- Je leert het delend lidwoord te herkennen en te gebruiken, zodat je dit kunt toepassen wanneer je over eten en drinken praat
Slide 2 - Tekstslide
L'article partitif (delend lidwoord)
Prenez ton cahier ou un document word
Slide 3 - Tekstslide
L'article partitif (wanneer gebruik je het?)
- Je gebruikt het wanneer in een zin de hoeveelheid niet specifiek/onduidelijk is
Voorbeelden:
Ik maak pannenkoeken > Je fais des crêpes
Hij eet kaas > Il mange du fromage
Zij koopt taart > Elle achète de la tarte
Jij drinkt orangina > Tu bois de l'orangina
Slide 4 - Tekstslide
L'article partitif (welke soorten?)
Er zijn vier delende lidwoorden.
du > voor mannelijke zelfstandig naamwoorden
de la > voor vrouwelijke zelfstandig naamwoorden
de l' > voor zelfstandig naamwoorden met klinker of h
des > voor zelfstandig naamwoorden in het meervoud
Let op!! Je kunt delende lidwoorden NIET vertalen in het NL
Slide 5 - Tekstslide
L'article partitif (wanneer niet?)
- Het delend lidwoord gebruik je niet na een ontkenning (ne...pas, ne...jamais, ne...plus, etc.)
- Ook niet na een woord van hoeveelheid (beaucoup, trop, peu, un kilo, un verre, une bouteille, etc.)
Na een ontkenning of een woord van hoeveelheid gebruik je de of d' (voor klinker of h). VB: Ik eet geen kaas > Je ne mange pas de fromage. Een fles water > Une bouteille d'eau
Slide 6 - Tekstslide
L'article partitif
Prends ton livre à la page vingt-deux (partie D, chapitre 5)
15C: des saucisses, du bacon, du pain grillé, des oeufs, des haricots. du beurre, du pain, des olives, du concombre, de la viande.
15D: 1 du, 2 du, 3 des, 4 de, 5 de, 6 de
Slide 8 - Tekstslide
Het lidwoord na een werkwoord van waardering
aimer (houden van), adorer (dol zijn op), préférer (liever hebben), détester (hekel hebben aan). Deze 4 werkwoorden geven een waardering aan (positief of negatief). Na deze werkwoorden komt er ALTIJD een "gewoon" lidwoord (le, la, l' of les) voor het zelfstandig naamwoord. Voorbeelden:
Ik ben dol op kaas > J'adore le fromage
Ik heb een hekel aan kip > Je déteste le poulet.
Ik houd niet van tomatensaus > Je n'aime pas la sauce tomate
Let op!! In deze zinnen vertaal het lidwoord dus ook niet
Slide 9 - Tekstslide
L'article partitif
Prends ton livre à la page vingt-quatre (partie D, chapitre 5)
Fais exercices 16ACD, 17 et 18
Slide 10 - Tekstslide
Les réponses
16C: 1 du, 2 du, 3 du, 4 des, 5 de, 6 la, 7 le, 8 de l', 9 de, 10 d'