Je kunt de maximale winst en maximale omzet bepalen.
Je kunt bovenstaande twee leerdoelen ook toepassen als er sprake is van progressief of degressief variabele kosten.
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5
In deze les zitten 16 slides, met tekstslides.
Lesduur is: 70 min
Onderdelen in deze les
Leerdoelen § 3: maximale winst
Je kunt de maximale winst en maximale omzet bepalen.
Je kunt bovenstaande twee leerdoelen ook toepassen als er sprake is van progressief of degressief variabele kosten.
Slide 1 - Tekstslide
3. Leerdoelgericht werken
De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.
3.3 Maximale winst
Als de variabele kosten proportioneel zijn dan geldt er een lineair verloop van de TK-lijn. De GTK-lijn is dan een kromme, dalende lijn en de MK-lijn is constant. Het punt waar de GO-lijn en de GTK-lijn elkaar snijden, ligt het break-even punt. Voorbij dit punt maakt een bedrijf winst.
Omdat op elke productiehoeveelheid MO > MK, zal de winst altijd toenemen/verlies altijd dalen bij extra productie en ga je als producent zoveel als mogelijk produceren.
Bij progressieve variabele kosten is het lastiger te bepalen bij welke omvang van de productie de winst maximaal is. De MK zijn dan niet constant en kennen een stijgend verloop.
Slide 2 - Tekstslide
4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.
3.3 Maximale winst
Bij progressief variabele kosten nemen de kosten per extra geproduceerde eenheid steeds sneller toe. Hierdoor stijgen de marginale kosten (MK) naarmate er meer geproduceerd wordt. De winst van een ondernemer is dan maximaal waar MO = MK omdat:
Als MO > MK, dan levert het produceren van een extra eenheid meer op dan het kost, dus de winst stijgt.
Als MO < MK, dan kost het produceren van een extra eenheid meer dan het oplevert, dus de winst daalt.
Bij MO = MK wordt de laatste eenheid precies tegen de kostprijs geproduceerd en is de winst maximaal.
Slide 3 - Tekstslide
4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.
3.3 Maximale winst
Samenvattend:
Slide 4 - Tekstslide
4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.
3.3 Maximale winst
Hoeveel moet een ondernemer produceren om maximale winst te maken? Dat hangt af van zijn kostenverloop:
Proportioneel variabele kosten
Meer produceren levert meer winst op als MO > MK. Alleen productiecapaciteit begrenst de winst.
Slide 5 - Tekstslide
4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.
3.3 Maximale winst
Hoeveel moet een ondernemer produceren om maximale winst te maken? Dat hangt dus af van zijn kostenverloop:
Proportioneel variabele kosten
Bij stijgende gemiddelde variabele kosten
Meer produceren levert meer winst op als MO > MK. Alleen productiecapaciteit begrenst de winst.
Maximale winst wordt bereikt als MO = MK
Slide 6 - Tekstslide
4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.
Voorbeeld bepalen maximale winst bij progressieve VK
Stap 1: winst is maximaal bij snijpunt MO = MK
Slide 7 - Tekstslide
5. Concrete en herkenbare voorbeelden
De docent maakt gebruik van praktische en concrete voorbeelden die voor leerlingen herkenbaar zijn in hun eigen leefwereld om tot beter begrip te komen. De docent doet hierbij een beroep op dual coding. Door het visuele en het verbale te combineren vergroot de docent de kans dat lesstof beter bij de leerlingen blijft beklijven.
Voorbeeld bepalen maximale winst bij progressieve VK
Stap 1: winst is maximaal bij snijpunt MO = MK
Stap 2: q = 5.000 bij dit snijpunt
Slide 8 - Tekstslide
5. Concrete en herkenbare voorbeelden
De docent maakt gebruik van praktische en concrete voorbeelden die voor leerlingen herkenbaar zijn in hun eigen leefwereld om tot beter begrip te komen. De docent doet hierbij een beroep op dual coding. Door het visuele en het verbale te combineren vergroot de docent de kans dat lesstof beter bij de leerlingen blijft beklijven.
