Klaar = Begrippenlijst maken, samenvatten, mindmap maken ect.
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Thermolyse
Electrolyse
Fotolyse
Slide 5 - Sleepvraag
Marieke doet suiker in een reageerbuis en houd deze boven het vuur. Ze ziet een zwarte stof ontstaan, ook ziet ze waterdamp en een andere gas.
Is hier sprake van een ontledingsreactie?
A
Ja een elektrolyse
B
Nee het is een vormingsreactie
C
Ja een thermolyse
D
Nee het is een scheidingsreactie
Slide 6 - Quizvraag
Mads zegt: Ik heb net een chemische reactie laten plaatsvinden. Ik heb ijsjes gemaakt.
Tigo zegt: Ik heb net aardappelen gekookt, dit is ook een chemische reactie.
Wie heeft er gelijk?
A
Mads
B
Tigo
C
Mads en Tigo
D
Geen van beiden
Slide 7 - Quizvraag
Hoe heet dit toestel? Welke reactie kan hierin plaatsvinden?
Slide 8 - Open vraag
Als je een nieuw product wilt maken begin je klein, na de test fase ga je het zelfde proces groot uitvoeren. Hoe noem je dit?
A
Proeffabriek
B
Opschalen
C
Evalueren
D
Grootschalig maken
Slide 9 - Quizvraag
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Naamgeving van stoffen
1: griekse telwoord van eerste element
2: naam element
3: griekse telwoord laaste element
4: naam element + ide
uitzondering zuurstof = oxide
zwavel = sulfide
Slide 12 - Tekstslide
Schrijf de namen van de volgende stoffen op (zie afbeelding hiernaast).
Slide 13 - Open vraag
Wat is de molecuulformule van: 1: koolstoftetrachloride 2 : diwaterstofsulfide 3: natriumchloride 4: difosfortrioxide 5: stikstofdioxide
Schrijf deze op i.p.v typen
Slide 14 - Open vraag
Diwaterstofdioxide kan worden ontleed in water en zuurstof.
Schrijf de reactievergelijking op, maak hem kloppend.
Slide 15 - Open vraag
Butaan (C4H10) is een gas wat gebruikt wordt om te koken. Als Butaan reageert met zuurstof ontstaat er koolstofdioxide en water. Schrijf de reactievergelijking op, maakt hem kloppend maak een foto van je uitwerking.