Les 7 - Ontstaan van probleemgedrag

LVB met MVG
Het ontstaan van probleemgedrag
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
WelzijnMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

LVB met MVG
Het ontstaan van probleemgedrag

Slide 1 - Tekstslide

Vorige keer
Kenmerken en grootste problemen bij sterk gedragsgestoorden
Filmpje 's Heeren Loo
Transferium Jeugdzorg

Slide 2 - Tekstslide

Waarom kunnen cliënten met SG/LVB op veel plekken in de zorg niet terrecht?

Slide 3 - Open vraag

Wat was het probleem op 's Heeren Loo? Hoe werd dit aangepakt?

Slide 4 - Open vraag

Vandaag
Ontstaan van probleemgedrag

Slide 5 - Tekstslide

Cognitieve capaciteit
  • Om bepaalde emoties en impulsen te begrijpen heb je een bepaalde cognitieve capaciteit nodig
  • Mensen met LVB met MVG maken een andere sociale en emotionele ontwikkeling door, door het ontbreken van de cognitieve capaciteit

Slide 6 - Tekstslide

Onderwerpen die bij de sociale ontwikkeling horen
  • contactleggen
  • sociale onafhankelijkheid
  • ik-bewustzijn in sociale context
  • sociaal inschattingsvermogen
  • sociale vaardigheden
  • relatie tot autoriteit
  • sociale aspecten van seksuele ontwikkeling.
  • morele ontwikkeling
  • impulscontrole
  • angsten

Slide 7 - Tekstslide

Onderwerpen die bij de emotionele ontwikkeling horen
  • zelfbeeld
  • emotionele onafhankelijkheid
  • realiteitsbesef
  • morele ontwikkeling
  • angsten
  • impulscontrole
  • regulatie van de emoties

Slide 8 - Tekstslide

Overeenkomsten
Zowel bij de sociale ontwikkeling als de emotionele ontwikkeling komen:
  • morele ontwikkeling
  • angsten
  • impulscontrole
  • regulatie van de emoties
Als onderwerp terug en dan vaak op een negatieve allesoverheersende manier

Slide 9 - Tekstslide

Met als gevolg: probleemgedrag
Probleemgedrag ontstaat als iemand het gevoel heeft de invloed kwijt te raken op zichzelf of zijn omgeving.

Slide 10 - Tekstslide

Gevolg
  • Paniek
  • Reflex neemt het handelen over
  • Cognitie wordt deels uitgeschakeld en de overlevingsmodus ingeschakeld.
  • Als de reflex/de actie heeft plaatsgevonden en tot uiting is gekomen, dan ontstaat er pijn en schuldgevoel

Slide 11 - Tekstslide

  • Probleemgedrag is een uit de hand gelopen manier van reageren.
  • Angst om zichzelf of zijn omgeving te verliezen

Slide 12 - Tekstslide

Vier verschillende betekenissen
Emotie
Noodkreet
Gevangene van eigen handelen
Angst

Slide 13 - Tekstslide

1. Emotie
  • Emoties kunnen letterlijk uit de hand lopen.
  • Iemand is zó boos, kwaad, in paniek, teleurgesteld of blij.

Slide 14 - Tekstslide

2. Noodkreet
  • Bij een gevoel van onvoldoende persoonlijke greep op de omgeving

Slide 15 - Tekstslide

3. Gevangene van eigen handelen
  • Wat kan beginnen als een handeling die een interessant of nuttig karakter heeft, wordt snel een gewoonte, een patroon en gaat over in een ritueel, om uit te monden in een dwanghandeling

Slide 16 - Tekstslide

4. Angst
  • Als iemand zijn eigen handen niet meer durft te gebruiken, niet meer uit zijn kamer komt of in gezelschap, dan is de basis daarvoor angst
  • De angst dat het weer uit de hand zal lopen; de controle over zichzelf te verliezen terwijl anderen daarbij niet willen of kunnen helpen

Slide 17 - Tekstslide

Met als gevolg
  • Materiële schade
  • Fysieke schade
  • Psychische schade

Slide 18 - Tekstslide

Psychische schade
  1. Onzekerheid
  2. Angst
  3. Verwijdering
  4. Verwerping
 

Slide 19 - Tekstslide

1. Onzekerheid
  • Onzekerheid ontstaat als probleemgedrag leidt tot een breuk van de handelingen of activiteiten die waren ingezet.
  • Een breuk die op dat moment niet meer wordt hersteld.

Slide 20 - Tekstslide

2. Angst
  • Probleemgedrag kan zo uit de hand lopen dat controleverlies wordt ervaren.
  • Controleverlies leidt tot angst opnieuw de controle te kunnen verliezen.
  • Als geen emotioneel herstel meer wordt gemaakt breidt angst zich uit

Slide 21 - Tekstslide

3. Verwijdering
  • Als het probleemgedrag tot een contractbreuk leidt die op dat moment of desnoods even later niet meer wordt hersteld, dan ontstaan gevoelens van verwijdering.

Slide 22 - Tekstslide

4. Verwerping 
  • Beschadigt zelfbeeld. Negatieve grond-toon
  • Kraakt zichzelf voortdurend af
  • Vergelijkt zichzelf vaak met anderen, die altijd beter lijken
  • Heeft een pessimistische kijk op eigen kunnen en schrikt terug voor nieuwe stappen
  • Blijft sterk benadrukken wat niet goed gaat

Slide 23 - Tekstslide

Kijken 90min
Transferium Jeugdzorg
https://www.2doc.nl/documentaires/2017/05/ik-ben-geen-probleemkind.html 

Slide 24 - Tekstslide