Algemene geschiedenis 20e eeuw, les 1

• Art
• Secondary Education

Geschiedenis in de 20e eeuw

V6 - periode 1, les 1
Mohv - [e-mail]

Leerdoelen

• De invloed van Pablo Picasso op de kunst van de 20e eeuw beschrijven.
• De impact van de industriële revolutie, wereldoorlogen en kolonialisme op Europa en het Caribisch gebied uitleggen.
• De rol van religie en religieus syncretisme in het Caribisch gebied en Latijns-Amerika beschrijven.
• De gevolgen van de Tweede Wereldoorlog en de daaropvolgende dekolonisatie voor de wereldpolitiek uitleggen.
• De ontwikkeling van massacultuur en mondialisering na WOII beschrijven en het effect hiervan op de samenleving benoemen.
• De invloed van migratie op culturele ontwikkelingen uitleggen.

Wat weet je al de ontwikkelingen in de 20e eeuw?

Pablo Picasso en zijn invloed op de kunst

Pablo Picasso (1881-1973) was een van de meest invloedrijke en revolutionaire kunstenaars van de 20e eeuw, bekend om zijn veelzijdigheid en vernieuwing in de beeldende kunst. Hij was een van de grondleggers van het kubisme, een beweging die de traditionele perspectiefweergave doorbrak door objecten uit meerdere gezichtspunten tegelijk te tonen. Picasso experimenteerde met vorm, kleur, en compositie, wat leidde tot nieuwe manieren van zien en interpreteren van de werkelijkheid in kunst. Zijn werk, zoals Les Demoiselles d'Avignon en Guernica, niet alleen revolutioneerde de moderne kunst, maar had ook een diepgaande invloed op andere kunstenaars en stromingen, waardoor hij een blijvende impact heeft gehad op de ontwikkeling van de beeldende kunst.

Industriële revolutie

De Industriële Revolutie, die in de 18e en 19e eeuw begon, transformeerde de productie door de introductie van machines en massaproductie, wat leidde tot grootschalige industrialisatie. Dit legde de basis voor de technologische vooruitgang en economische groei van de 20e eeuw, waarbij industrialisatie wereldwijd verspreidde. De revolutie veroorzaakte urbanisatie, veranderde sociale structuren, en stimuleerde de opkomst van kapitalistische economieën, wat leidde tot ingrijpende veranderingen in werk, leven, en mondiale verhoudingen. Hierdoor werd de basis gelegd voor de moderne, door technologie gedomineerde samenleving van de 20e eeuw.

De Eerste Wereldoorlog

De Eerste Wereldoorlog (1914-1918) was een conflict dat Europa en delen van de wereld verwoestte, met vergaande gevolgen voor de 20e eeuw. Het leidde tot de ineenstorting van oude rijken, zoals het Ottomaanse en Oostenrijks-Hongaarse Rijk, en stimuleerde de opkomst van nieuwe staten en politieke ideologieën, zoals communisme en fascisme. De oorlog veroorzaakte enorme menselijke en materiële verliezen en veranderde de manier waarop oorlogen werden gevoerd door technologische en tactische innovaties. Daarnaast legde het de basis voor de Tweede Wereldoorlog door de ontevredenheid die voortkwam uit het Verdrag van Versailles en de economische problemen die volgden. De impact van de Eerste Wereldoorlog vormde dus in grote mate de politieke, sociale en economische ontwikkelingen van de rest van de 20e eeuw.

De crisis

De crisis in de jaren '20, beter bekend als de Grote Depressie, begon met de beurscrash van 1929 en leidde tot een wereldwijde economische ineenstorting. Deze periode van massale werkloosheid, armoede en bankfaillissementen verzwakte economieën en veroorzaakte sociale onrust. De crisis ondermijnde vertrouwen in democratische regeringen en kapitalistische systemen, wat bijdroeg aan de opkomst van autoritaire regimes, zoals het nazisme in Duitsland. Dit droeg indirect bij aan het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog. Daarnaast leidde de Grote Depressie tot fundamentele hervormingen in economisch beleid, zoals de New Deal in de Verenigde Staten, en legde het de basis voor moderne interventies door overheden in de economie.

De Tweede Wereldoorlog

De Tweede Wereldoorlog (1939-1945) was een van de meest destructieve conflicten in de geschiedenis en had een diepgaande impact op de 20e eeuw. Het leidde tot de hertekening van nationale grenzen, de opkomst van de Verenigde Staten en de Sovjet-Unie als supermachten, en de start van de Koude Oorlog. De oorlog versnelde technologische en wetenschappelijke innovaties, zoals de ontwikkeling van de atoombom en radar. Bovendien stimuleerde de wederopbouw van Europa en Japan economische groei, terwijl de oprichting van de Verenigde Naties gericht was op het voorkomen van toekomstige conflicten. De Tweede Wereldoorlog veranderde geopolitieke verhoudingen en legde de basis voor veel van de politieke, economische en sociale structuren die de rest van de 20e eeuw bepaalden.

