3TL 2.5 Dieren bewegen les 3

Dieren bewegen
2.1 Het skelet
2.2 Skelet en houding 
2.3 In beweging 
2.4 Blessures 
2.5 Dieren bewegen les 3 
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Dieren bewegen
2.1 Het skelet
2.2 Skelet en houding 
2.3 In beweging 
2.4 Blessures 
2.5 Dieren bewegen les 3 

Slide 1 - Tekstslide

Noem een dier dat
een topganger is

Slide 2 - Woordweb

Begintaak 
Beschrijf van de volgende zoogdieren op welk deel van hun voet ze lopen en noem een voorbeeld.

  • Topgangers
  • Teengangers
  • Zoolgangers

Slide 3 - Tekstslide


Begintaak - antwoorden
  • Topgangers (hoefgangers) - Lopen op puntje van hun teenkootjes, daar omheen hebben ze hoeven
  • Teengangers - loopt op de teenkootjes
  • Zoolgangers - loopt op de gehele voet

Slide 4 - Tekstslide

Leerdoelen 2.5
  • Je kunt aangeven op welk deel van hun poten zoogdieren lopen
  • Je kunt het verband beschrijven tussen het skelet en de leefwijze van het dier
  • Je kunt beschrijven hoe ongewervelde dieren bewegen

Slide 5 - Tekstslide

Ongewervelde dieren

Slide 6 - Woordweb

Ongewervelde dieren
Weekdieren: Uitwendig skelet van kalk. Schelpdieren zoals slakken.

Geleedpotigen: Uitwendig skelet van chitine. Voorbeelden: insecten, spinnen, krabben en kreeften.

Wormen
Geen skelet

Slide 7 - Tekstslide

Weekdieren
  • Uitwendig skelet: niet van kraakbeen of been, maar van kalk.
  • De slak beweegt zich voort met zijn voet (een grote sterke spier in het lichaam van de slak). Door die spier samen te trekken en te ontspannen komt de slak vooruit. 
  • De slak glijdt over een laagje slijm dat hij zelf heeft gemaakt. Dit beschermt hem tegen harde stukjes op de ondergrond. Daarom zie je vaak een slijmerig slakkenspoor achter een slak.

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Geleedpotigen
Zoals krabben, kreeften en insecten.
Insecten hebben een uitwendig skelet gemaakt van chitine

Door het uitwendige skelet zitten de gewrichten aan de buitenkant en spieren aan de binnenkant. 

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Wormen
  • Het lichaam van een worm bestaat uit segmenten
  • Deze segmenten bestaan uit 2 verschillende spieren: kringspieren en lengtespieren
  • De worm beweegt door deze spieren om de beurt samen te trekken.
  • De haartjes zijn voor grip. 

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

De oester is een...
A
Gewervelde met een inwendig kalkskelet
B
Gewervelde met een uitwendig kalkskelet
C
Weekdier met een uitwendig chitineskelet
D
Weekdier met een uitwendig kalkskelet

Slide 14 - Quizvraag

Hoe kunnen insecten bewegen?
A
Door spieren die aan de buitenkant van het kalkskelet vastzitten
B
Door spieren die aan de binnenkant van het kalkskelet vastzitten
C
Door spieren die aan de buitenkant van het chitineskelet vastzitten
D
Door spieren die aan de binnenkant van het chitineskelet vastzitten

Slide 15 - Quizvraag

Slide 16 - Link

De volgende les
  • Staafdiagrammen lezen en maken
  • Oefenen met de namen van botten
  • RPCG

Slide 17 - Tekstslide

De volgende lessen

Plannen: een leerschema maken 
Mindmap maken
Oefenen door herhalen
Oefentoets

Slide 18 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je kunt beschrijven hoe gewervelde dieren zich voortbewegen 
  • Je kunt aangeven op welk deel van hun poten zoogdieren lopen
  • Je kunt het verband beschrijven tussen het skelet en de leefwijze van het dier
  • Je kunt beschrijven hoe ongewervelde dieren bewegen

Slide 19 - Tekstslide