4.2 kader/9 basis Pluriforme samenleving

1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijkundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Welke 3 verschillende vormen van samenleven zijn er in een pluriforme samenleving?

Slide 2 - Open vraag

Integratie
Segregatie
Assimilatie

Slide 3 - Sleepvraag

Mevrouw van Hassel die kletst met mevrouw El Allouchi onder het genot van een kopje muntthee met msmen/rghaif.
Een Cambodjaanse vader die jaren geleden christelijk werd, omdat hij vond dat hij het "Nederlandse geloof"moest hebben. 
Zwarte scholen en witte scholen.
Segregatie
Assimilatie
Integratie

Slide 4 - Sleepvraag

Leerdoelen
-Je weet wat de 4 belangrijkste politieke stromingen in Nederland zijn.
- Je weet welke partij bij welke stroming hoort 
-Je kunt vertellen hoe de verschillende politieke stromingen denken over hoe samenleven in een pluriforme samenleving er uit moet zien.

Slide 5 - Tekstslide

4 politieke stromingen
Politieke stroming= geheel van ideeën hoe de samenleving er uit moet zien en het beste bestuurd kan worden.
Sociaaldemocraten
Christendemocraten
Liberalen
Populisten

Slide 6 - Tekstslide

sociaaldemocraten (links)
Uitgangspunt: samenleving zonder armoede, waarbij iedereen gelijke kansen heeft.
Wie is actief? De overheid
Wat betekent dit? Nieuwkomers helpen met de taal en het vinden van werk.
Partijen: PvdA, SP, GroenLinks (vinden het iets meer eigen verantwoording van burgers)

Slide 7 - Tekstslide

Christendemocraten (midden)
Uitgangspunt: normen en waarden van de bijbel
Wie is actief? Burgers, als het niet lukt helpt de overheid
Wat betekent dit? Leven volgens de Nederlandse, christelijke waarden en normen. Geen andere feestdagen.
Partijen: Christen Unie, Staatkundig Gereformeerde Partij.
CDA ( ander geloof mag wel, maar wel leven volgens NL waarden en normen)

Slide 8 - Tekstslide

Welke stroming wil meer aanpassing van nieuwkomers ?
A
sociaaldemocraten
B
christendemocraten

Slide 9 - Quizvraag

Liberalen (rechts)
Uitgangspunten: Burgers vrij laten. Ze zijn zelf verantwoordelijk.
Wie is actief? Burgers zelf, overheid bemoeit zich er niet mee.
Wat betekent dit? Nieuwkomers moeten zelf zorgen dat ze de taal leren en aan werk komen. Tegelijkertijd moet je afkomst geen invloed hebben op je positie in de samenleving.
Partijen: D'66, Volkspartij voor Vrijheid en Democratie

Slide 10 - Tekstslide

Populisten
Uitgangspunt: Gaan uit van wat het volk wil. Willen eigenlijk geen pluriforme samenleving.
Wie is actief? De burgers
Wat betekent dit? Geen ander geloof, vinden de Islam een bedreiging. Nieuwkomers moeten zich aan Nederland aanpassen, niet andersom.
Partijen:Partij voor de Vrijheid, Forum voor Democratie

Slide 11 - Tekstslide

Welke vorm van samenleven past het beste bij de populisten?
A
assimilatie
B
Integratie
C
segregatie

Slide 12 - Quizvraag

Integratie is meedoen
Alle Islamitsche scholen moeten dicht
Het is niet erg dat we verschillen
Nieuwkomers moeten eigen inburgering betalen.
CU
VVD
PVV
GroenLinks

Slide 13 - Sleepvraag

Inburgeren en integreren
Inburgering: het leren van de Nederlandse taal ,waarden, normen en gebruiken.
Links: SP/ GroenLinks: overheid moet dit betalen.
Rechts: VVD: nieuwkomer moet dit zelf betalen.
Inburgeren moet helpen om te integreren.
Inburgeren is lastig vanwege bepaalde botsende normen en waarden: hoofddoek, vaccinaties.

Slide 14 - Tekstslide

2 deling in Europa
Protectionisten: Angst voor verlies eigen dominante cultuur. Willen immigratie stoppen, geen vluchtelingen opnemen. Eigen regels maken, eigenlijk niet in EU.
Internationalisten: Immigratie hoort bij deze wereld en is niet te stoppen. Het is belangrijk om als Europese landen samen te werken om een rol in de wereld te kunnen spelen.

Slide 15 - Tekstslide

PVV
GroenLinks
Protectionisten
Internationalisten

Slide 16 - Sleepvraag