1th Lijdend voorwerp + Woordenschat H2

OPSTARTEN!
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

OPSTARTEN!

Slide 1 - Tekstslide

Afgelopen weekend heb ik...

Slide 2 - Woordweb

Programma
Bespreken huiswerk
Afronden Lijdend voorwerp
Herhalen toetsstof
Woordenschat H2
Gezamenlijk afronden

Slide 3 - Tekstslide

Bespreken huiswerk
Van Taalverzorging H4 Lijdend voorwerp hebben jullie opdracht 5c en 6c gemaakt. 

Bij 5c moest je een zin maken met de aangegeven volgorde.
Bij 6c moest je aangeven of een werkwoord wel of geen lijdend voorwerp kon hebben. 

Slide 4 - Tekstslide

Gemiddelde score

Slide 5 - Tekstslide

Maak een zin met de aangegeven volgorde:
ow / wg / lv / wg

Slide 6 - Open vraag

Opdracht 5C vraag 6
wg – ow – altijd – lv – rest wg – aan zijn Franse vader?

Bij meerdere werkwoorden heb je heel vaak een vorm van hebben, zijn of worden in de zin. 
Bij een werkwoordelijk gezegde is dat hebben

Slide 7 - Tekstslide

Opdracht 5C vraag 6
wg – ow – altijd – lv – rest wg – aan zijn Franse vader?

Heeft
hij altijd de waarheid verteld aan zijn Franse vader?


Slide 8 - Tekstslide

Maak een zin met de gegeven volgorde:

lv / wg / ow / gisteren / in de gracht / rest wg

Slide 9 - Open vraag

Kun je met het werkwoord 'dragen' een zin met een lijdend voorwerp maken?
A
Ja
B
Nee

Slide 10 - Quizvraag

Ik draag gekke patta.

Slide 11 - Tekstslide

Lijdend voorwerp
De vraag die je moet kunnen stellen bij zo'n werkwoord is altijd
wie/wat  ... ik?

Geen antwoord? Geen lijdend voorwerp!

Slide 12 - Tekstslide

Kun je met het werkwoord 'staan' een zin met een lijdend voorwerp maken?
A
Ja
B
Nee

Slide 13 - Quizvraag

Afronden lijdend voorwerp
JE KUNT NU HET LIJDEND VOORWERP VAN EEN ZIN VINDEN!!!!

Slide 14 - Tekstslide

Herhalen toetsstof
Taalverzorging Grammatica (zinsdelen en woordsoorten)

 

Werkwoorden blz. 28
persoonsvorm en zinsdelen blz. 30
onderwerp blz. 50
zelfstandig naamwoord en lidwoord blz. 56
werkwoordelijk gezegde blz. 80

Slide 15 - Tekstslide

ontleden tot en met het werkwoordelijk gezegde

Zoek de persoonsvorm
verdeel de zin in zinsdelen
benoem het onderwerp
benoem het werkwoordelijk gezegde

Slide 16 - Tekstslide

Is deze zin goed ontleed?

Vanmiddag / ga / ik / met / mijn vrienden / heel veel chips / eten.
ow: ik
wg: ga eten
A
Yes
B
Noooo

Slide 17 - Quizvraag

De zinsdeelstrepen staan niet goed!
Vanmiddag / ga / ik / met / mijn vrienden / heel veel chips / eten.

Vanmiddag / ga / ik / met mijn vrienden / heel veel chips / eten.

Slide 18 - Tekstslide

Is deze zin goed ontleed?

Iedereen in de kroeg / dronk / zijn laatste biertje / op.
ow: iedereen in de kroeg
wg: dronk
A
oui
B
non

Slide 19 - Quizvraag

het werkwoordelijk gezegde klopte niet!
Iedereen in de kroeg / dronk / zijn laatste biertje / op.
ow: iedereen in de kroeg
wg: dronk op

Slide 20 - Tekstslide

Is deze zin goed ontleed?

David / is / in de kerstvakantie / lekker / wezen skiën / in Italië.
ow: David
wg: is wezen skiën
A
B
no

Slide 21 - Quizvraag

goed!

Slide 22 - Tekstslide

Werkwoorden, zelfstandig naamwoord en lidwoord
Grammatica woordsoorten

Let even goed op bij zelfstandig naamwoorden!

Slide 23 - Tekstslide

Zijn Pim en Pom in de volgende zin zelfstandig naamwoorden?

Pim en Pom zijn leuke katten.
A
Jazeker
B
nope
C
miauw

Slide 24 - Quizvraag

Eigennamen zijn zelfstandig naamwoorden!

Namen van plaatsen, mensen, dieren, bedrijven enz.

Slide 25 - Tekstslide

is 'een' een lidwoord in deze zin?

Een van de leerlingen reageert niet wanneer de docent iets vraagt.
A
Yep
B
nee man

Slide 26 - Quizvraag

Nee, dit is een telwoord!
Een van de leerlingen reageert niet wanneer de docent iets vraagt. 

Slide 27 - Tekstslide

Woordenschat H2
Donderdag 4 feb nog een toets...
Woordenschat H2 en H3
H2 hebben we nog niet gedaan.

Boek blz. 50

Slide 28 - Tekstslide

Aan de slag
Maak de startopdracht en opdracht 1 van Woordenschat H2 via NN-online. Maak het nu, dan heb je verder geen huiswerk.

Blijf online in Teams voor vragen.

5 minuten voor het einde van de les ronden we samen af.

Slide 29 - Tekstslide

AFRONDEN!!!

Slide 30 - Tekstslide

Let op!
donderdag SO via Nieuw Nederlands online!

Zorg dat je NN-online aan hebt staan voor de les begint. Je krijgt de instructies via Teams.

Slide 31 - Tekstslide

Dit heb ik vandaag geleerd

Slide 32 - Woordweb