urinewegstelsel en afwijkingen

Urinewegstelsel
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
PathologieMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Urinewegstelsel

Slide 1 - Tekstslide

Heeft Fabienne jullie toestemming om kleine gedeelte van deze les te filmen? De filmfragmenten zijn alleen bedoeld voor reflectie op mijn les, evt met docent opleiding. Graag jullie naam en of je toestemming geeft of niet.

Slide 2 - Open vraag

Lesdoelen
De student kan in eigen woorden ;
  • werking van urinestelsel uitleggen
  • afwijkingen aan urinewegen en  mictiepatronen benoemen
  • Verschillende urineklachten benoemen
  • Uitleggen wat de urineklachten inhouden
  • verschillende vormen incontinentie benoemen en uitleggen

Slide 3 - Tekstslide

Wat weet je nog van het urinestelsel?

Schrijf zoveel mogelijk op jullie eigen whiteboards

Slide 4 - Tekstslide

Straks zien jullie een filmpje over het urinewegstelsel.
Maak na het filmpje een samenvatting in jullie eigen woorden

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

samenvatting van de video

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Waar bestaat urine uit?

Slide 9 - Open vraag

Urine
  • Water 90-95 %
  • Afbraakproducten van eiwitten ( ureum en urinezuur)
  • Zouten
  • Urinekleurstof
  • Vitaminen ( bijv. teveel aan vitm. C in voeding )
  • Hormonen

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

zoek op welke aangeboren afwijkingen er zijn aan de urinewegen
timer
3:00

Slide 12 - Open vraag

Voorbeelden van aangeboren afwijkingen urinewegen
  • Vernauwingen van de blaasuitgang en de plasbuis
  • Hypospadie; het plasgaatje zit niet op de top van de eikel maar aan de onderzijde van de eikel 
  • Vesicoureterale reflux betekent dat de urine uit de blaas terug kan stromen naar de nier
  • Mega ureter is een sterke verwijding van de urineleider
  • Juxtavesicale stenose is een vernauwing van de urineleider



Slide 13 - Tekstslide

Bloed in de urine heet ....?
A
Erytrocyten
B
Hematurie
C
Melanine
D
Melatonine

Slide 14 - Quizvraag

Wat is de oorzaak van een urineweginfectie ?

Slide 15 - Open vraag

Welke symptomen kun je benoemen van een urineweginfectie?

Slide 16 - Open vraag

Slide 17 - Tekstslide

Wat is in de meeste gevallen de oorzaak van een urineweg infectie?
A
Niet goed eten
B
Niet goed bewegen
C
Bacteriën van de darm
D
In de wind staan

Slide 18 - Quizvraag

Zorgvragers met een blaaskatheter hebben een grotere kans op een urineweginfectie.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 19 - Quizvraag

Bij wie komt een urineweginfectie vaker voor?
Mannen
Vrouwen
Dit maakt niets uit

Slide 20 - Poll

Welke kleur zal de urine hebben bij een urineweginfectie?
A
witachtige troebele urine
B
donkergele urine
C
roodbruine urine

Slide 21 - Quizvraag

Blaasreflex en plassen
In de blaas wordt urine opgeslagen totdat deze vol is. Een seintje van de blaas naar de hersenen maakt vervolgens duidelijk wanneer het tijd is om te plassen. Gemiddeld gebeurt dit ongeveer vier tot acht keer per dag.

Slide 22 - Tekstslide

Wat is urine retentie?
A
Zonder aandrang urine verliezen
B
Door hoesten urine verliezen
C
Urine vasthouden in de blaas door niet te kunnen urineren
D
Het overlopen van de blaas

Slide 23 - Quizvraag

In de urine..... wordt urine tijdelijk opgeslagen.
A
blaas
B
leider
C
buis

Slide 24 - Quizvraag

Waar bestaat urine o.a uit?
A
Urinezuur, Gifstoffen
B
Stoffen die het lichaam niet kan gebruiken
C
Afbraakproducten, of deel geneesmiddelen
D
A,B en C zijn juist

Slide 25 - Quizvraag

Troebele, schuimende urine komt door:
A
Veel frisdrank met koolzuur drinken
B
Witte bloedcellen en pus (Blaasontsteking)
C
Veel melkproducten eten en drinken
D
Zoutkristallen van urinezuur of fosforzuur

Slide 26 - Quizvraag

Urine en emotie
Bij blaas en nieren hoort de emotie angst. Angst geeft een sterke reactie op de bijnieren. Te lang teveel angst/stress kan leiden tot uitputting van de bijnieren, waardoor klachten kunnen ontstaan zoals een terugkerende blaasontsteking.

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Zijn er nog vragen?

Slide 29 - Tekstslide