Oefenen Hoofdstuk 5

Domein A
1 / 52
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 5,6

In deze les zitten 52 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Domein A

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kans
Kans is de waarschijnlijkheid dat een bepaalde gebeurtenis zal optreden. Het gaat dan om een vergelijking. 

Slide 2 - Tekstslide

In relatie tot het vorige filmpje: de kans dat jij op 25 september jarig bent, is groter dan op 4 november bijvoorbeeld.
Kwalitatief en kwantitatief onderzoek
Kwalitatief
Kwantitatief
Onderzoek naar zaken die niet te kwantificeren zijn
Onderzoek naar zaken die kwantificeerbaar zijn
Bijvoorbeeld: interviews
Bijvoorbeeld: Veiligheidsmonitor

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sleep de afbeeldingen naar het juiste meetinstrument.
Enquête
Interview
Observatie
Experiment

Slide 4 - Sleepvraag

Deze opdracht is een aanleiding om de verschillende meetinstrumenten te bespreken. 

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Variabelen
Afhankelijke & onafhankelijke variabelen
Interveniërende variabelen

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Variabelen
Variabelen (kenmerken) = de eigenschappen van de objecten die de onderzoeker in het bijzonder interesseren en die van elkaar kunnen verschillen.

Wat is de invloed van leeftijd op de kans op een hartproblemen?

>>> Wat zijn hier de variabelen?

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afhankelijke variabele
Deze variabele is altijd afhankelijk van (wordt beïnvloed door) een andere variabele en staat daarmee rechts in het conceptueel model.

De uitkomst of de waarde die een afhankelijke variabele inneemt, wordt bepaalt door de onafhankelijke variabele.


Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Onafhankelijke variabele
Deze variabele is geheel onafhankelijk van andere variabelen en staat daarmee links in het conceptueel model.

De waarde van de onafhankelijke variabele kan verschillen (denk aan leeftijd) en is niet afhankelijk van andere variabelen.

De onafhankelijke variabele bepaalt de uitkomst van de afhankelijke variabele.


Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Interveniërende variabele
Dit is een variabele die het verband tussen de onafhankelijke en afhankelijke variabele ook beïnvloedt, maar die niet wordt gemeten. 

Het is van belang om bij het trekken van conclusies rekening te houden met andere variabelen die een rol zouden kunnen spelen. Er zou namelijk geconcludeerd kunnen worden dat er een verband bestaat tussen twee variabelen, terwijl dit feitelijk niet zo is.

Vaak veronderstelt men dat een hoger opleidingsniveau leidt tot een hoger inkomen. Er is hier ook sprake van een positieve correlatie. Maar onderzoek wees uit, dat we iets over het hoofd zagen. Het beroep was doorslaggevend voor het inkomen, niet per se het opleidingsniveau.
>>> Er sprake is van een vals verband, want wat kan invloed hebben?

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Antwoord
2022 tijdvak 3

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Antwoord
2022 tijdvak 3

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Antwoord
2023 tijdvak 2

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Antwoord
2023 tijdvak 2

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de afhankelijke variabele in deze onderzoeksvraag?:
In hoeverre hebben pissebedden de voorkeur voor een lichte of donkere omgeving?
A
Pissebedden
B
De hoeveelheid licht
C
Daar waar de pissebedden zitten

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke 2 beweringen zijn juist?
A
Een onafhankelijke variabele wordt gekozen
B
Een onafhankelijke variabele wordt gemeten
C
Een afhankelijke variabele wordt gekozen
D
Een afhankelijke variabele wordt gemeten

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Antwoord
2022 tijdvak 1

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de afhankelijke/onafhankelijke variabele?

Wat is het effect van sporten op de gezondheid van jongeren?

Slide 25 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de afhankelijke/onafhankelijke variabele?

In hoeverre wordt criminaliteit veroorzaakt door te weinig controle in de opvoeding?

Slide 26 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de afhankelijke/onafhankelijke variabele?

