Theorie 3 vwo tekststructuren

Wat gaan we doen?

Lezen

Tekststructuren (toets begrijpend lezen)

Oefenen/ zelfstandig werken

Wat heb je geleerd?

Lesdoel:

Je herkent vaste tekstructuren.

1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Wat gaan we doen?

Lezen

Tekststructuren (toets begrijpend lezen)

Oefenen/ zelfstandig werken

Wat heb je geleerd?

Lesdoel:

Je herkent vaste tekstructuren.

Slide 1 - Tekstslide

Tekststucturen


Hoe en waarom?

Slide 2 - Tekstslide

Waarom?


Om teksten goed en snel samen te kunnen vatten.

Om zelf duidelijke teksten te schrijven.

Slide 3 - Tekstslide

Hoe?

Via vaste tekststructuren:

  • aspectenstructuur
  • verleden/heden structuur
  • voor- en nadelen structuur
  • vraag/antwoordstructuur
  • argumentatiestructuur
  • probleem/oplossingstructuur
  • verklaringstructuur

Slide 4 - Tekstslide

Games: wat zou je
schrijven in een artikel hierover?

Slide 5 - Woordweb

Aspectenstructuur
Onderwerp van een tekst

Slide 6 - Tekstslide

Aspectenstructuur
Onderwerp van een tekst
games

Slide 7 - Tekstslide

Aspectenstructuur
Onderwerp van een tekst
Diverse aspecten/onderdelen van het onderwerp 

Slide 8 - Tekstslide

Aspectenstructuur
Onderwerp van een tekst
Diverse aspecten van het onderwerp 
Samenvatting

Slide 9 - Tekstslide

verleden/heden (toekomst)structuur
Onderwerp van een tekst
games

Slide 10 - Tekstslide

verleden/ heden (toekomst)structuur
Onderwerp van een tekst
games in het verleden en nu.

Slide 11 - Tekstslide

verleden/ heden (toekomst)structuur
Onderwerp van een tekst
games in het verleden en nu.
conclusie of situatie in de toekomst

Slide 12 - Tekstslide

voor- en nadelenstructuur
Onderwerp, vraag of stelling
voor- en nadelen van  bv. games
afweging en conclusie

Slide 13 - Tekstslide

vraag en antwoordstructuur
vraag
antwoord(en)
samenvatting of conclusie

Slide 14 - Tekstslide

argumentatiestructuur
stelling, standpunt (eventueel als vraag)
argumenten voor de stelling of tegenargumenten (+weerlegging)
herhaling stelling of beantwoording vraag

Slide 15 - Tekstslide

probleem/oplossingstructuur
probleem

gevolgen(waarom is het een probleem), oorzaken, oplossingen

de beste oplossing

Slide 16 - Tekstslide

verklaringsstructuur
bepaald verschijnsel
kenmerken/voorbeelden, verklaring(en), oorzaak/oorzaken, reden(en)
samenvatting

Slide 17 - Tekstslide

Welke tekststructuur past het beste bij jouw eerste ideeën over het schrijven van een artikel over games

Slide 18 - Woordweb

Slide 19 - Link

Slide 20 - Link

Noem 3 dingen die je deze les hebt geleerd.

Slide 21 - Open vraag