Chapitre 5 - het bijvoeglijk naamwoord

B1D le 8 février 2019
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

B1D le 8 février 2019

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoel: aan het einde van de les...
- herken ik Franse bijvoeglijk naamwoorden
- weet ik de verschillende vormen van bijvoeglijke naamwoorden in het Frans
- kan ik zelf in een Franse zin het bijvoeglijk naamwoord plaatsen

Slide 2 - Tekstslide

Welke Franse bijvoeglijke
naamwoorden ken ik al?

Slide 3 - Woordweb

Bron C: het bijvoeglijk naamwoord
Wat is het bijvoeglijk naamwoord?
Het bijvoeglijk naamwoord zegt iets over het zelfstandig naamwoord (= personen en dingen).

Het bijvoeglijk naamwoord in het Frans past zich aan, aan het zelfstandig naamwoord.




BV:  Marie is klein     - Marie est petite

Slide 4 - Tekstslide

Bron C: het bijvoeglijk naamwoord
MAAR:
Eindigt het bijvoeglijk naamwoord op een –e? Dan krijg je geen extra –e bij vrouwelijke woorden enkelvoud!
BV: La voiture est rouge en niet rougee

Eindigt het bijvoeglijk naamwoord op een –s? Dan krijg je geen extra –s bij mannelijke woorden meervoud!
BV: Les pantalons sont gris en niet griss

Slide 5 - Tekstslide

Bron C: het bijvoeglijk naamwoord
UITZONDERING
De volgende woorden krijgen geen extra –e bij vrouwelijk enkelvoud. Deze woorden veranderen helemaal.


Slide 6 - Tekstslide

Yannick porte toujours des pantalons (gris)

Slide 7 - Open vraag

Sa veste est très (grand)

Slide 8 - Open vraag

Sa jupe est (nouveau)

Slide 9 - Open vraag

Les devoirs: le 11 février
Faire: ex. 13+14
Apprendre: voca A+B

Slide 10 - Tekstslide