Kolonialisme en Imperialisme

Kolonialisme en imperialisme, waarbij westerse landen gebieden in Afrika, Azië en de Amerika's veroverden en exploiteerden, hadden een diepgaande invloed op de 20e eeuw. Deze systemen zorgden voor economische uitbuiting, culturele onderdrukking en politieke controle over inheemse bevolkingen, wat leidde tot langdurige ongelijkheid en conflicten. In de 20e eeuw begon de dekolonisatie, waarbij veel voormalige koloniën onafhankelijk werden, wat leidde tot het ontstaan van nieuwe naties en politieke structuren. Dit proces veroorzaakte echter vaak instabiliteit, geweld en langdurige economische uitdagingen. Bovendien versterkte het de mondiale machtsdynamiek en droeg het bij aan de verspreiding van westerse ideeën, technologie en economie, met blijvende gevolgen voor mondiale relaties en ontwikkelingspatronen.

Impact van de Tweede Wereldoorlog en de dekolonisatie op wereldpolitiek

WOII en de dekolonisatie hadden een diepgaande impact op de wereldpolitiek. Dit leidde tot de opkomst van de Verenigde Staten en de Sovjet-Unie als rivaliserende supermachten, wat de Koude Oorlog in gang zette en de wereld verdeelde in twee ideologische blokken. Tegelijkertijd versnelde de dekolonisatie, waarbij veel Aziatische, Afrikaanse en Caribische landen onafhankelijk werden, de afbraak van Europese imperia en creëerde een groot aantal nieuwe staten. Deze nieuwe naties streden om hun plaats in de internationale gemeenschap, vaak te midden van economische en politieke instabiliteit. De interactie tussen supermachtspolitiek en de opkomende ontwikkelingslanden vormde een groot deel van de mondiale dynamiek in de tweede helft van de 20e eeuw, met blijvende gevolgen voor internationale relaties en conflicten.

Ontwikkeling van massacultuur en mondialisering na WOII

Na de WOII versnelden de ontwikkeling van massacultuur en mondialisering door de opkomst van nieuwe communicatietechnologieën, zoals televisie en later het internet. Massacultuur werd gekenmerkt door de wereldwijde verspreiding van populaire muziek, films, mode en consumptiegoederen, vaak gedomineerd door Amerikaanse cultuuruitingen. Tegelijkertijd leidde mondialisering tot een intensivering van wereldwijde economische, politieke en culturele uitwisselingen, waarbij grenzen vervaagden en een gemeenschappelijke mondiale cultuur ontstond. Deze ontwikkelingen droegen bij aan zowel culturele homogenisering als het behoud van lokale identiteiten, terwijl ze ook nieuwe vormen van internationale samenwerking en economische afhankelijkheid bevorderden, wat de wereld in de tweede helft van de 20e eeuw diepgaand beïnvloedde.

Religie en religieus syncretisme in het Caribisch gebied en Latijns-Amerika

In de 20e eeuw onderging religie wereldwijd veranderingen door secularisatie en toenemende diversiteit. In het Caribisch gebied en Latijns-Amerika leidde religieus syncretisme tot unieke mengsels van inheemse, Afrikaanse en Europese tradities. Voorbeelden zijn Santería in Cuba en Candomblé in Brazilië, die de culturele en historische complexiteit van de regio weerspiegelen en laten zien hoe religies zich aanpassen aan lokale contexten.

Invloed van migratie op culturele ontwikkelingen

Migratie heeft een diepgaande invloed gehad op culturele ontwikkelingen door het mengen van diverse tradities en invloeden. In Nederland heeft migratie geleid tot de opkomst van nieuwe culturele uitingen, zoals het ontstaan van Bubbling, een muziekgenre dat invloeden van Afro-Caribische ritmes en Nederlandse muziekstijlen combineert. Deze culturele kruisbestuiving creëert unieke, hybride vormen van expressie en benadrukt hoe migranten bij kunnen dragen aan en vernieuwen binnen de ontvangende cultuur. Het resultaat is een verrijking van de culturele scene, waarin verschillende achtergronden samenkomen en nieuwe trends ontstaan.

Definitielijst

• Picasso: Een kunstenaar die bekend staat om zijn veelzijdige stijl en invloed op de moderne kunst.
• Industriële revolutie: Periode van grote technologische en economische veranderingen.
• Kolonialisme/Imperialisme: Het proces waarbij landen hun macht uitbreiden door het veroveren en beheren van overzeese gebieden.
• Religieus syncretisme: De combinatie van verschillende religieuze overtuigingen en praktijken.
• Dekolonisatie: Het proces waarbij kolonies onafhankelijk worden van hun koloniserende macht.
• Massacultuur: Een cultuur die wordt gekenmerkt door de productie en consumptie van massaproducten en massamedia.
• Mondialisering: Het proces van toenemende wereldwijde onderlinge afhankelijkheid en integratie op economisch, technologisch, politiek en cultureel vlak.
• Migratie: De beweging van mensen van de ene plaats naar de andere, vaak met blijvende veranderingen in cultuur en samenleving als gevolg.

Wat heb je deze les geleerd?

Welke dingen begrijp je nog niet, of waar wil je meer over weten?

Hoe was deze les voor jou?

😒🙁😐🙂😃

Huiswerk

Maak de vragen die horen bij Algemeen ter voorbereiding op het SE voor de volgende theorie les.