Steden

Steden
Hoofdstuk 2
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Steden
Hoofdstuk 2

Slide 1 - Tekstslide

2.1 Steden worden steeds belangrijker 

Hoofdstuk 2

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen 
  • Je kunt drie verschillen noemen tussen een stad en het landelijk gebied
  • Je kunt uitleggen wat het verschil is tussen wereldsteden, megasteden en hoofdsteden 
  • Je kunt uitleggen wat het verband is tussen welvaart en verstedelijking 

Slide 3 - Tekstslide

Wat is een stad? 
Lezen blz. 68

Slide 4 - Tekstslide

Noem twee kenmerken van een stedelijk gebied?

Slide 5 - Open vraag

Wat is een kenmerk van landelijke gebieden?
A
Er wonen veel mensen
B
Er is weinig werk
C
Er is weinig ruimte tussen gebouwen
D
Er zijn weinig voorzieningen.

Slide 6 - Quizvraag

Noem twee verschillen tussen stedelijk en landelijk gebied

Slide 7 - Open vraag

De invloed van steden
Lezen blz. 68

Slide 8 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen megasteden, wereldsteden en hoofdsteden

Slide 9 - Open vraag

Steeds meer stadsbewoners  
Lezen blz. 69

Slide 10 - Tekstslide

Wat is verstedelijkingsgraad?
A
Aantal steden in een land.
B
Groei van het aantal steden in een land.
C
Percentage van de bevolking dat in steden woont.
D
Groei van de bevolking in steden.

Slide 11 - Quizvraag

Wat is verstedelijkingstempo?
A
Snelheid waarmee er meer steden in een land komen.
B
De groei van de steden in oppervlakte.
C
Percentage waarmee de verstedelijkingsgraad jaarlijks toeneemt.
D
De groei van het aantal steden in een land.

Slide 12 - Quizvraag

Wat hebben welvaart en verstedelijking met elkaar te maken?

Slide 13 - Open vraag

Opdrachten maken 
hoofdstuk 2: Steden 
2.1 Steden worden steeds belangrijker 
Blz. 70 tm 73
maken opdrachten: 2, 3, 4 en 6
Klaar? Mij laten controleren en herhaling maken online of leerdoelen samenvatting maken 

Slide 14 - Tekstslide

2.2 De spreiding van steden in een land

Hoofdstuk 2

Slide 15 - Tekstslide

Leerdoelen 
  • Je kunt uitleggen welke factoren de spreiding van steden bepalen.
  • Je kunt aan de hand van de plattegrond oude en nieuwe delen van een stad herkennen.
  • Je kunt met een kaart of tabel het spreidingspatroon van steden in een land herkennen. 

Slide 16 - Tekstslide

Waarom ligt juist daar een stad?
Lezen blz. 74

Slide 17 - Tekstslide

Noem twee gebiedskenmerken die de spreiding van steden verklaren

Slide 18 - Open vraag

Welke kenmerk hoort bij een relatieve ligging van een stad?
A
vindplaats grondstoffen
B
vruchtbare grond
C
hoe een plaats ligt t.o.v. ander plaatsen
D
vlakke gebieden

Slide 19 - Quizvraag

Wat is een stedelijk netwerk?
A
Een aantal steden die aan elkaar gegroeid zijn
B
Een aantal steden die in hetzelfde land liggen
C
Een aantal steden die dicht bij elkaar liggen
D
Een aantal steden die sterk verbonden met elkaar zijn

Slide 20 - Quizvraag

Primate cities en satalietsteden
Lezen blz. 74

Slide 21 - Tekstslide

Wat is een primate city
A
Heeft altijd meer dan 8 miljoen inwoners
B
Is altijd de hoofdstad
C
Is verre weg de grootste stad in een land
D
Ligt altijd aan de kust

Slide 22 - Quizvraag

Wat is een satellietstad?

Slide 23 - Open vraag

De historische plattegrond van steden
Lezen blz. 75

Slide 24 - Tekstslide

Wat is en kenmerk van het stratenpatroon van het centrum een middeleeuwse stad?

Slide 25 - Open vraag

wat is een koloniale dubbelstad
A
twee steden die op elkaar lijken
B
als een kant van de stad heel oud is en de andere kan nieuw
C
nieuw wegen patroon
D
waarbij 1 iemand over twee steden regeert

Slide 26 - Quizvraag

Dit is een voorbeeld van een koloniale dubbelstad.
A
goed
B
fout

Slide 27 - Quizvraag

Opdrachten maken 
hoofdstuk 2: Steden 
2.2 De spreiding van steden in een land 
Blz. 76 tm 77
maken opdrachten: 3, 5 en 6
Klaar? Mij laten controleren en herhaling maken online of leerdoelen samenvatting maken 

Slide 28 - Tekstslide