VWO 2 CH. 3 INTRO, A, B
1 / 22
Lesduur is: 50 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
le croissant
la boulangerie
manger
le café
la confiture
le restaurant
la baguette
Slide 4 - Sleepvraag
broodsoorten
beleg
drankjes
algemene woorden over eten
Slide 5 - Sleepvraag
Wat weet je over de Franse keuken?
Ken je gerechten?
Ken je gerechten?
Slide 6 - Woordweb
Zoek op google:
Verschil tussen keuken Noord-Frankrijk en Zuid-Frankrijk. Waar kom je achter?
Verschil tussen keuken Noord-Frankrijk en Zuid-Frankrijk. Waar kom je achter?
Slide 7 - Open vraag
Coq au vin
Escargots
Moules frites
Pot-au-feu
Croq monsieur
Slide 8 - Sleepvraag
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Video
Slide 16 - Tekstslide
Wat zoekt de man?
A
Een jas
B
Een trui
C
Een pantalon
Slide 17 - Quizvraag
De man zegt dat...
A
Hij niet van strepen houdt
B
Hij de trui te groot vindt lijken
C
Hij niet van truien houdt
Slide 18 - Quizvraag
Wat raadt de vrouw aan?
A
Een trui die tweedehands is
B
Een wollen trui met korting
C
Volgende week terug te komen
Slide 19 - Quizvraag
"Je peux l'essayer?" betekent...
A
Mag hij gelijk mee?
B
Kan ik hem bestellen?
C
Kan ik hem passen?
Slide 20 - Quizvraag
De paskamers zijn...
A
Achter
B
Rechts
C
Links
D
Boven
Slide 21 - Quizvraag
Hoe eindigt dit?
A
De man wil de trui in maat 42 en betaalt cash
B
De man wil de trui in maat 40 en wil pinnen
