Stroom en schakelen

H3.1 Stroom en schakelen
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H3.1 Stroom en schakelen

Slide 1 - Tekstslide

Elektrische schakelingen
LEERDOELEN
In deze les leer je...
  • hoe je elektrische schakelschema's tekent.
  • wat het verschil is tussen de twee soorten schakelingen
  • omgaan met een combinatie van serie- en parallelschakelingen.

Slide 2 - Tekstslide

Wat zorgt er voor het vervoer van elektrische energie door stroomdraden?
A
protonen
B
water
C
elektronen
D
gas

Slide 3 - Quizvraag

Wat doet een geleider?
A
Geeft stroom gemakkelijk door.
B
Houdt stroom tegen.

Slide 4 - Quizvraag

Wat doet een isolator?
A
Geeft stroom gemakkelijk door
B
Houdt stroom tegen

Slide 5 - Quizvraag

In welke eenheid meet je stroomsterkte?
A
V
B
W
C
A
D
P

Slide 6 - Quizvraag

In welke eenheid meet je spanning?
A
V
B
W
C
A
D
P

Slide 7 - Quizvraag

Wat is waar?


A
Bij een serieschakeling is de stroomsterkte overal even groot.
B
Bij een parallelschakeling is de stroomsterkte overal even groot.

Slide 8 - Quizvraag

Zo, dat was de voorkennis. 
Ik hoop dat je alle vragen goed hebt beantwoord. 
Als dat niet zo was, geen probleem, we gaan hier de komende tijd mee aan de slag, dus dan leer je ze wel. 


Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Je gaat nu het verschil leren tussen serieschakelingen en parallelschakelingen


Maar eerst nog even herhalen wat elektrische stroom ook al weer is:

Slide 11 - Tekstslide

Elektrische stroom
  • Elektrische stroom in een draad bestaat uit bewegende elektronen.
  • De spanningsbron pompt de elektrische stroom rond.
  • Alle elektronen blijven in de stroomkring, er verdwijnen er geen!
  • De elektronen vervoeren de elektrische energie.

Slide 12 - Tekstslide

Serie schakeling:          1 Lange stroomkring.
Parallel schakeling:     Verschillende stroomkringen die aan 
                                          elkaar geschakeld zijn

Slide 13 - Tekstslide

Symbolen die bij het tekenen van een schakeling gebruik worden

Slide 14 - Tekstslide

Regels voor het tekenen van stroomkringen
  1. Gebruik altijd de goede symbolen! 
  2. De draden worden alleen horziontaal of vertikaal getekend.
  3. Altijd hoeken van 90 graden tekenen.
  4. De afstand useen de apparaten in de tekening zegt niets over de werkelijke afstand.
  5. Het schema moet zo overzichtelijk mogelijk zijn.

Slide 15 - Tekstslide

Een ampèremeter sluit je in serie aan en een voltmeter parallel.

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Schakeling
Schakelschema

Slide 18 - Tekstslide

Gemengde schakeling - schakelschema

Slide 19 - Tekstslide

schakelschema met symbolen
schakeling

Slide 20 - Tekstslide

Bouw als schakelschema (dus niet met plaatjes)

Slide 21 - Tekstslide

Serie en parallel schakelen
met weerstanden.
  • Maak de twee schakelingen links na.
  • Meet de stroomsterkte met het apparaat links.
Wat gebeurd er met de stroomsterkte?

Slide 22 - Tekstslide

Batterijen serie schakelen

Slide 23 - Tekstslide

Opdrachten via pHet af?

Ga dan verder met de huiswerkplanner

Slide 24 - Tekstslide