Veel winkels en uitgaansgelegenheden in de binnenstad.
Verlaten fabrieksterreinen en oude haventerreinen veranderen in luxe woongebieden (De industrie verdween uit de steden omdat ze in de binnenstad voor veel stank en lawaai zorgden en omdat veel fabrieken failliet gingen door concurrentie lagelonenlanden.)
Industrie maakt plaats voor kantoren.
Slide 9 - Tekstslide
Ruimtegebruik landelijk gebied:
Suburbanisatie zorgt voor verstedelijking platteland.
Minder boeren maar grotere bedrijven.
Meer ruimte voor natuur en recreatie
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Lees bron 30. Over bron 30 worden twee uitspraken gedaan. Uitspraak 1: een webwinkel vergroot het verzorgingsgebied van een winkel. Uitspraak 2: door de webwinkel van V&D werd de reikwijdte vergroot. Wat is juist?
A
Alleen uitspraak 1 is juist
B
Alleen uitspraak 2 is juist
C
Beide uitspraken zijn juist.
D
Beide uitspraken zijn onjuist.
Slide 12 - Quizvraag
Op de kaart in bron 21 zijn vier regio’s aangegeven. Twee van deze regio’s zijn krimpgebieden en in twee regio’s groeit de bevolking. Wat is de juiste combinatie van cijfer en soort gebied?
A
A
B
B
C
C
D
D
Slide 13 - Quizvraag
Lees bron 29 en bekijk bron 30. Twee leerlingen doen een uitspraak over de gevolgen van de komst van Primark naar Arnhem. Daan zegt: “Door de komst van Primark naar Arnhem zal het verzorgingsgebied van de Primark in Nijmegen groter worden.” Fleur zegt: “Door de komst van Primark zal ook de horeca profiteren.” Wat is juist?
A
Alleen de uitspraak van Daan is juist.
B
Alleen de uitspraak van Fleur is juist.
C
Beide uitspraken zijn juist.
D
Beide uitspraken zijn onjuist.
Slide 14 - Quizvraag
Lees bron 29 en bekijk bron 30. Primark is succesvol in Nederland. De eerste vestiging werd in december 2008 geopend in Rotterdam. In 2014 waren er ook al vestigingen in Almere, Hoofddorp, Zaandam, Zoetermeer, Eindhoven, Venlo, Arnhem, Nijmegen en Enschede. Er zijn verschillende nieuwe vestigingen gepland. In welke plaats kan Primark het best een nieuwe vestiging openen?
A
in Den Burg
B
in Groningen
C
in Roermond
D
in Terneuzen
Slide 15 - Quizvraag
Slide 16 - Tekstslide
De drempelwaarde van basisscholen wordt door de overheid vastgesteld. In 2013 gaf de onderwijsraad het advies om basisscholen met minder dan 100 leerlingen te sluiten. De ondergrens ligt voor scholen in dunbevolkte gebieden nu op 23 leerlingen. Als een basisschool volgens de normen van het Ministerie van Onderwijs drie achtereenvolgende jaren te weinig leerlingen heeft, dan krijgt deze basisschool geen geld meer van de overheid. Welke redenering is juist?
A
Als de drempelwaarde daalt, dan neemt het aantal scholen af en wordt het verzorgingsgebied kleiner.
B
Als de drempelwaarde daalt, dan neemt het aantal scholen toe en
wordt het verzorgingsgebied groter.
C
Als de drempelwaarde stijgt, dan neemt het aantal scholen af en wordt het verzorgingsgebied groter.
D
Als de drempelwaarde stijgt, dan neemt het aantal scholen toe en
wordt het verzorgingsgebied kleiner.