Last lesson of the year (at last!) in progress

• Engels
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

END OF THE YEAR LESSONS

What's Up For Today?

We are going to do some games (in English of course), we ask you what you think about your immediate future and there is some Anglomania!

Basics:

I am going to ask a few questions about grammar.

This knowledge you will need next year.

You should do some research if you cannot answer them ......

Wanneer gebruik je de present simple?

1. Als iets altijd, nooit en regelmatig gebeurt.
2. Als iets nu gebeurt.
3. Als iets in het verleden gebeurde, en belangrijk wanneer.
4. Als iets in het verleden gebeurde, en niet belangrijk wanneer.

Wanneer gebruik je de present continuous?

1. Als iets altijd, nooit en regelmatig gebeurt.
2. Als iets nu gebeurt.
3. Als iets in het verleden gebeurde, en belangrijk wanneer.
4. Als iets in het verleden gebeurde, en niet belangrijk wanneer.

Wanneer gebruik je de present perfect?

1. Als iets altijd, nooit en regelmatig gebeurt.
2. Als iets gebeurd is en voorbij is.
3. Als iets in het verleden begon en nu nog doorgaat.
4. Als iets nog moet gebeuren.

Wanneer gebruik je de past simple?

1. Als iets altijd, nooit en regelmatig gebeurt.
2. Als iets nu gebeurt.
3. Als iets in het verleden gebeurde, en belangrijk wanneer.
4. Als iets in het verleden gebeurde, en niet belangrijk wanneer.

Wanneer gebruik je de Passive Voice (= lijdende vorm)?

1. Als je wilt zeggen WIE iets doet en niet belangrijk is wat er gebeurt.
2. Als je wilt zeggen wat er gebeurt en niet belangrijk is wie dat doet.
3. Als je wilt aangeven waarom iets gebeurt.
4. Als je niet weet hoe je het anders moet zeggen.

She ________________ (walk) to school right now.

They ________________ (walk) to school right now.

I ________________ (walk) to school every day.

She ________________ (walk) to school every day.

I ________________ (walk) to school since I was 11.

She ________________ (walk) to school since she was 11.

I ________________ (walk) to school yesterday.

She ________________ (walk) to school yesterday.

She ________________ (bring) to school by her father yesterday.

Game 1: 

Please look at the following landmarks from different English-speaking countries. Guess what country they are from.

1. England
2. Scotland
3. Wales
4. Ireland

1. Northern Ireland
2. Ireland
3. England
4. Canada

1. India
2. The United States of America
3. Canada
4. England

1. Canada
2. Ireland
3. the USA
4. South Africa

1. Canada
2. Ireland
3. England
4. Scotland

Game 2

- Match the right flags with the right countries.

Ireland

England

Scotland

Wales

The United States

0

Which anthem do they sing?

1. Star Sprangled Banner
2. Flower O' Scotland
3. O Canada!
4. Rule Britannia

What's the most important thing you have learned this year?