Wat is het verband tussen opleidingsniveau en kiesgedrag?

Slide 27 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Operationaliseren
De manier waarop de centrale verschijnselen in het onderzoek worden gemeten. Dit doe je aan de hand van indicatoren. 

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Indicatoren
Met een indicator maak je een variabele meetbaar op een bepaald niveau, bijvoorbeeld:
Opleidingsniveau
Wat is uw hoogst genoten opleiding? 
- Basisschool
- Vmbo/mavo/mbo
- Havo of vwo
- Hbo
- Universiteit

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oefenen
We willen onderzoek doen naar wat voor effect de aanwezigheid tijdens de lessen heeft op de hoogte van het cijfer wat je haalt op een toets.

Verzin een hypothese hierbij.

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Validiteit en betrouwbaarheid
Betrouwbaarheid
  • Nauwkeurigheid (voorkomen van onnodige fouten)
  • Herhaalbaarheid (krijg ik dezelfde resultaten, als ik het later nog een keer onderzoek)

Als je vraagt wie de beste spits uit de Eredivisie is aan alleen Ajax-supporters, dan krijg je geen betrouwbaar antwoord.


Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Eisen aan onderzoek 
1. Betrouwbaar
2. Valide
3. Representatief

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Betrouwbaarheid
Betrouwbaarheid gaat enerzijds over de nauwkeurigheid van het onderzoek: berusten de resultaten niet op toeval. En anderzijds over de herhaalbaarheid van het onderzoek.
>> Is het onderzoek vrij van willekeurige meetfouten?
>> Levert herhaling van het onderzoek hetzelfde resultaat op? (

bv. een test om IQ van persoon te meten

2x IQ test bij een persoon - resultaat is 2x 120 = betrouwbaar

2x IQ test bij een persoon - resultaat is 105 en 140 = niet betrouwbaar

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Validiteit
Validiteit gaat over of je als onderzoeker meet wat je wilt meten.

bv. 
crimineel gedrag onder hangjongeren meten> Wat versta je dan onder criminaliteit?
 
Thermometer die niet de juiste temperatuur meet is niet valide


Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Representativiteit
Representativiteit gaat erover of een steekproef een dwarsdoorsnede is van de totale onderzoeksgroep.

bv. heb je iedereen gesproken om betrouwbare antwoorden te kunnen geven




Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je wilt iemands gewicht meten, maar de weegschaal staat niet goed afgesteld
A
Betrouwbaarheid
B
Validiteit
C
Representativiteit

Slide 40 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je wilt iemands gewicht meten door hem op te tillen.
A
Betrouwbaarheid
B
Validiteit
C
Representativiteit

Slide 43 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je wilt weten wie de beste spits van de eredivisie is en kijkt alleen naar wie de meeste goals heeft gescoord.
A
Betrouwbaarheid
B
Validiteit
C
Representativiteit

Slide 44 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je wilt weten wie de beste spits van de eredivisie is en vraagt dat alleen aan Ajax-supporters.
A
Betrouwbaarheid
B
Validiteit
C
Representativiteit

Slide 45 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je wilt onderzoek doen naar hoeveel mensen de krant lezen en vraagt hoe vaak mensen het nieuws volgen.
A
Betrouwbaarheid
B
Validiteit
C
Representativiteit

Slide 46 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je wilt onderzoek doen naar hoeveel mensen in Nederland de krant lezen en vraagt dit alleen aan jongeren.
A
Betrouwbaarheid
B
Validiteit
C
Representativiteit

Slide 47 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je wilt onderzoek doen naar hoeveel mensen in Nederland de krant lezen en vraagt dit tijdens de zomervakantie
A
Betrouwbaarheid
B
Validiteit
C
Representativiteit

Slide 48 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 49 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 50 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Antwoord
2023 tijdvak 1

Slide 51 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Antwoord
2022 tijdvak 2

Slide 52 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies