4.3 lezen AH2 - les 1 - BUI

Vandaag
Theorie over activerende tekst
Herhaling leesvaardigheid 1 t/m 3
Het nut van afbeeldingen en opmaak/lay-out
2 nieuwe tekstverbanden: doel/middel en voorwaardelijk

1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Vandaag
Theorie over activerende tekst
Herhaling leesvaardigheid 1 t/m 3
Het nut van afbeeldingen en opmaak/lay-out
2 nieuwe tekstverbanden: doel/middel en voorwaardelijk

Slide 1 - Tekstslide

4.3 lezen
Leerdoelen:
  • activerende tekst herkennen;
  • beeld en opmaak in een tekst herkennen;
  • nieuwe tekstverbanden herkennen.

Slide 2 - Tekstslide

Lezen theorie over activerende tekst

We lezen samen een stukje op blz. 20/4.3 op je laptop 


Daarna maken we samen opdracht 2 en 3.

Slide 3 - Tekstslide

Activerend?

Slide 4 - Tekstslide

Even checken of je het hebt begrepen: noem een tekstvorm bij het tekstdoel activeren:

Slide 5 - Open vraag

Activerende tekst
  • tekstdoel: activeren
  • tekstsoort: activerende tekst
  • tekstvorm: advertentie, affiche, folder, uitnodiging...

Slide 6 - Tekstslide

Herhaling theorie leesvaardigheid 1 t/m 3
Tekstdoelen
Tekstverbanden + bijhorende signaalwoorden

Daarna: het nut van afbeeldingen en opmaak/lay-out

Slide 7 - Tekstslide

Noem de vier tekstdoelen die je tot nu toe geleerd hebt

Slide 8 - Open vraag

Bij welk tekstdoel hoort onderstaande zin:

Elke supermarkt hoort een openbaar toilet te hebben.

Slide 9 - Open vraag

Bij welk tekstdoel hoort onderstaand verhaaltje:

Twee slangen komen elkaar tegen. Zegt de ene slang tegen de andere: "Ik hoop niet dat ik giftig ben". De ander vraagt: "Waarom?" Antwoord: "Omdat ik op mijn tong heb gebeten".

Slide 10 - Open vraag

Geef een signaalwoord bij het tekstverband "conclusie"

Slide 11 - Woordweb

En bij het tekstverband "opsommend"

Slide 12 - Woordweb

Wat is géén tekstverband?
A
redengevend
B
tijdsvolgorde
C
samenvattend
D
probleemstelling

Slide 13 - Quizvraag

Wat is géén tekstverband?
A
argumentatie
B
uitleggend
C
tegenstellend
D
vergelijkend

Slide 14 - Quizvraag

Waar denk je aan bij lay-out?

Slide 15 - Woordweb

beeld/ opmaak/ lay-out

Slide 16 - Tekstslide

Lay-out activerende tekst        aandacht trekken
Denk aan:
  • kleur
  • lettertype
  • lettergrootte
  • verdeling over de pagina
  • dik of schuin drukken van woorden
  • illustraties

Slide 17 - Tekstslide

Functies van beelden in teksten:
  • aandacht trekken
  • illustreren
  • voorbeeld geven
  • informatie aan de tekst toevoegen 

Slide 18 - Tekstslide

Vertel iets over beeld en opmaak

Slide 19 - Tekstslide

Vertel iets over beeld en doelgroep

Slide 20 - Tekstslide

Was de vorige dia een vorm van commerciële of ideële reclame?
A
commerciële
B
ideële

Slide 21 - Quizvraag

Commerciële of ideële reclame?

Slide 22 - Tekstslide

Geef nog een voorbeeld van een ideële reclame

Slide 23 - Woordweb

Tekstverband middel/doel
signaalwoorden: om te, met als doel, waarmee, daarmee....
voorbeeld: 
Ze heeft bijles genomen om goed te kunnen scoren in de volgende toetsweek.

Slide 24 - Tekstslide

Tekstverband voorwaardelijk
signaalwoorden: als, indien, wanneer, mits, tenzij, behalve als....
voorbeeld:
Als je nu goed meedoet, krijg je straks een beloning.

Slide 25 - Tekstslide

Vond je de uitleg duidelijk?
😒🙁😐🙂😃

Slide 26 - Poll

Huiswerk: opdracht 4, 5 en 6 van 4.3

Slide 27 - Tekstslide