4.1 - 4.6 lessonup

Wie behoren tot de beroepsbevolking?
A
Alle mensen in een land
B
Alleen mensen die tegen betaling werken
C
Alle mensen in de landbouw en industrie
D
Alle mensen die tegen betaling werken, plus werklozen
1 / 16
volgende
Slide 1: Quizvraag
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Wie behoren tot de beroepsbevolking?
A
Alle mensen in een land
B
Alleen mensen die tegen betaling werken
C
Alle mensen in de landbouw en industrie
D
Alle mensen die tegen betaling werken, plus werklozen

Slide 1 - Quizvraag

Periferie land?
A
rijk
B
arm
C
tussenin

Slide 2 - Quizvraag

In welke 3 sectoren kun je de beroepsbevolking indelen? Geef een voorbeeld bij elke sector

Slide 3 - Open vraag

Voor de HDI, of het welzijnsindex, wordt gekeken naar drie onderdelen. Welke hoort er niet bij?
A
Levensverwachting
B
Alfabetiseringsgraad
C
BBP/hoofd
D
Koopkracht

Slide 4 - Quizvraag

Dit is een voorbeeld van:
A
Formele sector
B
Informele sector

Slide 5 - Quizvraag

Wat is het verschil tussen sociale en regionale ongelijkheid?

Slide 6 - Open vraag

Slide 7 - Tekstslide

Globalisering is ...
A
Het proces waarbij alle gebieden op de wereld steeds meer met elkaar verbonden worden.
B
Het geld dat alle inwoners van een land in een jaar samen verdienen.
C
Het maken van goederen met behulp van machines in een fabriek
D
Alle bedrijven die zich bezighouden met het verlenen van diensten.

Slide 8 - Quizvraag

Wat is GEEN factor die zorgt voor globalisering?
A
MNO's
B
Technologische ontwikkelingen
C
Goedkopere producten
D
Verdwijnen van handelsbelemmeringen

Slide 9 - Quizvraag

Waar zijn arbeidsintensieve bedrijven te vinden?
A
Lagelonenlanden
B
Centrumlanden

Slide 10 - Quizvraag

Een boomstam is een ...
A
Grondstof
B
Halffabricaat
C
Eindproduct

Slide 11 - Quizvraag

Wat is geen vestigingsplaatsfactor van Nederland?
A
Hoog opgeleide bevolking
B
Hoge analfabetiseringsgraad
C
Nederland is een stabiel land
D
Erg op buitenland gericht

Slide 12 - Quizvraag

Wat is een mainport?

Slide 13 - Open vraag

Slide 14 - Tekstslide

Waar wonen de rijkste 20% huishoudens in Nederland en waarom?

Slide 15 - Open vraag

Wat is geen factor die van invloed is of mensen in relatieve armoede leven?
A
Inkomen, opleiding en beroep
B
Gezondheid
C
Sociale netwerken
D
Leeftijd

Slide 16 - Quizvraag