Voorbeeld bepalen maximale winst bij progressieve VK
Stap 1: winst is maximaal bij snijpunt MO = MK
Stap 2: q = 5.000 bij dit snijpunt
Stap 3: prijs is € 1,60
Slide 9 - Tekstslide
5. Concrete en herkenbare voorbeelden
De docent maakt gebruik van praktische en concrete voorbeelden die voor leerlingen herkenbaar zijn in hun eigen leefwereld om tot beter begrip te komen. De docent doet hierbij een beroep op dual coding. Door het visuele en het verbale te combineren vergroot de docent de kans dat lesstof beter bij de leerlingen blijft beklijven.
Voorbeeld bepalen maximale winst bij progressieve VK
Stap 1: winst is maximaal bij snijpunt MO = MK
Stap 2: q = 5.000 bij dit snijpunt
Stap 3: prijs is € 1,60
Stap 4: GTK is € 1,40
Slide 10 - Tekstslide
5. Concrete en herkenbare voorbeelden
De docent maakt gebruik van praktische en concrete voorbeelden die voor leerlingen herkenbaar zijn in hun eigen leefwereld om tot beter begrip te komen. De docent doet hierbij een beroep op dual coding. Door het visuele en het verbale te combineren vergroot de docent de kans dat lesstof beter bij de leerlingen blijft beklijven.
Voorbeeld bepalen maximale winst bij progressieve VK
Stap 1: winst is maximaal bij snijpunt MO = MK
Stap 2: q = 5.000 bij dit snijpunt
Stap 3: prijs is € 1,60
Stap 4: GTK is € 1,40
Stap 5: GW is € 1,60 - € 1,40 = € 0,20
Slide 11 - Tekstslide
5. Concrete en herkenbare voorbeelden
De docent maakt gebruik van praktische en concrete voorbeelden die voor leerlingen herkenbaar zijn in hun eigen leefwereld om tot beter begrip te komen. De docent doet hierbij een beroep op dual coding. Door het visuele en het verbale te combineren vergroot de docent de kans dat lesstof beter bij de leerlingen blijft beklijven.
Voorbeeld bepalen maximale winst bij progressieve VK
Stap 1: winst is maximaal bij snijpunt MO = MK
Stap 2: q = 5.000
Stap 3: prijs is € 1,60
Stap 4: GTK is € 1,40
Stap 5: GW is € 1,60 - € 1,40 = € 0,20
Stap 6: TW is 5.000 x € 0,20 = € 1.000
Slide 12 - Tekstslide
5. Concrete en herkenbare voorbeelden
De docent maakt gebruik van praktische en concrete voorbeelden die voor leerlingen herkenbaar zijn in hun eigen leefwereld om tot beter begrip te komen. De docent doet hierbij een beroep op dual coding. Door het visuele en het verbale te combineren vergroot de docent de kans dat lesstof beter bij de leerlingen blijft beklijven.
3.3 Maximale winst
De maximale winst kun je ook rekenkundig vaststellen door MO en MK aan elkaar gelijk te stellen. Stel bijvoorbeeld TO = 40q en TK = 100 + 10q+ 2q2 en je wilt dan de maximale winst bepalen.
Slide 13 - Tekstslide
4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.
3.3 Maximale winst
De maximale winst kun je ook rekenkundig vaststellen door MO en MK aan elkaar gelijk te stellen. Stel bijvoorbeeld TO = 40q en TK = 100 + 10q + 2q2 en je wilt dan de maximale winst bepalen.
Dan moet je de MO en de MK berekenen (eerste afgeleide berekenen) en dan gelijk stellen.
Slide 14 - Tekstslide
4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.
3.3 Maximale winst
De maximale winst kun je ook rekenkundig vaststellen door MO en MK aan elkaar gelijk te stellen. Stel bijvoorbeeld TO = 40q en TK = 100 + 10q + 2q2 en je wilt dan de maximale winst bepalen.
Dan moet je de MO en de MK berekenen (eerste afgeleide berekenen) en dan gelijk stellen.
1. MO = d(40q) = 40
d(q)
2. MK = d(100 + 10q + 2q2) = 10 + 4q
d(q)
3. MO = MK 40 = 10 + 4q q = 7,5
De winst is dan 300 (TO) - 287,5 (TK) = 12,5
Slide 15 - Tekstslide
4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.
Aan de slag
Maak opgave 3.16, 3.17 en 3.18
Slide 16 - Tekstslide
6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.