AK havo 1 §3.1

1 / 44
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 44 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Wat is Europa?

Slide 4 - Woordweb

Europa is geen continent!!
Eurazië zouden we moeten heten.

Slide 5 - Tekstslide

Misverstanden over Europa
Om te beginnen eerst even een paar veel voorkomende misverstanden uit de wereld helpen.
1. Europa is een werelddeel met 50 landen.
2. Niet alle landen van Europa zijn lid van de Europese Unie. Op dit               moment zijn er maar 27 landen lid.
3. Niet alle landen van de EU gebruiken de Euro als betaalmiddel. Van de     27 EU-lidstaten gebruiken 19 de euro.

Slide 6 - Tekstslide

Europa

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Na de Tweede Wereldoorlog was Europa lang verdeeld
In West- en Oost-Europa

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Programma vandaag
- Aantekeningen/ hoe vat je samen?
(Klimaten Europa)
- uitleg kaart Europa (thuisgroep zelfstandig mee bezig)
- uitleg toporopa (hele klas huiswerk)

Schoolgroep: M: 1 t/m 4 + hw: M:5 & 7

Slide 13 - Tekstslide

Toporopa
- Link: https://www.toporopa.eu/nl/
- Oefen elke dag even enkele keren (kost weinig tijd en is leuk!)

Slide 14 - Tekstslide

Lezen
§3.1 blz. 42 & 43
- NIET TE WARM, NIET TE KOUD

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Cf-klimaat/gematigd zeeklimaat
  • Grootste deel West- en Midden-Europa
  • West-Europa meestal aanlandige westenwind (van Atlantische oceaan) matigt temperaturen
  • Zomers niet te warm, winters niet te koud (mild)
  • Wind brengt vocht (en dus neerslag): goed voor landbouw
  • Vooral loofbomen, meeste bomen West- en Midden-Europa gekapt voor landbouw
Hele jaar neerslag

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Lezen
§3.1 blz. 42 & 43
- HET MIDDELLANDSE ZEEGEBIED

- Schrijf de belangrijkste zaken op

Slide 19 - Tekstslide

Cs-klimaat/Middellandse zeeklimaat
  • Warme droge zomers/ winters zacht en nat
  • Lagere breedte (dichterbij evenaar = warmer)
  • Droogste zomermaand < 30 mm neerslag
  • Natste wintermaand 3 x zoveel neerslag als droogste maand
  • Winter niet zo koud: bomen blijven groen (bladeren)
Droge zomer

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Lezen
§3.1 blz. 42 & 43
- OVERIGE KLIMATEN IN EUROPA

- - Schrijf de belangrijkste zaken op

Slide 22 - Tekstslide

Overige klimaten in Europa
  • ET-klimaat: boven poolcirkel (Noord-Noorwegen en Zweden), poolklimaat. Toendra bevat geen bomen, alleen lage struiken en mos
  • Richting oosten zee minder invloed
  • D-klimaat/ landklimaat: warme zomers en lange koude winters. Taiga's: uitgestrekte naaldbossen (Rusland)
  • BS-klimaat/ Steppeklimaat: grasvlakten, nauwelijks bomen

Slide 23 - Tekstslide

Toendra | Wat zie je?

Slide 24 - Tekstslide

Taiga
Wat zie je?

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Lezen
§3.1 blz. 42 & 43
- HOOGTELIGGING EN RELIEF

Slide 27 - Tekstslide

Hoogteligging en relief
  • Reliëf of hoogteligging: hoogte van gebied ten opzichte van zeeniveau.
  • 4 categorieën moet je kennen (zie boek blz. 43)
  • Aanlandige westenwind kan ver doordringen in West- & Midden-Europa, omdat grote gebergten een oost-west ligging hebben
  • Hierdoor ver landinwaarts nog Cf klimaat

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Afronden § 3.1  - doelen
Planning

  1. Welkom
  2. Wat gaan we doen?
  3. Bespreken opdracht: 2, 3, 4 & 7
  4. Werken in duo's: opdracht 5(&2)
  5. Instructie topografie leren
  6. Topo-quizz
Doelen
  • Je kunt aanwijzen waar de reliëfzones van Europa liggen;
  • Je kunt de relatie tussen reliëf en klimaten uitleggen;
  • Je kunt vertellen hoe je een land en hoofdstad in de atlas kunt opzoeken.

Slide 34 - Tekstslide

How-to -=- opdracht 2 §3.1
  1. Bekijk welke informatie je wilt zoeken in de atlas (hoogtezones)
  2. Pak de juiste atlaskaart erbij (Europa natuurkundig) 
  3. Kijk in de legenda hoe hoogtezones zijn aangegeven
  4. Zoek de juiste plek op in de atlas (register)
  5. Bepaal in welke hoogtezone(s) die plek ligt.
  6. We doen een voorbeeld in digitale atlas (kijk mee).

Slide 35 - Tekstslide


Met welke kleur wordt in de atlas laagland aangeduidt?
A
Geel
B
Donkerbruin
C
Groen
D
Lichtbruin

Slide 36 - Quizvraag

Bespreken opdracht 3

Slide 37 - Tekstslide

Bespreken opdracht 4

Slide 38 - Tekstslide

Bespreken opdracht 7
extremere temperaturen

Slide 39 - Tekstslide

Werken in duo's: maak opdr. 5
  • Wat? maak opdracht 5 blz. 44 w.b.
  • Hoe? lees de opdracht goed door en Teken het kaartje in je werkboek in
  • Hulp? Werk SAMEN, overleg dus ook (Werk je thuis? toon je kaartje regelmatig aan de ander)
    - gebruik de (online) atlas 
  • Tijd: 10 minuten
  • Uitkomst? Klassikaal bespreken, willekeurige duo's geven antwoord
  • Klaar? Lees §3.2 en maak 

Slide 40 - Tekstslide

Bespreken opdracht 5

Slide 41 - Tekstslide

Hoe kun je topo leren?

Slide 42 - Woordweb

Topografie
  1. Hoe kun je topografie leren?
  2. Hoe herken je een hoofdstad van een land? 
- toporopa
- atlas
- veel schrijven
- overhoren

Slide 43 - Tekstslide

Huiswerk voor maandag 17 mei
  • Vragen 3.1 nakijken met antwoordenbladen in Teams 
  • Lijst van alle Europese landen + hoofdstad inleveren via Teams

Slide 44 - Tekstslide