H5 delen - deelsommen splitsen

• Rekenen
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 1

Deelsommen splitsen

Startrekenen 1F

Instructie bij opdracht 9-10-11

28 : 2 =
In welke getallen heb je gesplitst?

Opdracht 49a

1. 28 en 0
2. 20 en 8
3. 14 en 14
4. 10 en 18

Deel deze twee getallen door 2
en tel ze bij elkaar op.
Jouw antwoord bij stap 3 is ...

Opdracht 49a

1. 10
2. 12
3. 14
4. 16

48 : 3 =
In welke getallen heb je gesplitst?

Opdracht 49b

1. 48 en 0
2. 20 en 28
3. 40 en 8
4. 30 en 18

Deel deze twee getallen door 3
en tel ze bij elkaar op.
Jouw antwoord bij stap 3 is ...

Opdracht 49b

1. 10
2. 12
3. 14
4. 16

85 : 5 =
In welke getallen heb je gesplitst?

Opdracht 49c

1. 85 en 0
2. 80 en 5
3. 50 en 35
4. 40 en 45

Deel deze twee getallen door 5
en tel ze bij elkaar op.
Jouw antwoord bij stap 3 is ...

Opdracht 49c

1. 15
2. 17
3. 19
4. 21

Jip heeft 180 pannenkoeken nodig voor een buurtfeest.
Hoeveel pakken pannenkoeken moet Jip kopen?

Schrijf de deelsom op en reken uit

Imran schrijft zich in voor de danscursus.
Hoeveel euro betaalt Imran per les?

Schrijf de deelsom op en reken uit

Hoeveel teams deden er mee aan de zwemestafette?

Schrijf de deelsom op en reken uit

Aan de slag!

Maak opdracht 9-10-11