In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Onderdelen in deze les
Vandaag 17/1
- bespreken 0-meting
- akkoorden uitleg / herhaling
- zingen 'The day after tomorrow'
- oefenen Uprising
- 1 groep: inhalen PO jazz + reflectie schrijven
Slide 1 - Tekstslide
Akkoorden
Een akkoord is een samenklank van 3 tonen of meer.
Waarom hebben we akkoorden nodig in een muziekstuk?
Slide 2 - Tekstslide
Hoe maak je akkoorden?
Gebruik minimaal 3 verschillende tonen.
Je hebt majeur (vrolijk) en mineur (droevig) akkoorden.
majeur: vanaf de begintoon: +4 +7
mineur: vanaf de begintoon: +3 + 7
Slide 3 - Tekstslide
C
D
E
F
G
A
B
C majeur akkoord
Slide 4 - Tekstslide
Kijk de volgende video
Hierin leer je hoe je zelf de akkoorden in majeur en mineur kunt maken.
Maak aantekeningen achterin je boekje.
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Video
Akkoorden maken
bijvoorbeeld D majeur (4 + 7):
Gebruik de 1e, 3e en 5e noot als stamtonen (bijvoorbeeld D - e - F - g - A).
Het is majeur, dus vanaf de noot D + 4 stappen + 7 stappen: 1 = dis - 2 = e - 3 = f - 4 =fis5 = g - 6 = gis- 7 = a
De noten van het D majeur-akkoord zijn dus d - fis - a
Vraag: Welke noten zitten dan in het D mineur-akkoord?
Slide 7 - Tekstslide
Akkoordsymbolen
C = C majeur
Cm = C mineur
C7 = C septiem
Cm7 = C mineur septiem
C/G = C majeur akkoord met een G in de bas
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Welk akkoord is een mineur akkoord?
A
Am
B
C
C
G
D
D
Slide 10 - Quizvraag
Wat voor een akkoord is dit?
A
mineur
B
majeur
Slide 11 - Quizvraag
Wat voor een akkoord is dit?
A
majeur
B
mineur
Slide 12 - Quizvraag
Welk akkoord is dit?
A
B
B
Bm
C
F
D
Dm
Slide 13 - Quizvraag
Welk akkoord staat rechts?
A
C majeur
B
D mineur
C
G majeur
D
C mineur
Slide 14 - Quizvraag
Opdracht
Bekijk de akkoorden van Uprising (minimaal de eerste 4: Dm Gm F A)
Zoek in tweetallen uit welke noten je moet spelen bij elk akkoord en schrijf die op.
Ga naar een keyboard en speel de akkoorden. Probeer erbij te zingen!
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Video
Omkeringen
Als je de akkoordtonen in een andere volgorde speelt, verandert het akkoord niet, maar gebruik je een omkering. Vraag: waarom kunnen omkeringen handig zijn?
Voorbeeld: het C majeur akkoord (C): C - E- G
E - G - C
G- C - E
Slide 17 - Tekstslide
Zet het G akkoord in de eerste omkering
1
2
3
G
B
D
Slide 18 - Sleepvraag
Zet het G akkoord in de eerste omkering
1
2
3
G
B
D
Slide 19 - Sleepvraag
In welk schema is alles op de juiste manier overgenomen ?