Blok 4.5 A Lezen - herhaling

Blok 4.5 Lezen
Pak je chromebook
- Eerst kort herhalen
- Je boek Escapre Room 2.0 op tafel


1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Blok 4.5 Lezen
Pak je chromebook
- Eerst kort herhalen
- Je boek Escapre Room 2.0 op tafel


Slide 1 - Tekstslide

Leesplan gebruiken



  • Je verkent eerst de tekst en de inhoud. 
  • Pas dan lees je de tekst. 
  • Tijdens het lezen let je goed op of je alles begrijpt wat je leest. 
  • Na het lezen verwerk je de tekst.

Slide 2 - Tekstslide

Waarom lees je een tekst eerst verkennend?

Slide 3 - Tekstslide

4.5 Lezen de stappen - verkennend lezen
Stap 1 Voor het lezen - Verkennen 

  1. Lees de titel, 
  2. Lees tussenkopjes en opvallend gedrukte woorden.
  3. Bekijk de afbeeldingen (plaatjes).
  4. Lees de eerste zinnen (inleiding). In een krant of tijdschrift meestal vetgedrukt. 
  5. Bekijk wat de bron is

    - Voorspel waar de tekst over gaat (het onderwerp) 
    - Bedenk wat je met de tekst moet gaan doen.
    - Bedenk wat weet je al van het onderwerp?

Slide 4 - Tekstslide

4.5 Lezen - Onderwerp en deelonderwerp
Onderwerp van een tekst 

Het onderwerp van een tekst, is waar een tekst over gaat. Wanneer je een tekst verkennend leest wordt vaak duidelijk waar de tekst over gaat.


Slide 5 - Tekstslide

4.5 Lezen - Onderwerp en deelonderwerp
Deelonderwerp van een alinea 

Een tekst gaat over een bepaald onderwerp (bv Ferrari).
Een tekst is verdeeld in alinea’s. Een alinea gaat over een bepaalde deel van het onderwerp gaat, dit noem je het deelonderwerp.  
 
-  Een tekst in een alinea over Ferrari kan bijvoorbeeld gaan over de
   verschillende autotypes
-  Een andere alinea kan iets vertellen over de geschiedenis van Ferrari.
   Het onderwerp van zo’n alinea noemen we een deelonderwerp.

Slide 6 - Tekstslide

4.5 Lezen - de stappen - begrijpend lezen
Stap 2 Tijdens het lezen  - de tekst begrijpen (begrijpend lezen)
  
  1. Lees steeds een klein stukje tekst
  2. Probeer voor je te zien wat je leest (visualiseren)
  3. Los op was je niet begrijpt.
    - Moeilijk woord? (Stappenplan Moeilijke woorden) 
    - Moeilijke zin?      (Lees de zin opnieuw)

Slide 7 - Tekstslide

4.5 Lezen - de stappen begrijpend lezen
  • Zoekend lezen
      
  • Je zoekt in een tekst het antwoord op een vraag. 
     
  • Je leest dan niet de hele tekst, maar kijkt de tekst snel door. 
     
  • Je let op de tussenkopjes   

Slide 8 - Tekstslide

4.5 Lezen - de stappen begrijpend lezen
  • Grondig lezen
     
  • Als je een tekst helemaal wil begrijpen dan ga je deze grondig lezen.
    Je leest de tekst helemaal goed door, omdat je meer wil weten over het onderwerp.
     
  • Moeilijke zinnen lees je extra aandachtig.
     
  • Als je een tekst grondig gelezen hebt, kun je vragen over de tekst beantwoorden of een samenvatting maken.

Slide 9 - Tekstslide

4.5 Lezen - de stappen - verwerken
Stap 3 na het lezen  de tekst verwerken
 
  1. Klopte de voorspelling?
  2. Bedenk voor jezelf wat er in de tekst stond.
  3. Beantwoord de vragen, maak een samenvatting, hou een presentatie

Slide 10 - Tekstslide

Tekstsoorten en tekstdoelen
Tekstsoort
Tekstdoel
informerende tekst
informeren: de lezer iets nieuws vertellen
amuserende tekst
amuseren:   de lezer vermaken of plezier geven
aansporende tekst
overhalen:    de lezer overhalen iets te doen
uiteenzettende tekst
uitleg geven : de lezer iets uitleggen/leren

Slide 11 - Tekstslide

4.5 Lezen - Alinea's en tussenkoppen
Alinea's
 - Stukjes tekst waar iets anders wordt verteld over het onderwerp.
 - Begint op een nieuwe regel
 - tussen alinea's staat vaak een lege regel (witregel)

Tussenkopjes 
  - Staan boven een alinea of een groepje alinea's
  - Geeft aan waar de alinea of groepjes alinea's over gaan.

Slide 12 - Tekstslide

4.5 Lezen - Inleiding, middenstuk, slot
Inleiding
 - Meestal één alinea
  - De schrijver vertelt waar de tekst (het onderwerp) over gaat.

Middenstuk
  - Meestal meerdere alinea's. De alinea vertelt over het deelontwerp
  - De schrijver vertelt meer over het onderwerp

Slot
  - Meestal één alinea
   - De schrijver maakt een duidelijke einde aan de tekst (het onderwerp)

Slide 13 - Tekstslide

Aan de slag in Learnbeat
4.5 A Deelonderwerp 
4.5 B grondig Lezen

Slide 14 - Tekstslide

Welke tekstdoelen ken je?

Slide 15 - Open vraag

Wat lees je wanneer je een tekst verkennend gaat lezen?

Slide 16 - Open vraag

4.5 Lezen - Verkennend lezen
Aan het einde van deze paragraaf kun je:
 
  • Een tekst verkennend lezen 
  • Aangeven wat het tekstdoel is
  • het leesplan gebruiken

  • Alinea's en tussenkopjes aanwijzen in een tekst
  • De inleiding, middenstuk en het slot van een tekst herkennen
  • Informatie in een tekst vinden door zoekend te lezen.

Slide 17 - Tekstslide

Waarom lees je een tekst verkennend?

Slide 18 - Open vraag

4.5 Lezen - Verkennend lezen
Het leesplan
Het leesplan bestaat uit 3 stappen.
  1. Voor het lezen - de tekst en inhoud verkennen
  2. Tijdens het lezen - tekst begrijpen
  3.  Na het lezen - tekst verwerken

Deze stappen staan ook in je boek op bladzijde 79 of
in Learnbeat bij de theorie van blok 2 over lezen
 

Slide 19 - Tekstslide