230210 Dermatica

10-2-23
Dermatica Huidaandoeningen
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
BSPMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

10-2-23
Dermatica Huidaandoeningen

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Inzien kennistoets

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe kijk je terug op de lessen van afgelopen half jaar?

Slide 3 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke top heb je over de lessen?

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Welke tip heb je over de lessen?

Slide 5 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
  • Je kent meerdere toedieningsvormen voor op de huid
  • Je kan meerdere huidaandoeningen noemen en je weet hoe deze behandelt kan worden 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke soorten dermatica ken je?

Slide 7 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

naam 
  • zalf
  • creme
  • hydrogel
  • pasta
  • oplossing voor cutaan gebruik
  • suspensie voor cutaan gebruik
  • smeersel
  • collodium
  • strooipoeder

latijnse naam 
Wat is de latijnse naam en kun je een voorbeeld noemen? 

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

naam 
  • zalf
  • creme
  • hydrogel
  • pasta
  • oplossing voor cutaan gebruik
  • suspensie voor cutaan gebruik
  • smeersel
  • collodium
  • strooipoeder

latijnse naam 
  • unguentum
  • cremor
  • mucilago
  • pasta
  • solutio
  • lotio
  • linementum
  • collodium
  • conspregens

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Als je een droge huid hebt, wat voor soort basis zou je dan kiezen?

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe worden dermatica verpakt?

Slide 17 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht

Maak opdracht 
Bereiden dermatica 1 t/m 3

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vraag 1:
Smeer een beetje cetomacrogol zalf en een beetje cetomacrogol crème op
je hand. Welke basis (zalf of crème) zou je voor jezelf kiezen als je een
aandoening op je hand zou hebben?

Slide 21 - Open vraag

Creme smeert makkelijker en is makkelijker af te wassen; zalf is vetter en slechter afwasbaar. Het trekt minder goed in. maar werkt soms beter
(Theorie: nat met nat en droog met droog behandelen;
creme is waterig = nat; zalf is niet-waterig (hydrofoob) = droog; meeste eczeem is droog, dus theoretisch een zalf, maar een creme is practische)

Vraag 2:
Voor een droge huid wordt een andere bases gebruikt als voor een natte huid. Wat is het verschil van de voorgeschreven bases?

Slide 22 - Open vraag

Droge huid ->veel vet -> sluit af waardoor het vocht niet kan verdampen en de huid gehydrateerder wordt
Natte huid ->veel water -> verdampt en neemt dan vocht uit de huid mee -> is indrogend

Vraag 3:
Waarom kiest men een lotion als een geneesmiddel op een behaarde hoofdhuid moet worden aangebracht?

Slide 23 - Open vraag

Een lotion is makkelijker te verwijderen uit haar dan een creme, en prettiger aan te brengen
Ik vond deze les zinvol
-1100

Slide 24 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk
Dermatica 4 t/m 6

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies