8.2 Een nieuwe samenleving

Deze les: enige herhaling

Industriële samenleving
sociale kwestie
Het marxisme en het communisme
de emancipatie van de arbeider via het socialisme
van censuskiesrecht naar algemeen kiesrecht
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
geschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4,5

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

Onderdelen in deze les

Deze les: enige herhaling

Industriële samenleving
sociale kwestie
Het marxisme en het communisme
de emancipatie van de arbeider via het socialisme
van censuskiesrecht naar algemeen kiesrecht

Slide 1 - Tekstslide

8.2 Woonomstandigheden
-snelle urbanisatie
- woningen uit de grond gestampt
- geen overheidstoezicht

Slide 2 - Tekstslide

Dramatische werkomstandigheden
- lange werktijden
- gevaarlijk en ongezond werk
- geen overheidstoezicht
- lage lonen
- kinderarbeid

Slide 3 - Tekstslide

Belangrijk in de strijd tegen misstanden was de schrijver J.J. Cremer.

Zijn bekendste novelle is Fabriekskinderen (1863), geschreven als aanklacht tegen de kinderarbeid (zie bron 12).

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Discussie in de politiek over de slechte woon-, werk- en leefomstandig-heden van de arbeiders en hun familie in de steden. 

Slide 6 - Tekstslide

Het gaat niet om het verschil tussen arm en rijk te verkleinen!!!!! 

Slechts om het verhelpen van de allerergste armoede.

Slide 7 - Tekstslide

Waarom deed de overheid weinig om de situatie te veranderen?
A
Ze vond dat ze al genoeg deed
B
Ze vond dat ze zo de economie verstoorde
C
Ze had te weinig belastinginkomsten
D
Nederland zat in een economische crisis

Slide 8 - Quizvraag

Wie probeerden wel om arbeiders te helpen?
A
Ziekenhuizen
B
Fabrikanten
C
Gemeentes
D
Individuele burgers

Slide 9 - Quizvraag

Waarom groeiden steden explosief?
A
Betere vervoersmogelijkheden
B
Goedkopere leefomstandigheden
C
Hongersnood op het platteland
D
Industrialisatie

Slide 10 - Quizvraag

Economie en Adam Smith:
- Adam Smith(1723-1790)
- Bekendste econoom uit de 18e eeuw
- Grondlegger klassiek liberalisme
- Schreef boek "The wealth of nations"
- Betoog dat de overheid zo min mogelijk met de handel      en nijverheid moet bemoeien
- Anders wordt het mechanisme van vraag en aanbod                verstoord
- Je moet vrijheid hebben om met je verstand te kunnen          beslissen over je eigen belangen in de economie."
- Overheid moet de markt zijn werk laten doen ("Laissez          Faire")
- Een “onzichtbare hand” houd namelijk alles in de                     economie in evenwicht. 

Gevolgen voor 19e eeuw: ontstaan van de sociale kwestie

Slide 11 - Tekstslide

Antwoorden vanuit de eigen kring
Als je niet mag stemmen (meebeslissen)...
Oprichting VAKBONDEN,
maar...
- lange tijd verboden door de overheid (in Nederland tot 1871)
- leden werden vaak ontslagen

Slide 12 - Tekstslide

Voor velen een lichtpuntje, voor anderen een nachtmerrie

Slide 13 - Tekstslide

Klassenstrijd

* strijd tussen bezitters en niet-bezitters
* in 19e eeuw: Rijke burgerij (bourgeoisie) tegen de arbeiders (proletariaat)
* zou eindigen wanneer productiemiddelen in handen van het volk zou komen

Slide 14 - Tekstslide

Marx: wetenschappelijk socialisme

- de rijken worden steeds rijker, de armen steeds armer... (Verelendung)
- het kapitalisme zal vanzelf instorten (crisis)
- het proletariaat zal de macht overnemen (revolutie) en tijdelijk een dictatuur vestigen
- uiteindelijk zal de heilstaat bereikt worden (productiemiddelen gemeenschappelijk bezit)
 


Slide 15 - Tekstslide

Na zijn dood (1883) bleken niet alle voorspellingen uit te komen:
- werktijden werden korter
- lonen werden hoger

Oude uitspraak klopt niet meer dat 'arbeiders niets te verliezen hebben dan hun ketenen'.

Slide 16 - Tekstslide

Er ontstaat verschil van mening over de manier waarop het doel bereikt moet worden:

Communisten: houden vast aan de revolutie

Socialisten/Sociaaldemocraten willen de heilstaat bereiken via de weg van de politiek: strijden voor algemeen kiesrecht

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Slide 19 - Video

Slide 20 - Video

Waarom werden vakbonden verboden?
A
Ze riepen op tot geweld
B
Ze riepen op tot een revolutie
C
Ze belemmerden de vrije economie
D
Ze belemmerden het productieproces

Slide 21 - Quizvraag

Hoe heet een beweging die opkomt voor gelijke rechten?
A
Nationalisatie
B
Liberalisatie
C
Socialisatie
D
Emancipatie

Slide 22 - Quizvraag

Vanaf 1848 o.l.v. Thorbecke
  • Koning raakt macht kwijt
  • Parlement controleert de koning en zijn regering.
  • Wetten door het parlement goed gekeurd
  • Burgers kozen de Tweede Kamer
  • Eerst mochten alleen rijke mannen kiezen(censuskiesrecht)
  • Vanaf 1887 steeds meer mensen met 'kentekenen van geschiktheid' (Caoutchouc artikel) 

Slide 23 - Tekstslide

   Eerste Wereldoorlog 

Slide 24 - Tekstslide

Tijdens WOI
Nederland was weliswaar neutraal maar de wereld stond in brand->
Liberale overheid treedt in overleg met andere zuilen socialisten en confessionelen. Gevolg-> 
1. Algemeen mannenkiesrecht (nog geen vrouwen)
2. Einde schoolstrijd (wat was dat ook al weer?)
Pacificatie van 1917

Slide 25 - Tekstslide