08. Thema 3 bs 4: Schimmels (2) 16-1

Thema 3: Ordening
Basisstof 4: Schimmels
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavoLeerjaar 1

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Thema 3: Ordening
Basisstof 4: Schimmels

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag
Huiswerk bespreken
Thema 3 bs 4
Huiswerk

Slide 2 - Tekstslide

Maken Thema 1:

Huiswerk 16 januari
Maken §3.4: 1-5
+
Leren 3.4
+
Nakijken
KGT

Slide 3 - Tekstslide

Doel: Schimmels
  1. Je kunt kenmerken noemen van schimmels. 
  2. Je kunt uitleggen hoe schimmels zich kunnen voortplanten.
  3. Je kunt voorbeelden noemen van toepassingen van schimmels.
  4. Je kunt voorbeelden noemen van gevaren van schimmels.




Slide 4 - Tekstslide

Schimmels hebben:
A
wel een celwand geen celkern wel bladgroenkorrels
B
wel een celwand wel een celkern geen bladgroenkorrels
C
geen celwand geen celkern wel bladgroenkorrels
D
wel een celwand geen celkern geen bladgroenkorrels

Slide 5 - Quizvraag


Schimmels zijn opgebouwd uit
A
sporen
B
wortels
C
plaatjes
D
draden

Slide 6 - Quizvraag


Hoe noem je de onderdelen bij nr. 1?
1
A
cellichamen
B
sporen
C
vruchtlichamen
D
schimmeldraden

Slide 7 - Quizvraag


Hoe noem je de schimmel die gebruikt wordt voor het maken van penicilline?
A
de penschimmel
B
de antibiotica
C
de penseelschimmel
D
de spore-schimmel

Slide 8 - Quizvraag


Hoe heeft Fleming penicilline ontdekt?
A
na jarenlang onderzoek
B
door het uitvoeren van veel testen
C
door bacteriën te kweken
D
door toeval

Slide 9 - Quizvraag

Waarom was de ontdekking van penicilline erg belangrijk
A
Veel mensen hadden last van een schimmelinfectie
B
De ontdekking was leuk maar niet heel erg belangrijk
C
Door de ontdekking konden alle schimmels onschadelijk worden gemaakt
D
Veel mensen stierven door ontstekingen

Slide 10 - Quizvraag


Waar ontstaan de sporen van een paddenstoel
A
In het vruchtlichaam - in de paddenstoel
B
in de wortels van de paddenstoel
C
in de schimmeldraden van de paddenstoel
D
er ontstaan geen sporen in een paddenstoel

Slide 11 - Quizvraag

1. Michael zegt:
Schimmels zijn nuttig, ze (resten van) dode organismen in de natuur, ze ruimen ze op.
2. Jordy zegt:
Voetschimmel wordt ook wel zwemmerseczeem genoemd
A
Beide waar
B
Beide niet waar
C
Michael: niet waar Jordy: waar
D
Michael: waar Jordy: niet waar

Slide 12 - Quizvraag


Paddenstoelen hebben een functie bij de voortplanting van schimmels
A
ja
B
nee

Slide 13 - Quizvraag

1. Kees zegt:
Schimmels planten zich meestal voor door deling

2. Klaas zegt:
Mijn huid is rood en schilferig, bevat kloofjes en het jeukt
A
Kees: waar Klaas heeft een schimmelinfectie
B
Kees: niet waar Klaas heeft een schimmelinfectie
C
Kees: waar Klaas heeft een bacteriële infectie
D
Kees: waar Klaas heeft een gezonde huid

Slide 14 - Quizvraag


1. Een schimmelkaas kun je eten

2. Een ziekte die veroorzaakt wordt door een bacterie kan bestreden worden door medicijnen die gemaakt worden uit schimmels
A
beide waar
B
beide nietwaar
C
1 waar 2 nietwaar
D
1 nietwaar 2 waar

Slide 15 - Quizvraag

1. Een aardappelbovist plant zich voort door sporen

2. Bier wordt gebrouwen met behulp van schimmels
A
beide waar
B
beide nietwaar
C
1 waar 2 nietwaar
D
1 nietwaar 2 waar

Slide 16 - Quizvraag

Vul in:

Met ... 1 ... kun je ... 2 ... doden.
Dat doe je omdat deze ziekten veroorzaken
A
1: schimmels 2: sporen
B
1: bacteriën 2: schimmels
C
1: sporen 2: schimmels
D
1: antibiotica 2: bacteriën

Slide 17 - Quizvraag

Voor het bereiden van deze producten worden schimmels gebruik:
1: Brood
2: Wijn
A
beide waar
B
beide nietwaar
C
1 waar 2 nietwaar
D
1 nietwaar 2 waar

Slide 18 - Quizvraag

Doel: Schimmels
  1. Je kunt kenmerken noemen van schimmels. 
  2. Je kunt uitleggen hoe schimmels zich kunnen voortplanten.
  3. Je kunt voorbeelden noemen van toepassingen van schimmels.
  4. Je kunt voorbeelden noemen van gevaren van schimmels.




Slide 19 - Tekstslide

Nabespreking
Hoe is het gegaan?
Wat ging goed?
Wat vond je moeilijk?
Welke vragen heb je nog?

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Dit weet je al:
Je kent de 4 rijken

Slide 22 - Tekstslide

Schimmels

Slide 23 - Tekstslide

Schimmels
  • hebben celkernen
  • hebben celwanden
  • hebben geen bladgroenkorrels
  • opgebouwd uit dunne schimmeldraden
  • planten zich voort door sporen
  • schimmels kunnen 1- of meercellig zijn
  • schimmels kunnen nuttig of schadelijk zijn

Slide 24 - Tekstslide

Schimmel
Ze bestaan uit lange, dunne draden die je schimmeldraden noemt.  

Als er schimmel op je boterham zit, zie je die schimmeldraden als 'pluisjes'

Slide 25 - Tekstslide

Meercellige schimmel 
zoals paddestoelen

Eencellige schimmels 
eencellige schimmels zijn gisten

Slide 26 - Tekstslide

Paddenstoelen zijn voortplantingsorganen van schimmels

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Nuttige schimmels
Speciale soorten schimmels spelen een rol bij het maken van voedingsmiddelen.
Bv gist (= eencellige schimmel)

Champignons en cantharellen zijn schimmels die we kunnen eten.
Schimmelkaas
1
Gist is een eencellige schimmel.
Gebruikt voor het rijzen van deeg
2
Schimmel speelt een rol bij maken van bier / wijn
3
cantharellen en champignons
4

Slide 29 - Tekstslide

Nuttige schimmels
  • ruimen dode resten op van organismen
  • van de penseelschimmel wordt antibiotica ( penicilline) gemaakt (maken bacteriën dood)
  • sommige paddenstoelen kun je eten

Slide 30 - Tekstslide

Bereiding van voedsel
  • gist in brood
  • Franse schimmelkaas
  • bier
  • wijn

Slide 31 - Tekstslide

Schadelijke schimmels
  • kunnen voedsel bederven
  • veroorzaken zwemmerseczeem

Slide 32 - Tekstslide