will nicht reisen.

Slide 11 - Quizvraag

Slide 12 - Tekstslide

Ich habe ein Buch gelesen über die Geschichte von Amerika.
A
richtig
B
falsch

Slide 13 - Quizvraag

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Welke bijzin heeft de juiste zinsvolgorde?
A
Ich denke, dass du hast Recht gehabt.
B
Ich denke, dass du Recht gehabt hast.

Slide 17 - Quizvraag

Welke bijzin heeft de juiste zinsvolgorde?
A
Ich hoffe, dass du im Mai kommen kannst.
B
Ich hoffe, dass du im Mai kannst kommen.

Slide 18 - Quizvraag

Welke bijzin heeft de juiste zinsvolgorde?
A
Weißt du, wo ich das kaufen kann?
B
Weißt du, wo ich das kann kaufen?

Slide 19 - Quizvraag

Ik zou graag cello willen leren spelen.

Slide 20 - Open vraag

lieber marcel
 weißt du zufällig wann hat jana geburtstag? am 28. märz? oder erst im april? was hältst du davon um für sie eine überraschungsparty organisieren? ich hatte das letztes jahr auch schon wollen machen aber dann hatte ich zu spät daran gedacht.

außerdem ich möchte dir bescheid geben dass wir vom 25. april bis zum 2. mai in urlaub fahren in die schweiz. ich hätte es dir schon früher wollen sagen aber ich vergesse viele sachen. ich gehe dich morgen oder übermorgen noch anrufen dann gehen wir weitersprechen über janas geburtstagparty.

LG luca 



Slide 21 - Tekstslide

mini-SO Grammatik 2
Am 18. Oktober

inhalt:
werden
regelmatige werkwoorden met extra uitspraak-E
in de tegenwoordige en voltooide tijd

Slide 22 - Tekstslide

Het werkwoord werden
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
wird
wirst
werde
werden
werden
werden

Slide 23 - Sleepvraag

Samenvatting
uitzondering:  werden

werden:                                          
ich
du
er, sie, es

wir
ihr
sie, Sie
werde
wirst
wird

werden
werdet
werden
werden heeft 2 betekenissen:
  1. worden
  2. zullen/van plan zijn/gaan ...

Vertalen van gaan:
  • werden = van plan zijn, zullen
  • gehen = ergens naartoe
uitleg

Slide 24 - Tekstslide

Maria wordt beroemd.
Maria ... berühmt.

Slide 25 - Open vraag

Mein Opa und Oma ... für immer zusammenbleiben.

Slide 26 - Open vraag

het werkwoord haben
ich
du
e/s/e
wir
ihr
sie/Sie
habe
hast
hat
haben
habt
haben

Slide 27 - Sleepvraag

het werkwoord sein
ich
du
e/s/e
wir
ihr
sie/Sie
bin
bist
ist
sind
seid
sind

Slide 28 - Sleepvraag

............... du Zeit für mich?

Slide 29 - Open vraag

Sara ... morgen 15.

Slide 30 - Open vraag

Ich weiß nicht, was ich falsch gemacht ................ .

Slide 31 - Open vraag

.................. du müde?

Slide 32 - Open vraag

... ihr diesen Sommer reisen?

Slide 33 - Open vraag

Slide 34 - Tekstslide