24-25 week 1

  • mezelf en jezelf voorstellen in het Frans
  • studieplanner en basis woordenlijst
  • culture - voyages
  • regarder
  • les devoirs
1 / 45
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 45 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

  • mezelf en jezelf voorstellen in het Frans
  • studieplanner en basis woordenlijst
  • culture - voyages
  • regarder
  • les devoirs

Slide 1 - Tekstslide

Je me présente

Slide 2 - Tekstslide

Madame Rogers

Slide 3 - Tekstslide

Qui es-tu?
● Comment tu t'appelles ? 
● Quel âge as-tu? 
● Tu habites où ? 
parler

Slide 4 - Tekstslide

Qui es-tu?
● Comment tu t'appelles ? (Hoe heet je?)
● Quel âge as-tu? (Hoe oud ben je?)
● Tu habites où ? (Waar woon je?)
parler
wat antwoord je op deze vragen?
schrijf op

Slide 5 - Tekstslide

Qui es-tu?
● Comment tu t'appelles ? Je m'appelle ....
● Quel âge as-tu? J'ai ... ans
● Tu habites où ? J'habite à ....
parler

Slide 6 - Tekstslide

Studieplanner blok 1
Classroom

Bespreken 'basiswoordenlijst' 
(werkwoorden -er, dagen van de week en maanden)

Slide 7 - Tekstslide

Voyages
Lees pagina 8 en 9
(straks volgt een korte quiz)
timer
3:00

Slide 8 - Tekstslide

Op welk treinstation kom je aan als als reiziger uit Amsterdam met de Thalys?
A
La gare de l'est
B
La gare de Paris
C
La gare du Nord
D
La gare de Lyon

Slide 9 - Quizvraag

Tu es à la gare du nord. Tu entends ce message.

Qu'est-ce qu'elle dit? 

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Qu'est-ce que tu as compris?
A
De trein is te laat
B
Je mag niet op perron 2 komen
C
Je moet etiketten op je bagage hebben
D
Het goede antwoord staat er niet bij.

Slide 12 - Quizvraag

Kun je vanaf Gare du Nord verder reizen naar Zuid-Frankrijk
A
ja
B
nee

Slide 13 - Quizvraag

Als je verder wilt rijden naar Zuid-Frankrijk, naar welk treinstation moet je dan reizen
A
Gare de l'Est
B
Gare de Lyon

Slide 14 - Quizvraag

Jérôme woont in Lens, op ongeveer 30 kilometer van Lille.
Met welk vervoermiddel reist hij naar Lille?
A
met de TGV
B
met de RER
C
Met de TER
D
met de metro

Slide 15 - Quizvraag

Wat is télépéage?
A
Een app op je telefoon om de tolweg te betalen
B
Een manier om automatisch de tolweg te betalen
C
Een speciale autoweg voor abonnées

Slide 16 - Quizvraag

Wat is La Corse?
A
Een eiland in de middellandse zee
B
Een treinstation in Parijs
C
Een vliegveld in Parijs

Slide 17 - Quizvraag

Apprendre 1 
Blz 38
Samen doornemen


Onthoud: 
landennamen eindigend op -e: meestal vrouwelijk


Slide 18 - Tekstslide

Regarder
le vlog de Julien

Blz 10

Slide 19 - Tekstslide

les devoirs
Leren apprendre 1 blz 38 F-N en N-F

Slide 20 - Tekstslide

  • les devoirs - overhoren
  • la météo - parler
  • lire
  • les devoirs - het huiswerk

Slide 21 - Tekstslide

les devoirs: apprendre 1

Wat is de regel wat betreft het lidwoord van landennamen?

Wat is de regel (bijna altijd)?




Slide 22 - Tekstslide

Onthoud: 
landennamen eindigend op -e: meestal vrouwelijk


Slide 23 - Tekstslide

Les devoirs apprendre 1
Arriver - partir

le train - la voiture - l'avion - le bateau - le vélo, la bicyclette

... Belgique, ... Luxembourg, ..Maroc, ..France

La Suisse, les Pays-Bas, les États - Unis, l'Espagne, l'Allemagne


Slide 24 - Tekstslide

La météo
Page 11

Wat valt je op: hoe ga je dit onthouden?

Slide 25 - Tekstslide

4

Slide 26 - Video

00:15
Wat betekent aujourd'hui?

Slide 27 - Open vraag

00:26
C'est quoi, un orage?

Slide 28 - Open vraag

00:39
Wat betekent:
quel temps fait-il aujourd'hui?

Slide 29 - Open vraag

01:29
Wat betekent: beaucoup de pluie?

Slide 30 - Open vraag

Quel temps fait-il aujourd'hui?
3 minuten om te leren

Daarna gaan we verder met de quiz en gaan de boeken dicht!
timer
3:00

Slide 31 - Tekstslide

Quel temps fait il?
A
Il fait chaud
B
Il fait beau
C
Il fait froid
D
Il y a du vent

Slide 32 - Quizvraag

Quel temps fait-il?
A
Il fait mauvais
B
Il pleut
C
Il fait beau
D
Il gèle

Slide 33 - Quizvraag

Quel temps fait-il?
Het regent

Slide 34 - Open vraag

Quel temps fait-il?
Het sneeuwt

Slide 35 - Open vraag

Quel temps fait il?
De zon schijnt

Slide 36 - Open vraag

Lire blz 12
Lees de titel, de ondertitel en de inleiding

Daarna krijg je een paar vragen in het Frans

Slide 37 - Tekstslide



Il s'appelle comment?

 Il habite où?

Ils sont partis à quelle heure?


Il est allé en train?

Le voyage est facile?
Il s'appelle Lucas
Non, il est allé en voiture
Ils sont partis à huit heures du matin
Il habite à Liège
Non, le voyage est difficile.

Slide 38 - Tekstslide

Maak exercice 6
blz 13 en 14

Klaar: leren apprendre 1 en 2 

Slide 39 - Tekstslide

            Exercice 6

Een Franse reclameman ontwierp dit karakter op verzoek van de Franse overheid. Deze "slimme bizon" staat nu symbool voor verkeersinformatie en verkeersgeleiding.

De Franse overheid probeert drukke hoofdroutes naar het zuiden te ontlasten door aantrekkelijke alternatieven te bieden. De bijbehorende kaart is gratis verkrijgbaar bij een aantal tankstations

Slide 40 - Tekstslide

Slide 41 - Link

Parler
Quelle est ta nationalité ? 
C’est quand, ton anniversaire? 
 Tu as des frères ou des sœurs ?

Slide 42 - Tekstslide

Parler
Quelle est ta nationalité ? (Wat is je nationaliteit?)
C’est quand, ton anniversaire? (Wanneer ben je jarig?)
Tu as des frères ou des sœurs ? (Heb je broers of zussen?)

Slide 43 - Tekstslide


Quelle est ta nationalité ?

C’est quand, ton anniversaire?

Tu as des frères ou des sœurs
 
Je suis ... / ma nationalité est ...
 
Mon anniversaire est le ...
 
J'ai .. et .../ Non, je suis fils unique, fille unique

Slide 44 - Tekstslide

Les devoirs
leren apprendres 1, 2 blz 38
Afmaken 6  blz 13 en 14

Slide 45 - Tekstslide