Examentraining 2

Dienstag, den 20. April
Examentraining
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 4

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Dienstag, den 20. April
Examentraining

Slide 1 - Tekstslide

Programm
1e Stunde 
  • maken Tekst 4 t/m 9 maken op papier

2e Stunde (LessonUp)
  • toepassen van tips/theorie uit het filmpje
  • antwoorden ingeven
  • analyseren

Slide 2 - Tekstslide

Maak nu Tekst 4 t/m 7
timer
25:00

Slide 3 - Tekstslide

Text 4 Fußbalnachrichten

Slide 4 - Tekstslide

a) Leihgeschäft
b) Nachfolger
c) Neue Spielregeln
d) Rekordzahl
e) Stadion bleibt
f) Krankenhausentlassung
g) Vertragsverlängerung
1
2
3
4
5

Slide 5 - Sleepvraag

Deze vraag verwijst naar vraag 9 uit je examen: Wat betekent "Leihgeschäft"
A
leenwinkel
B
bibliotheek
C
videotheek

Slide 6 - Quizvraag

Deze vraag verwijst ook naar vraag 9 in je examen. Vertaal:
1. Nachfolger
2. Neue Spielregeln
3. Krankenhausentlassung
4. Vertragsverlängerung

Slide 7 - Open vraag

3 schwierige Wörter
(géén namen!)

Slide 8 - Woordweb

Text 5

Slide 9 - Tekstslide

Welk woord in de titel geeft in feite direct aan wat het thema van de tekst is? (Noem één woord)

Slide 10 - Open vraag

10. Über welches Problem wird im 1. Absatz gesprochen? Die ich-Person
A
hatte morgens meistens Stress beim Ankleiden
B
verschlief sich an Wochentagen regelmäßig
C
war morgens in der Schule meistens noch müde
D
wurde wegen ihrer Kleidung manchmal kritisiert

Slide 11 - Quizvraag

11. Welcher Titel passt zum 2. Absatz?
A
Fast jeden Tag Strafe in der Schule
B
Gemütlicher Schulweg
C
Mehrere Verspätungsgründe
D
Nach der neuesten Mode gekleidet

Slide 12 - Quizvraag

12. Noem twee redenen uit alinea 3 waarom de ik-persoon vóór een verplicht schooluniform is. Beantwoord deze vraag in het NL

Slide 13 - Open vraag

13. Was wird aus dem 4. Absatz über die Ich-Person deutlich?
A
Sie hat ihr früheres Zeitproblem inzwischen gelöst
B
Sie hat immer noch Schwierigkeiten bei der Wahl ihres Outfits
C
Sie hat jetzt mehr Schuhe zur Auswahl als während ihrer Schulzeit
D
Sie ist froh, dass eine Schuluniform mehr und mehr zur Pflicht wird

Slide 14 - Quizvraag

Vertaal de antwoordopties uit vraag 13 zo goed mogelijk in het NL

Slide 15 - Open vraag

Geef van elk van de antwoordopties van vraag 13 aan of het:
- het goede
- het onzin
- de instinker
- deel van de waarheid is

Slide 16 - Open vraag

Text 6 Coole Anfänger

Slide 17 - Tekstslide

Lees de inleiding. Waarom past de naam "Beginner" niet meer zo bij deze groep?

Slide 18 - Open vraag

14. Welche Aussage über die Beginner ist richtig? (Einleitung und Absatz) Die Band
A
hat andere Mitglieder als früher
B
hat ihren Musikstil geändert
C
hat ihren Namen gewechselt
D
war die letzten Jahre weniger aktiv als früher

Slide 19 - Quizvraag

15. Welcher Titel passt zum 2. Absatz?
A
Die Anfänge des Hip-Hops
B
Die erste deutsche Hip-Hop Band
C
Hip-Hop ist Expertenarbeit
D
Viele Hip-Hop-Misserfolge

Slide 20 - Quizvraag

16. Was wird im 3. Absatz beschrieben?
A
Dass die Textthemen des Hip-Hop sich oft geändert haben
B
Dass nur die wenigsten DJs bekannt wurden
C
Wie Hip-Hop in Deutschland der Durchbruch gelang
D
Wodurch Rap-Musik gekennzeichnet wird

Slide 21 - Quizvraag

17. Was macht der 4. Absatz deutlich?
A
Deutschsprachiger Hip-Hop setzte sich überraschend schnell durch
B
Neue Hip-Hop-Talente machten trotz geringer Anerkennung weiter
C
Wegen ihres frechen Verhaltens bekamen die Hip-Hopper bald einen schlechten Ruf

Slide 22 - Quizvraag

18. Was kann man aus dem 5. Absatz über den Verfasser schließen? Er meint, dass die Beginner..
A
auf die vielen Auftritte eigentlich keine Lust mehr haben
B
die Zeit am liebsten still stehen lassen möchten
C
ein Vorbild für Judgendliche sein könnten
D
sich mehr oder weniger per Zufall zu einer Band zusammengeschlossen haben

Slide 23 - Quizvraag

Text 7 " Miau, ich bin die Neue"
 

Slide 24 - Tekstslide

Wat is volgens jou het onderwerp van deze tekst
A
huisdieren in Groot-Brittannië
B
katten in het algemeen
C
een virtuele kat
D
huisdieren op school

Slide 25 - Quizvraag

19. Met welk doel heeft een Britse school "computerkat" Cinder aangeschaft? Om leerlingen te
A
helpen in de omgang met elkaar en de nieuwe school
B
leren hoe ze computeranimaties kunnen maken
C
ondersteunen bij het maken van huiswerk
D
wijzen op hun verantwoordelijkheid op het gebied van milieuvervuiling

Slide 26 - Quizvraag

Citeer het gedeelte van de tekst waar volgens jou het antwoord staat (dit markeer je dus op het examen!)

Slide 27 - Open vraag

Nu volgt er een aantal vragen die een beroep doen op jouw mening of jouw ervaringen

Slide 28 - Tekstslide

Welke tekst vond jij het meest lastig? Probeer uit te leggen waarom

Slide 29 - Open vraag

Welk soort vragen zijn voor jou moeilijk? Probeer uit te leggen waarom

Slide 30 - Open vraag

Ik vond deze training nuttig
😒🙁😐🙂😃

Slide 31 - Poll

Ik voel mij door mvr. Kaya voldoende voorbereid op het examen
😒🙁😐🙂😃

Slide 32 - Poll

Viel Erfolg bei den Abschlussprüfungen!

Slide 33 - Tekstslide